Nationale luchtkwaliteit: overzicht normen

U bekijkt op dit moment een afgesloten indicator. Deze indicator wordt niet meer bijgewerkt. De reden hiervoor staat hieronder vermeld. De archiefversies van deze indicator (indien aanwezig) zijn nog wel beschikbaar.

Deze indicator wordt niet meer geactualiseerd.


Informatie over normen met betrekking tot de nationale luchtkwaliteit is te vinden bij:

Sinds juni 2008 is de luchtkwaliteitsrichtlijn 2008/50/EG van de Europese Unie (EU) van kracht. Deze richtlijn bevat normen voor de concentraties van een aantal stoffen in de buitenlucht ter bescherming van de mens en de natuur. Het gaat om de gasvormige componenten benzeen (C6H6), koolmonoxide (CO), ozon (O3), stikstofdioxide (NO2), stikstofoxiden (NOx) en zwaveldioxide (SO2) en om de stofvormige of stofgebonden componenten fijn stof (PM10) en de fijnere fractie van fijn stof (PM2,5). In 2005 is ook vierde dochterrichtlijn (2004/107/EG) in werking getreden. Hierin zijn normen voor arseen (As), cadmium (Cd), lood (Pb), nikkel (Ni) en benzo[a]pyreen opgenomen.

De Europese luchtkwaliteitsrichtlijn

Richtlijn 2008/50/EG is in de plaats gekomen van de kaderrichtlijn luchtkwaliteit (uit 1996) en drie dochterrichtlijnen (uit 1999, 2000, en 2002). De vierde dochterrichtlijn 2004/107/EG (uit 2005) zal naar verwachting later in de nieuwe richtlijn worden ondergebracht. De EU-normen zijn via de 'Wet milieubeheer (luchtkwaliteitseisen)' geïmplementeerd in de Nederlandse wetgeving.

De belangrijkste elementen in de richtlijn zijn:

 
  • De normen uit de oude richtlijnen blijven van kracht. Daarnaast zijn normen en meetverplichtingen voor de fijnere fractie van fijn stof, PM2,5, opgenomen. Nieuw daarbij is ook de aanpak om de gemiddelde stadsachtergrondconcentratie van PM2,5 te reguleren. Dit is bedoeld om de blootstelling van mensen aan fijn stof, naast de beperking van lokale hoge concentraties langs bijvoorbeeld straten en wegen, grootschalig terug te dringen.
  • De richtlijn geeft de mogelijkheid om later te voldoen aan grenswaarden, de zogeheten derogatie. De lidstaat moet echter aannemelijk maken dat na afloop van de uitsteltermijn wel aan de grenswaarden zal worden voldaan. Voor fijn stof (PM10) was uitstel tot in 2011 mogelijk; voor stikstofdioxide (NO2) is uitstel tot 2015 mogelijk.
  • De richtlijn regelt expliciet de aftrek van fijn stof afkomstig van natuurlijke bronnen bij de vaststelling van overschrijdingingssituaties. Sinds 2005 wordt in Nederland de bijdrage van zeezout ook al buiten beschouwing gelaten bij de vaststelling van overschrijdingen van de grenswaarden voor fijn stof op basis van de eerdere richtlijnen.
  • In 2009 heeft de Europese Commissie Nederland derogatie voor de jaargemiddelde concentratie van stikstofdioxide verleend op basis van het Nationaal Samenwerkingsprogramma Lucht. Nederland moet nu uiterlijk 1 januari 2015 aan de grenswaarde voor stikstofdioxide hebben voldaan. Een uitzondering vormt de agglomeratie Heerlen/Kerkrade; hiervoor verleent de Europese Commissie uitstel tot 1 januari 2013. Tot genoemde data geldt in de betreffende gebieden een tijdelijk verhoogde grenswaarde van 60 µg/m³ voor de jaargemiddelde concentratie van stikstofdioxide.
  • In de richtlijn is een artikel opgenomen dat beschrijft waar de normen ter bescherming van de volksgezondheid moeten worden gehandhaafd. Zo is handhaving niet nodig op plaatsen waar toegang voor het algemene publiek verboden is en waar geen permanente bewoning is. Het gaat om bedrijfsterreinen of terreinen van industriële inrichtingen, waarop alle relevante bepalingen inzake gezondheid en veiligheid op het werk gelden en op de rijbaan van wegen en op de middenberm van wegen, tenzij voetgangers normaliter toegang tot de middenberm hebben.

