Verzuring en grootschalige luchtverontreiniging: emissies 1990-2008
U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link bekijken.
De emissies van verzurende stoffen, fijn stof en NMVOS zijn sterk afgenomen sinds 1990. Vanaf 2000 nam het reductietempo wel af voor de meeste stoffen, behalve voor stikstofoxiden.
Uitstoot van verzurende stoffen, NMVOS en fijn stof sterk gedaald
De uitstoot ofwel emissies van de verzurende stoffen ammoniak (NH3), stikstofoxiden (NOx) en zwaveldioxide (SO2) zijn fors afgenomen in de periode 1990-2000. Ook de emissies van fijn stof (PM10) en vluchtige organische stoffen (Niet-Methaan-VOS) zijn fors gedaald in deze periode. Ook na 2000 namen de emissies van de meeste stoffen nog steeds verder af, maar minder sterk dan in de periode daarvoor. Alleen de NOX-emissie daalt nog in hetzelfde tempo als de voorgaande periode.
De emissies zijn hier weergegeven volgens de definities van de EU-richtlijn inzake Nationale Emissieplafonds (NEC), dus exclusief de bijdrage van de zeescheepvaart. Luchtverontreinigende emissies van de zeescheepvaart namen juist toe: de NOx en SO2-emissies van de zeescheepvaart zijn tussen 1990 en 2007 met respectievelijk 55% en 35% gestegen.
De emissieberekeningen voor 2008 zijn nog gebaseerd op voorlopige energie- en productiestatistieken van het CBS. In mei 2010 worden de definitieve emissiecijfers over 2008 gepubliceerd op deze pagina.
Ammoniak
In 2008 is de uitstoot van ammoniak (NH3) met 2 kiloton afgenomen tot 135 kiloton. Dit is nog 7 kiloton boven het emissieplafond van 128 kiloton in 2010. Dit komt omdat de afname van de ammoniakemissie, door het in 2008 ingegane verbod om dierlijke mest op bouwland in twee werkgangen uit te rijden, groter is dan de toename bij de stal- en weide-emissie door de grotere veestapel als gevolg van hogere dieraantallen in de doelgroep landbouw. Verder is door de toevoeging van de bron 'Paarden en pony's (niet landbouw)" de NH3 emissie van doelgroep HDO over de hele reeks met ruim 2 kiloton toegenomen.
Stikstofoxiden
De totale emissie van stikstofoxiden (NOx) is in 2008 verder gedaald tot bijna 293 kiloton. Dit is nog ruim 30 kiloton boven het emissieplafond van 260 kiloton in 2010. De lagere uitstoot van NOx wordt voornamelijk veroorzaakt door de EU-emissie-eisen voor Verkeer en Vervoer en door reductiemaatregelen in de energiesector. Voor een deel wordt deze daling teniet gedaan als gevolg van een hogere emissie bij de doelgroep Landbouw door de groei van het aantal wkk-installaties.
Zwaveldioxide
De SO2-emissies zijn in 2008 met bijna 9 kiloton afgenomen naar circa 52 kiloton in 2008. Het NEC-emissieplafond voor SO2 bedraagt 50 kiloton in 2010.
De afname van de SO2-emissies sinds 1990 is voornamelijk het gevolg van het Besluit Emissie-Eisen Stookinstallaties (BEES) voor de energiesector, raffinaderijen en industrie en het verzuringsconvenant met de energiesector. De maatregelen waarmee de reductie werd bereikt zijn:
- rookgasreiniging bij raffinaderijen, de industrie en de energiesector;
- overgang van olie- naar gasstook bij raffinaderijen en in de chemische industrie;
- inzet van kolen met een lager zwavelgehalte in de kolengestookte energiecentrales.
Naast de reductie in de bovengenoemde sectoren is de SO2-emissie van verkeer en vervoer afgenomen door de verlaging van het zwavelgehalte van de brandstoffen.
De lagere SO2-emissie in 2008 is vooral het gevolg van een overschakeling van oliestook naar gasstook (ruim 4 kiloton reductie) bij de raffinaderijen en verbeterde rookgasontzwaveling in de energiesector.
Vluchtige organische stoffen
De NMVOS-emissies zijn gedaald tot een niveau circa 160 kiloton in 2008. Het NEC-emissieplafond voor NMVOS bedraagt 185 kiloton in 2010.
De emissies zijn vooral gedaald door maatregelen in het kader van het Koolwaterstoffen 2000-programma en het Nationaal Reductieplan NMVOS (VROM, 2005). Daarnaast zijn de emissies in de verkeerssector gedaald doordat de emissie-eisen voor het wegverkeer (Euro-normen) regelmatig zijn aangescherpt.
