Nationale parken
U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link bekijken.
Nederland heeft 19 gebieden als nationaal parken ingesteld. Hiermee volgt men een initiatief van The World Conservation Union (IUCN).
Toestand
In 1969 sloot Nederland zich aan bij een initiatief van The World Conservation Union (IUCN) om Nationale Parken in te stellen. Daarmee beoogt men grote natuurgebieden veilig te stellen en duurzaam in stand te houden. In de loop der jaren zijn 19 gebieden aangewezen als Nationaal park. De kaart geeft de ligging weer van de volgende Nationale Parken in Nederland:
- Schiermonnikoog
- Dwingelderveld
- De Groote Peel
- De Weerribben
- De Biesbosch
- De Meinweg
- Zuid Kennemerland
- De Maasduinen, voorheen De Hamert
- Loonse en Drunense Duinen
- Drents Friese Wold
- Duinen van Texel
- De Alde Feanen
- Grenspark De Zoom - Kalmthoutse Heide
- De Utrechtse Heuvelrug
- De Sallandse Heuvelrug
- Lauwersmeer
- Oosterschelde
- Nationaal beek- en esdorpenlandschap Drentsche Aa
- De Hoge Veluwe
Door op de naam te klikken krijgt u meer informatie over elk park.
Een tabel met de instellingsdata en omvangen vindt u hier
Toestand
De Nederlandse Nationale Parken zijn aaneengesloten gebieden van ten minste 1.000 hectare. Ze bestaan uit natuurterreinen, wateren en/of bossen en hebben een bijzondere landschappelijke gesteldheid en een typerend planten- en dierenleven. Er zijn goede mogelijkheden voor recreatief medegebruik.
Vergeleken met het buitenland zijn de Nederlandse Nationale Parken gering van omvang. Ook komen 'echte' (door de mens onaangetaste) natuurgebieden, nauwelijks voor. Toch kent ons land bijzondere waardevolle ecosystemen die elders in de wereld niet of slechts in zeer beperkte mate voorkomen, zoals duingebieden, veenmoerassen en heidegebieden. Nationale parken kunnen ook cultuurgronden (=landbouwgronden) omvatten, voor zover deze zijn aangewezen als Relatienotagebieden of als natuurontwikkelingsgebieden.
De nationale parken behoren tot de kerngebieden van de Ecologische Hoofdstructuur (EHS), het stelsel van natuur- en bosgebieden met hun rand- en verbindingszones, de groene ruggengraat van de Nederlandse natuur.
Twee Nationale Parken (de Hoge Veluwe en de Veluwezoom) zijn op particulier initiatief tot stand gekomen. Het gebied Zoom-Kalmthoutse Heide is een grensoverschrijdend park op basis van het Benelux-verdrag Natuur- en landschapsbescherming. Het Nationaal Park de Meinweg maakt deel uit van het Nederlands-Duitse grenspark Maas-Schwalm-Nette dat in 1977 werd ingesteld.
Beleidsdoelen
Nationale Parken zijn ingesteld door de Minister van LNV, met instemming van de eigenaren, beheerders en andere direct betrokken organisaties en instanties. Deze geven aan bereid te zijn het gebied samen als nationaal park te beheren en zorg te dragen voor het duurzaam behoud. Kenmerkend voor Nationale Parken is de meervoudige doelstelling; dat wil zeggen de combinatie van natuurbehoud en -ontwikkeling met mogelijkheden voor natuurgerichte recreatie, voorlichting en educatie en wetenschappelijk onderzoek.
Bronnen
- LNV (2000). Natuur voor mensen, mensen voor natuur. Nota Natuur, Bos en Landschap in de 21e eeuw. Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij. Den Haag.
Relevante informatie
- Meer informatie over Nationale Parken is te vinden op http://www.minlnv.nl
Technische toelichting
- Naam van het gegeven
- -
- Omschrijving
- -
- Verantwoordelijk instituut
- -
- Berekeningswijze
- -
- Basistabel
- -
- Geografische verdeling
- -
- Verschijningsfrequentie
- -
- Opmerking
- De informatie is afkomstig van het Ministerie van LNV. De omvangen van de parken zijn nog niet exact bekend. LNV voert nog een inventarisatie uit om de omvangen exacter vast te stellen.
- Betrouwbaarheidscodering
- -
Archief van deze indicator
Bekijk meer Bekijk minder
Referentie van deze webpagina
CLO (2005). Nationale parken (indicator 1314, versie 03, ), www.clo.nl. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Den Haag; PBL Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag; RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven; en Wageningen University and Research, Wageningen.