Afzet van chemische gewasbeschermingsmiddelen, 2011-2016
U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link bekijken.
De afzet van chemische gewasbeschermingsmiddelen is in 2016 toegenomen naar 10,7 miljoen kg werkzame stof. Dat is 8 procent meer dan een jaar eerder.
Toelichting bij de gepresenteerde cijfers
De grafiek toont cijfers over de afzet van chemische gewasbeschermingsmiddelen die berekend zijn door het CBS. Aanklikken van "download data" onder aan de grafiek roept een tabel op met meer gegevens over de afzet van chemische gewasbeschermingsmiddelen:
- Door CBS berekende cijfers voor 2011-2016 (CBS, 2018a)
- Door NVWA berekende cijfers voor 1998-2016 (NVWA, 2017)
- Door Nefyto berekende cijfers voor 1996-2016 (Nefyto, 2018a, b)
Een toelichting bij de rol van elk van deze organisaties bij de berekening van de afzet cijfers is te vinden in de beschrijving van de berekeningsmethode in de technische toelichting. Daarnaast is meer informatie over de cijfers te vinden in het artikel Afzetcijfers gewasbeschermingsmiddelen vergeleken met andere bronnen (CBS, 2017a) en in de noten onder de tabel.
Totale afzet in 2016 hoger dan in 2015
De totale afzet van chemische gewasbeschermingsmiddelen is in 2016 weer tot boven de 10 miljoen kg werkzame stof gestegen. Dat is 8 procent meer dan in 2015, toen de totale afzet 9,977 miljoen kg bedroeg. De vier jaar daarvoor schommelde de afzet rond 11 miljoen kg (CBS, 2018a).
Bestrijding van schimmels en bacteriën (fungiciden)
In 2016 is 4,9 miljoen kg aan middelen afgezet voor de bestrijding van schimmels en bacteriën. Dit is bijna een half miljoen kg meer dan een jaar eerder. De laatste 20 jaar nemen de middelen voor bestrijding van schimmels en bacteriën het grootste aandeel in de totale afzet van chemische gewasbeschermingsmiddelen. Het aandeel schommelt rond de 40 procent. Droge warme zomers leiden tot een lager gebruik, natte koude zomers juist tot een hoger gebruik.
Bestrijding van onkruiden en loofdoding (herbiciden)
In 2016 is de afzet van middelen voor het bestrijden van onkruiden en loofdoding met 2,8 miljoen kg vergelijkbaar met 2015 (2,9 miljoen kg). De afzet van middelen voor het bestrijden van onkruiden en loofdoding fluctueert jaarlijks, maar doorgaans minder dan bij de middelen voor schimmel en bacterie bestrijding. Het aandeel van de middelen voor onkruidbestrijding en loofdoding ligt de laatste 20 jaar rond de 30 procent.
In 2016 is gebruik van bestrijdingsmiddelen buiten de landbouw op verhardingen niet meer toegestaan. Dit heeft invloed op de afzet voor onkruidbestrijding in 2016.
Bestrijding van insecten en mijten (insecticiden en acariciden)
In 2016 is 0,2 miljoen kg aan middelen afgezet voor het bestrijden van insecten en mijten. In 2015 was dit 0,25 miljoen kg. De afzet van middelen voor de bestrijding van insecten en mijten schommelt sinds 2000 rond een kwart miljoen kg. Het aandeel in de totale afzet is een paar procenten.
Overige gewasbeschermingsmiddelen
De afzet van de 'overige middelen', vooral grondontsmettingsmiddelen en minerale oliën, is 3,0 miljoen kg in 2016. Een jaar eerder was dit 2,4 miljoen kg. Gedurende de periode 2011-2013 was het 3,4 miljoen kg. De afzet van 'overige middelen' is daarmee de laatste jaren 0,7 tot 1 miljoen kg lager dan in 2013, hetgeen een gevolg is van de veel strengere voorwaarden voor het toepassen van metam-natrium als grondontsmettingsmiddel.
Bepalende variabelen in het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen
Het verbruik van gewasbeschermingsmiddelen, en daarmee ook de verkoop ervan, wordt bepaald door een mix van variabelen. Schommelingen in de afzet komen door de jaarlijks wisselende gewasarealen binnen de landbouw, de mate waarin ziekten, plagen en onkruiden jaarlijks voorkomen, het beschikbare middelenpakket, en in hoeverre geïntegreerde gewasbescherming is toegepast. De relevantste variabele is het weer, als gevolg van elk jaar wisselende weersomstandigheden tijdens de groei van de gewassen.
Bronnen
- Alterra (2014). Nationale Milieu Indicator 3. Alterra, Wageningen en RIVM, Bilthoven.
- CBS (2017a). Afzetcijfers gewasbeschermingsmiddelen vergeleken met andere bronnen. CBS, Den Haag / Heerlen.
- CBS (2017b). Minder middelen voor gewasbescherming verkocht. CBS, Den Haag / Heerlen.
- CBS (2018a). StatLine: Gewasbeschermingsmiddelen; afzet werkzame stof, toepassingsgroepen. CBS, Den Haag / Heerlen.
- CBS (2018b). Afzet bestrijdingsmiddelen. CBS, Den Haag / Heerlen.
- CBS (2018c). Bestrijdingsmiddelengebruik in de landbouw. CBS, Den Haag / Heerlen.
- Eurostat (2018). Agri-environmental indicator - consumption of pesticides. Eurostat, Luxemburg.
- EZ (2013). Gezonde Groei, Duurzame Oogst. Tweede nota duurzame gewasbescherming, periode 2013-2023. Ministerie van Economische Zaken, Den Haag.
- PBL (2012). Evaluatie van de nota Duurzame gewasbescherming. Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag.
- Nefyto (2018a). Afzet per (sub)groep van gewasbeschermingsmiddelen over het jaar 2016. Nederlandse Stichting voor Fytofarmacie, Den Haag.
- Nefyto (2018b). Afzet per (sub)groep van gewasbeschermingsmiddelen, 1990-2016. Nederlandse Stichting voor Fytofarmacie, Den Haag.
- NVWA (2018). Afzet gewasbeschermingsmiddelen in Nederland. Nederlandse Voedsel en Waren Autoriteit, Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, Den Haag.
Technische toelichting
Archief van deze indicator
Bekijk meer Bekijk minder
Referentie van deze webpagina
CLO (2018). Afzet van chemische gewasbeschermingsmiddelen, 2011-2016 (indicator 0015, versie 18, ), www.clo.nl. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Den Haag; PBL Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag; RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven; en Wageningen University and Research, Wageningen.