Bruto toegevoegde waarde en werkgelegenheid, 1990-2010

U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link bekijken.

Uit voorlopige cijfers blijkt dat de bruto toegevoegde waarde van de Nederlandse economie met 1,9 procent is gegroeid, na een historische krimp van 3,1 procent in 2009. De werkgelegenheid, die meestal met enige vertraging op veranderingen in de economische ontwikkeling reageert, is met 0,5 procent afgenomen. De bijdrage aan het bruto binnenlands product wordt voor het leeuwendeel geleverd door de Handel, diensten en overheid.

Handel, diensten en overheid leveren grootste bijdrage aan bruto toegevoegde waarde

De grootste bijdrage aan de bruto toegevoegde waarde en werkgelegenheid levert de doelgroep Handel, diensten en overheid. Na de krimp in 2009 door de economische crisis heeft deze doelgroep zich in 2010 licht hersteld. In 2010 is de bruto toegevoegde waarde van de HDO met 1,6 procent toegenomen. De industrie zag zijn toegevoegde waarde met 7,3 procent toenemen. De bouw zag juist zijn toegevoegde waarde afnemen (CBS, 2011b).

Kleine afname werkgelegenheid in 2010

Uit de voorlopige cijfers van 2010 blijkt dat er een afname van de werkgelegenheid was van 0,5 procent ten opzichte van het voorliggende jaar. Deze daling in 2010 is iets minder dan de daling van het arbeidsvolume in 2009. De daling komt overeen met 35 duizend arbeidsjaren. Alleen bij de sector energie is de werkgelegenheid in 2009 licht gestegen. Bij alle andere sectoren is er als gevolg van de economische crisis in 2009 sprake van een daling van de werkgelegenheid. De arbeidsmarkt reageert meestal met enige vertraging op veranderingen in de economische ontwikkeling. In 2009 kromp de economie met 3,5 procent en de werkgelegenheid met maar 1,1 procent. In 2010 groeide de economie alweer met 1,7 procent; de werkgelegenheid liep echter nog met 0,5 procent terug. Het lijkt erop dat de krappe arbeidsmarktsituatie in 2007-2008 ertoe heeft geleid dat werknemers in 2009 zoveel mogelijk in dienst werden gehouden, hoewel de productie terugliep. De regeling voor deeltijd-WW, een tijdelijke voorziening om personeel in dienst te houden, heeft hier ook aan bijgedragen. De keerzijde hiervan is dat de Nederlandse arbeidsmarkt nu ook minder profiteert van de aantrekkende economische groei.

Bronnen

Relevante informatie

Technische toelichting

Naam van het gegeven
Bruto toegevoegde waarde en werkgelegenheid
Omschrijving
De toegevoegde waarde tegen basisprijzen van alle sectoren samen plus het saldo van productgebonden belastingen en subsidies en het verschil tussen toegerekende en afgedragen BTW
Verantwoordelijk instituut
Centraal Bureau voor de Statistiek
Berekeningswijze
Voor alle sectoren in de nationale economie wordt de toegevoegde waarde bepaald. Het CBS haalt de gegevens voor de statistieken uit veel verschillende bronnen. Per onderzoek staat aangegeven hoe en waar de gegevens worden verzameld.
Geografische verdeling
Nederland
Andere variabelen
Netto binnenlandsproduct (marktprijzen), toegevoegde waarde (bruto, netto in basisprijzen), nationaal inkomen, beschikbaar nationaal inkomen, consumptieve bestedingen
Verschijningsfrequentie
Jaarlijks
Opmerking
Ten opzichte van de vorige versie van deze indicator zijn deze gegevens naar sector volgens de nieuwe SBI 2008-indeling (CBS 2008). Doordat geen sluitende vertaling gemaakt kan worden van de economische sectoren zoals het CBS die waarneemt naar de doelgroepen of milieubeleidsectoren, omvat een aantal van de gepresenteerde doelgroepen/sectoren een bredere economische sector.
Er heeft onlangs een herberekening (een zogenaamde revisie) plaatsgevonden van de statistiek van de Nationale rekeningen. De cijfers over de voorgaande jaren zijn teruggerekend tot 1969.
Betrouwbaarheidscodering
Schatting, gebaseerd op een groot aantal (accurate) metingen; de representativiteit is grotendeels gewaarborgd.

Archief van deze indicator

Actuele versie
versie‎
23
Bekijk meer Bekijk minder

Referentie van deze webpagina

CLO (2011). Bruto toegevoegde waarde en werkgelegenheid, 1990-2010 (indicator 0002, versie 12, ), www.clo.nl. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Den Haag; PBL Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag; RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven; en Wageningen University and Research, Wageningen.