Derogatie voor stikstofdioxide

In juli 2008 heeft Nederland de Europese Commissie laten weten dat Nederland gebruik wil maken van de mogelijkheid om later te voldoen aan de normen voor stikstofdioxide (NO2). In april 2009 heeft de Europese Commissie daarmee ingestemd. Aan de grenswaarde voor stikstofdioxide moet vanaf 1 januari 2015 worden voldaan; alleen voor de agglomeratie Heerlen-Kerkrade gold dat tot 1 januari 2013. De Europese Commissie achtte de problematiek daar minder omvangrijk, waardoor meer uitstel niet nodig werd geacht.

Overzicht luchtkwaliteitsnormen

De onderstaande tabel bevat een overzicht van de belangrijkste normen uit de EU-richtlijnen. In de tabel is aangegeven of de norm gericht is op bescherming van de gezondheid van mensen of bescherming van de natuur. Ook de juridische status van de norm is aangegeven. Voor grenswaarden geldt een resultaatverplichting om eraan te voldoen, voor streefwaarden geldt een inspanningsverplichting. In de tabel vindt u ook links naar webpagina's in het Compendium voor de Leefomgeving met de meest recente cijfers over de betreffende norm. Ontbreekt een link, dan zijn er in het compendium geen gegevens opgenomen.

De regelgeving kent een aantal begrippen:

 
  • Grenswaarde; een niveau dat op basis van wetenschappelijke kennis wordt vastgesteld met als doel schadelijke gevolgen voor de menselijke gezondheid en/of het milieu als geheel te vermijden, te voorkomen of te verminderen en dat binnen een bepaalde termijn moet worden bereikt en, wanneer het eenmaal is bereikt, niet meer mag worden overschreden. Overschrijding van de grenswaarde is, behoudens de situaties die expliciet in de richtlijn zijn omschreven, niet toegestaan. Een grenswaarde is op te vatten als een resultaatverplichting. Als een lidstaat in gebreke blijft, kan de Europese Commissie een zaak bij het Europese hof aanhangig maken.
  • Streefwaarde; een niveau dat is vastgesteld met het doel om schadelijke gevolgen voor de menselijke gezondheid en/of het milieu als geheel te vermijden, te voorkomen of te verminderen en dat voor zover mogelijk binnen een bepaalde termijn moet worden bereikt. Een streefwaarde is op te vatten als een inspanningsverplichting.
  • Alarmdrempel: een niveau waarboven een kortstondige blootstelling risico's inhoudt voor de gezondheid van de bevolking als geheel, en bij het bereiken waarvan door de lidstaten onmiddellijk stappen dienen te worden ondernomen.
  • Informatiedrempel: een niveau waarboven kortstondige blootstelling een gezondheidsrisico inhoudt voor bijzonder kwetsbare bevolkingsgroepen, en voor wie een onmiddellijke en toereikende informatievoorziening noodzakelijk is.
  • Langetermijndoelstelling: een niveau dat op lange termijn zou moeten worden bereikt, behalve waar dit niet door proportionele maatregelen kan worden bereikt, met het doel de menselijke gezondheid en het milieu een doeltreffende bescherming te bieden;