Fijn stof (PM10)
De PM10-emissies zijn afgenomen tot een niveau circa 37 kton in 2008. De afname van de emissies van PM10 heeft vooral plaatsgevonden bij de bedrijven en het (weg)verkeer. De afname bij de bedrijven (industrie, energiesector en raffinaderijen) is vooral te danken aan milieuregelgeving, waaronder het Besluit Emissie-Eisen Stookinstallaties (BEES) en de Nederlandse Emissie Richtlijn Lucht (NER). Dit heeft geleid tot maatregelen zoals procesaanpassingen en een toename van het gebruik van filters. De daling bij het wegverkeer is het gevolg van de Europese regelgeving voor uitlaatgasemissies.
Europese emissieplafonds
In de Europese NEC-richtlijn zijn nationale emissieplafonds vastgesteld voor deze stoffen, te realiseren vanaf 2010. De NEC-emissieplafonds voor Nederland zijn:
- Ammoniak: 128 kton;
- Stikstofoxiden: 260 kton;
- Zwaveldioxide: 50 kton;
- NMVOS: 185 kton.
De emissies van fijn stof vallen niet onder de huidige NEC-richtlijn. De NEC-emissieplafonds zijn een tussenstap op weg naar duurzame emissieniveaus ter bescherming van natuur en gezondheid (VROM, 2001).
Nieuwe inzichten in emissiecijfers
In de Emissieregistratie zijn het afgelopen jaar verschillende nieuwe inzichten verzameld die geleid hebben tot bijstelling van de emissiereeksen voor de sector verkeer en vervoer. De drie belangrijkste methodewijzigingen voor deze sector zijn:
- Nieuw emissiemodel mobiele werktuigen: TNO heeft afgelopen jaar een nieuw model ontwikkeld voor het berekenen van de emissies van mobiele werktuigen, zoals landbouwtrekkers, graafmachines en vorkheftrucks (Hulskotte et al., 2009). Het model is in hoofdlijnen gebaseerd op verkoopdata van verschillende typen werktuigen en de gemiddelde inzet en levensduur per type. Door deze data te koppelen aan gegevens over het brandstofverbruik per tijdseenheid en de bijbehorende emissiefactoren zijn nieuwe emissiereeksen verkregen. De nieuwe PM10-emissiereeks voor mobiele werktuigen ligt voor de periode 2000-2006 circa 25-30% (0,7-0,9 kton) lager dan die van vorig jaar. De nieuwe NOx-emissiereeks wijkt voor dezelfde periode nauwelijks af van die van vorig jaar: de afname bedraagt maximaal 2% (1 kton).
- Nieuwe verkeersprestatiereeksen zware bedrijfsvoertuigen: het CBS heeft afgelopen jaar nieuwe reeksen verkeersprestaties vastgesteld voor vrachtauto's en trekkers (trekker-oplegger combinaties). De reeksen geven het totale aantal voertuigkilometers op Nederlands grondgebied door verschillende typen vrachtauto's en trekkers en zijn voor de periode 2001-2007 gebaseerd op data van de Stichting Nationale Auto Pas (NAP). De kilometerstanden uit het NAP geven een relatief nauwkeurig beeld van het gemiddelde jaarkilometrage van bedrijfsvoertuigen. Toepassing van de nieuwe data heeft geleid tot een daling van de NOx-emissiereeksen voor de periode 2000-2006 van circa 1-6 kton ten opzichte van de reeksen van vorig jaar. De nieuwe PM10-emissiereeksen wijken nauwelijks af van die van vorig jaar.
- Nieuwe voorlopige verkeersprestatiereeksen bestelauto's: De verkeersprestatiereeksen voor bestelauto's zijn afgelopen jaar eveneens opnieuw vastgesteld. De oude reeksen waren gebaseerd op een extrapolatie van gegevens uit enquêtes onder voertuigbezitters uit de jaren 90.Afgelopen jaar zijn op basis van NAP-data nieuwe reeksen verkeersprestaties berekend voor de jaren 2005 en 2006. Deze data is gebruikt om nieuwe voorlopige reeksen vast te stellen voor de periode 1990-2007, gebruikmakend van de gegevens uit de enquêtes en de NAP-data. Gegevens voor tussenliggende jaren door interpolatie zijn verkregen. Het CBS verwacht dit jaar volledige reeksen verkeersprestaties voor bestelauto's vast te stellen. Toepasing van de voorlopige reeksen heeft voor de periode 2000-2006 geleid tot een daling van de NOx-emissiereeksen voor bestelauto's van circa 4-12% (1-2,5 kton).
De totale NOx-emissies van de sector verkeer in 2000 zijn op basis van deze nieuwe inzichten circa 3% (8,4 kton) lager dan vorig jaar, terwijl de NOx-emissies in 2006 circa 0,7% (1,5 kton) lager zijn. De totale PM10-emissies door de sector verkeer in 2000 en 2006 zijn respectievelijk met circa 6% (1,1 kton) en 3% (0,5 kton) gedaald ten opzichte van de vorig jaar gerapporteerde cijfers.