 
StofGericht opNormNiveauStatus 1)
Zwaveldioxide
(SO2)
MensDaggemiddelde; overschrijding is toegestaan op niet meer dan drie dagen per jaar 125 µg/m3Grenswaarde 2)
 MensUurgemiddelde; overschrijding is toegestaan op niet meer dan 24 keer per jaar 350 µg/m3Grenswaarde 2)
 MensUurgemiddelde; waargenomen gedurende drie opeenvolgende uren in een gebied van minimaal 100 km2500 µg/m3Alarmdrempel 3)
 NatuurJaargemiddelde en wintergemiddelde (van 1 oktober tot en met 31 maart)20 µg/m3Grenswaarde 3)
Stikstofdioxide
(NO2)
MensStikstofdioxide in lucht, 1992-2023 40/60 µg/m3Grenswaarde 4)
 MensUurgemiddelde; overschrijding is toegestaan op niet meer dan 18 keer per jaar200 µg/m3Grenswaarde 5)
 MensUurgemiddelde; waargenomen gedurende drie opeenvolgende uren in een gebied van minimaal 100 km2400 µg/m3Alarmdrempel 6)
Stikstofoxiden
(NOx)
NatuurStikstofoxiden in lucht, 1992-202030 µg/m3Grenswaarde 7)
Fijn stof
(PM10)
MensFijn stof in lucht, jaargemiddelde, 1992-201240 µg/m3Grenswaarde
 MensFijnstof (PM10) in lucht, 1992-202350 µg/m3Grenswaarde
Fijnere fractie van fijn stof (PM2,5) 8)MensFijnere fractie van fijn stof (PM2,5) in lucht, 2009-202325 µg/m3Grenswaarde
(2015)
 MensJaargemiddelde, gemiddelde op basis van metingen op stedelijke achtergrondlocaties, de zogeheten blootstellingsconcentratie20 µg/m3Grenswaarde
(2015)
 MensJaargemiddelde, gemiddelde op basis van metingen op stedelijke achtergrondlocaties over de jaren 2009 tot en met 2011 respectievelijk over de jaren 2018 tot en met 20200-20% (15% vermindering voor Nederland 10) Streefwaarde
(2020, ten opzichte van 2010)
 MensJaargemiddelde20 µg/m3Grenswaarde, indicatief
(2020)
Benzeen
(C6H6)
MensBenzeen in lucht, 1995-20205 µg/m3Grenswaarde
Koolmonoxide
(CO)
MensKoolmonoxide in lucht, 1990-202110.000 µg/m3Grenswaarde
Ozon
(O3) 9)
MensOzon in lucht en volksgezondheid, 1990-2021120 µg/m3Streefwaarde
(2010)
 MensUurgemiddelde180 µg/m3Informatiedrempel
 MensUurgemiddelde240 µg/m3Alarmdrempel
 MensOzon in lucht en volksgezondheid, 1990-2021120 µg/m3Langetermijndoelstelling
(geen jaar gegeven)
 NatuurOzon in lucht en vegetatie, 1990-2021, gemiddeld over vijf jaar18.000 µg/m3.h Streefwaarde
 NatuurOzon in lucht en vegetatie, 1990-2021, gemiddeld over mei tot en met juli6.000 µg/m3.hLangetermijndoelstelling
(geen jaar gegeven)
Arseen
(As)
MensZware metalen in lucht, 1994-20196 ng/m3Streefwaarde
(2013)
Cadmium
(Cd)
MensZware metalen in lucht, 1994-20195 ng/m3Streefwaarde
(2013)
Lood
(Pb)
MensZware metalen in lucht, 1994-20190,5 µg/m3Grenswaarde
Nikkel
(Ni)
MensZware metalen in lucht, 1994-201920 ng/m3Streefwaarde
(2013)
Benzo[a]pyreen
(B[a]P)
MensBenzo[a]pyreen in lucht, 1990-20191 ng/m3Streefwaarde,
(2013)
1) Tussen haakjes het jaar waarin uiterlijk aan de normstelling moet worden voldaan. Indien geen jaartal is vermeld, moet al aan de normstelling zijn voldaan.
2) Overschrijding van deze grenswaarde is in Nederland al lange tijd niet meer aan de orde. Zie voor meer informatie onder andere het 'Jaaroverzicht Luchtkwaliteit 2012' (Mooibroek et al., 2013). Zie ook Zwaveldioxide in lucht, 1990-2018 onder de kop 'Normstelling'.
3) Overschrijding van deze grenswaarde is in Nederland al lange tijd niet meer aan de orde. Zie voor meer informatie ook het 'Jaaroverzicht Luchtkwaliteit 2010' (Mooibroek et al., 2011).
4) Nederland heeft uitstel gekregen tot 1 januari 2015; alleen voor de agglomeratie Heerlen-Kerkrade gold het uitstel tot 1 januari 2013. Tot genoemde data geldt in de betreffende gebieden een verhoogde grenswaarde van 60 µg/m³ voor de jaargemiddelde concentratie van stikstofdioxide.
5) Overschrijding van deze grenswaarde is in Nederland al lang niet meer aan de orde. Zie voor meer informatie ook het 'Jaaroverzicht Luchtkwaliteit 2010' (Mooibroek et al., 2011). Zie ook Stikstofdioxide in lucht, 1992-2023 onder de kop 'Concentraties'.
6) Overschrijding van deze grenswaarde is in Nederland al lange tijd niet meer aan de orde. Zie voor meer informatie onder andere het 'Jaaroverzicht Luchtkwaliteit 2010' (Mooibroek et al., 2011).
7) Deze grenswaarde is van toepassing op gebieden met een oppervlak van ten minste 1000 km2 die op een afstand van minimaal 5 km van bebouwing, inrichtingen of autosnelwegen zijn gelegen. De Europese luchtkwaliteitsrichtlijn stelt een aantal eisen aan de omvang van natuurgebieden en aan de locatie van monsternemingspunten van stikstofoxiden. Nederland heeft de richtlijn in dit opzicht strikt geïnterpreteerd met als uitkomst dat er in Nederland vrijwel geen natuurgebieden respectievelijk meetlocaties zijn vast te stellen die aan de eisen van de richtlijn voldoen. Natuurgebieden in Nederland waarop de Europese norm voor stikstofoxiden wel van toepassing is, liggen in het uiterste noorden van het land.
8) Zie ook 'Toelichting normen PM2,5' hieronder.
9) Zie ook 'Toelichting normen ozon' hieronder.
10) Vastgesteld op basis van de gemiddelde blootstellingsindex van de jaren 2009 tot en met 2011. Zie ook 'Toelichting normen PM2,5' hieronder..
  •  