Bronnen
- Emissieregistratie (2009). Website Emissieregistratie. Planbureau voor de Leefomgeving, Bilthoven; CBS, Den Haag; RWS-Waterdienst, Lelystad; Alterra, Wageningen; SenterNovem, Utrecht en TNO Bouw en Ondergrond, Utrecht.
- Hulskotte et al. (2009).
- Ministerie van VROM (2001). Nationaal Milieubeleidsplan 4 (NMP4). Een wereld en een wil: werken aan duurzaamheid.
- Ministerie van VROM (2005). Nationaal Reductieplan NMVOS industrie, HDO en bouw. Bijdrage van de sectoren aan het realiseren van het NEC-plafond in 2010.
Relevante informatie
- Vermesting en verzuring: oorzaken en effecten
- Vermesting en verzuring: beleid
- PBL (2009). Milieubalans 2009. Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag, Bilthoven.
- Actuele informatie over het overheidsbeleid voor verzurende stoffen is te vinden in het Dossier verzuring van het Ministerie van VROM.
- EU (2001). Richtlijn 2001/81/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 oktober 2001 inzake nationale emissieplafonds voor bepaalde luchtverontreinigende stoffen (NEC-richtlijn) (link naar PDF-bestand).
- MNP, 2005. Fijn stof nader bekeken. MNP, Bilthoven.
- SenterNovem, Infomil. Wet- en regelgeving op het gebied van VOS-emissies.
Technische toelichting
- Naam van het gegeven
- Uitstoot (emissie) van verzurende stoffen en uitstoot van stoffen die bijdragen aan grootschalige luchtverontreiniging
- Omschrijving
- Emissies van verzurende en grootschalige luchtverontreinigende stoffen (Zwaveldioxide (SO2), stikstofoxiden (NOx), fijn stof (PM10), vluchtige organische stoffen, exclusief methaan (VOS) volgens de NEC-richtlijn.
- Verantwoordelijk instituut
- Planbureau voor de Leefomgeving, in samenwerking in de Emissieregistratie (Centraal Bureau voor de Statistiek, Planbureau voor de Leefomgeving, Rijkswaterstaat-Waterdienst-Dienst Water en gebruik, Wageningen Universiteit-Alterra, SenterNovem, TNO, Deltares).
- Berekeningswijze
- De emissiegegevens voor de verzurende en grootschalige luchtverontreiniging zijn gepresenteerd volgens de sectorindeling volgens de NEC-richtlijn. Voor de stationaire bronnen komt een deel van de emissiegegevens uit de individuele milieujaarverslagen van bedrijven. Het overige deel wordt bijgeschat op basis van statistische gegevens uit onder andere de energiestatistieken, productiestatistieken van het CBS. Voor een uitgebreide beschrijving van de berekeningsmethoden wordt verwezen naar de methodebeschrijvingen op de website van de Emissieregistratie
- Basistabel
- Alle data opvraagbaar op Emissieregistratie
- Geografische verdeling
- Nederland, provincie, postcode, 5*5 km2 (kaart)
- Andere variabelen
- Belasting oppervlaktewater, bodem-emissies, emissies oppervlaktewater, lucht-emissies, lucht-emissies volgens IPCC
In totaal circa 300 stoffen
Circa 1600 emissie-oorzaken en circa 1000 (individuele) puntbronnen - Verschijningsfrequentie
- In mei definitieve cijfers t-2; in september voorlopige cijfers t-1. De hier gepresenteerde cijfers zijn de definitieve emissiecijfers voor de periode 1990-2007 en het voorlopige cijfer voor 2008, zoals vastgesteld door de Emissieregistratie in juli 2009.
- Achtergrondliteratuur
- Methoden: op de website van Emissieregistratie achter Overzicht documenten
Begrippen: op de website van Emissieregistratie achter Begrippenlijst - Opmerking
- De emissiegegevens voor de verzurende en grootschalige luchtverontreiniging zijn gepresenteerd volgens de sectorindeling volgens de NEC-richtlijn. Voor de stationaire bronnen komt een deel van de emissiegegevens uit de individuele milieujaarverslagen van bedrijven. Het overige deel wordt bijgeschat op basis van statistische gegevens uit onder andere de energiestatistieken, productiestatistieken van het CBS. Zie voor de NEC-indeling Samenstelling doelgroepen van het milieubeleid
- Betrouwbaarheidscodering
- Schatting, gebaseerd op een groot aantal (accurate) metingen; de representativiteit is grotendeels gewaarborgd.
Archief van deze indicator
Bekijk meer Bekijk minder
Referentie van deze webpagina
CLO (2009). Verzuring en grootschalige luchtverontreiniging: emissies 1990-2008 (indicator 0183, versie 14, ), www.clo.nl. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Den Haag; PBL Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag; RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven; en Wageningen University and Research, Wageningen.