Toelichting normstelling voor PM2,5

  • Er is een grenswaarde voor jaargemiddelde PM2,5-concentraties van 25 µg/m3 die overal geldt vanaf 2015. Daarnaast is er een streefwaarde van 25 µg/m3, te bereiken in 2010, en een indicatieve grenswaarde van 20 µg/m3, te bereiken in 2020.
  • Daarnaast zijn er doelstellingen vastgesteld voor de 'gemiddelde blootstellingsindex' (GBI). Deze GBI wordt gebaseerd op een gemiddelde van metingen op stedelijke achtergrondlocaties en wordt bepaald als gemiddelde over drie jaar. De GBI voor 2010 wordt bepaald over de jaren 2009-2011. De GBI voor andere jaren wordt bepaald als gemiddelde over de laatste drie jaren. Dus de GBI voor 2015 wordt bepaald als gemiddelde over de jaren 2013-2015, en de GBI voor 2020 over de jaren 2018-2020.
  • Er is een grenswaarde van 20 µg/m3 voor de GBI, waaraan vanaf 2015 moet worden voldaan.
  • Er een streefwaarde om de GBI met 15%-20% te laten dalen tussen 2010 en 2020, de zogeheten blootstellingsverminderingsdoelstelling (BVD). De hoogte van deze BVD is voor Nederland15%. Een BVD van 15% geldt bij een GBI tussen 13 en 18 µg/m3 in 2010. In 2013 zal de Europese Commissie deze streefwaarde evalueren en mogelijk omzetten in juridisch bindende grenswaarde.

Toelichting normstelling voor ozon

  • De Europese norm voor bescherming van de bevolking aan hoge ozonconcentraties betreft een streefwaarde van 120 µg/m3 voor de hoogste 8-uursgemiddelde ozonconcentratie per dag. Deze streefwaarde mag in 2010 op niet meer dan 25 dagen per kalenderjaar worden overschreden, gemiddeld over drie jaar. Middeling vindt plaats over het betreffende jaar en de twee voorafgaande jaren.
  • Het hoogste 8-uursgemiddelde van de ozonconcentratie van een dag wordt bepaald door onderzoek van de voortschrijdende gemiddelden over perioden van acht uur, die uit uurwaarden berekend en ieder uur worden bijgewerkt. Elk aldus berekend gemiddelde over acht uur geldt voor de dag waarop de periode van acht uur eindigt, dat wil zeggen dat de eerste berekeningsperiode voor een bepaalde dag loopt van 17.00 uur op de dag daarvoor tot 01.00 uur op die dag, en de laatste berekeningsperiode van 16.00 uur tot 24.00 uur.
  • De AOT40 (Accumulated Ozone exposure over a Threshold of 40 ppb) is een voor de natuur relevante maat om ozonconcentraties in uit te drukken. De AOT40 dient voor de bescherming van de vegetatie. De AOT40 houdt rekening met zowel de mate van overschrijding van de drempelwaarde van 80 µg/m3 (= 40 ppb bij 20°C en 1.105 hPa) als met de tijdsduur van die overschrijding. De berekening vindt alleen plaats in de drie zomermaanden mei tot en met juli, van 08:00 tot 20:00 uur (Midden Europese Tijd).
  • De streefwaarde van de AOT40 bedraagt 18.000 (µg/m3) x uur, gemiddeld over vijf jaar. Middeling vindt plaats over het betreffende jaar en de vier voorafgaande jaren. Daarnaast is er een langetermijndoelstelling van 6.000 (µg/m3) x uur.

Relevante informatie

Technische toelichting

Naam van het gegeven
Nationale luchtkwaliteit: overzicht normen
Omschrijving
Overzicht van de Europese normstelling op het terrein van de luchtkwaliteit
Verantwoordelijk instituut
Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu
Berekeningswijze
Niet van toepassing
Basistabel
Niet van toepassing
Geografische verdeling
Niet van toepassing
Andere variabelen
Niet van toepassing
Verschijningsfrequentie
Niet van toepassing
Achtergrondliteratuur
Zie bij 'Referenties'
Opmerking
-
Betrouwbaarheidscodering
Niet van toepassing

Archief van deze indicator

Actuele versie
versie‎
12
Bekijk meer Bekijk minder
versie‎
10
versie‎
08
versie‎
07
versie‎
06
versie‎
05
versie‎
04
versie‎
03

Referentie van deze webpagina

CLO (2013). Nationale luchtkwaliteit: overzicht normen (indicator 0237, versie 12, ), www.clo.nl. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Den Haag; PBL Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag; RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven; en Wageningen University and Research, Wageningen.