Aantalsontwikkeling overwinterende watervogels, 1975-2007
U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link bekijken.
Het aantal doortrekkende en overwinterende watervogels in Nederland is de laatste sterk tijd toegenomen.
Ontwikkeling
Gemiddeld genomen is het aantal doortrekkende en overwinterende watervogels de laatste tijd toegenomen. Dat geldt vooral voor de ganzen en zwanen en in mindere mate voor eenden en steltlopers. Soortgewijs zijn er verschillen, zo is een aantal soorten achteruitgegaan. De oorzaken voor toe- en afname van soorten zijn zeer verschillend, en soms niet te achterhalen. Voor veel trends wordt aangenomen dat ze vooral veroorzaakt zijn door veranderingen in waterkwaliteit, menselijk gebruik (visserij, landbouw), natuurontwikkeling en beheer. Deze processen hebben vooral via de voedselbeschikbaarheid grote gevolgen voor het aantal watervogels dat een gebied kan herbergen.
Aantallen watervogels
Het waterrijke Nederland is voor watervogels erg aantrekkelijk. Gemiddeld verbleven hier in de periode juli 2005 tot en met juni 2006 2,5 miljoen watervogels per maand. In de winter zijn de aantallen met de vele doortrekkende en overwinterende watervogels het hoogst. Zo zijn er in januari 2006 5,4 miljoen watervogels in Nederland geteld.
Internationale verdragen
Nederland is door haar ligging in de delta van een aantal grote rivieren een watervogelland bij uitstek. Niet alleen broeden er vele aan water gebonden vogelsoorten, maar vooral de grote aantallen doortrekkende en overwinterende watervogels maken dat Nederland grote verantwoordelijkheid heeft voor de bescherming van watervogels. Deze verantwoordelijkheid is vastgelegd in internationale verdragen, zoals de Ramsar Conventie, de African Eurasian Waterbird Agreement (onderdeel van de Conventie van Bonn) en de EU-Vogelrichtlijn.
Bronnen
- Roomen, M., E. van Winden, K. Koffijberg, L. van den Bremer, B. Ens, R. Kleefstra, J. Schoppers, J-W. Vergeer, SOVON Ganzen- en Zwanenwerkgroep en L. Soldaat (2007). Watervogels in Nederland in 2005/2006. SOVON-monitoringrapport 2007/03. Waterdienst-rapport BM07.09. SOVON Vogelonderzoek Nederland, Beek-Ubbergen.
- Roomen, M.W.J. van, A. Boele, M.J.T. van der Weide, E.A.J. van Winden en D. Zoetebier (2000). Belangrijke vogelgebieden in Nederland, 1993-1997. Actueel overzicht van Europese vogelwaarden in aangewezen en aan te wijzen speciale beschermingszones en andere belangrijke gebieden. SOVON-informatierapport 2000/01. SOVON Vogelonderzoek Nederland, Beek-Ubbergen.
- Soldaat, L., H. Visser, M. van Roomen en A. van Strien (2007) Smooting and trend detection in waterbird monitoring data using structural time-series analysis and the Kalman filter. Journal of Ornithology. Volume 148, supplement 2: 351-357. DOI.10.1007/s10336-007-0176-7.
Relevante informatie
Technische toelichting
- Naam van het gegeven
- Aantalsontwikkeling overwinterende watervogels
- Omschrijving
- Ontwikkeling overwinterende watervogels als groep
- Verantwoordelijk instituut
- Centraal Bureau voor de Statistiek
- Berekeningswijze
- De Soortgroep Trend Index (STI) betreft de gemiddelde index (1975=100) van de volgende soorten:Eenden: bergeend, brilduiker, eidereend, grote zaagbek, krakeend, krooneend, kuifeend, middelste zaagbek, nonnetje, pijlstaart, slobeend, smient, tafeleend, topper, wilde eend, wintertaling en zwarte zee-eend.Ganzen en zwanen: brandgans, dwerggans, grauwe gans, grote Canadese gans, kleine rietgans, kleine zwaan, knobbelzwaan, kolgans, nijlgans, rotgans, taigarietgans, toendrarietgans en wilde zwaan.Steltlopers: bontbekplevier, bonte strandloper, drieteenstrandloper, goudplevier, groenpootruiter, grutto, kanoet, kievit, kluut, krombekstrandloper, rosse grutto, scholekster, steenloper, strandplevier, tureluur, wulp, zilverplevier en zwarte ruiter.Overige soorten: aalscholver, blauwe reiger, dodaars, fuut, geoorde fuut, grote mantelmeeuw, grote zilverreiger, kleine zilverreiger, kokmeeuw, kuifduiker, lepelaar, meerkoet, stormmeeuw, waterhoen en zilvermeeuw.De gegevens zijn ontleend aan het watervogelmeetnet van het Netwerk Ecologische Monitoring. In dit meetnet worden in de meeste maanden van het jaar alle watervogels geteld in alle belangrijke moeras- en watergebieden in Nederland.
- Basistabel
- De index van de betrokken soorten met hun trend staan onder het tabblad afzonderlijke soorten onder Download figuurdata.
- Geografische verdeling
- Nederland
- Verschijningsfrequentie
- jaarlijks
- Achtergrondliteratuur
- Roomen, M., E. van Winden, K. Koffijberg, L. van den Bremer, B. Ens, R. Kleefstra, J. Schoppers, J-W. Vergeer, SOVON Ganzen- en Zwanenwerkgroep en L. Soldaat (2007). Watervogels in Nederland in 2005/2006. SOVON-monitoringrapport 2007/03. Waterdienst-rapport BM07.09. SOVON Vogelonderzoek Nederland, Beek-Ubbergen.
- Opmerking
- De trendbeoordeling (zie tabblad onder download figuurdata) bij deze graadmeter is gebaseerd op de uitkomst van trendspotter
- Betrouwbaarheidscodering
- B. Schatting gebaseerd op een groot aantal (zeer accurate) metingen, waarbij representativiteit van de gegevens vrijwel volledig is.
Archief van deze indicator
Bekijk meer Bekijk minder
Referentie van deze webpagina
CLO (2009). Aantalsontwikkeling overwinterende watervogels, 1975-2007 (indicator 1382, versie 05, ), www.clo.nl. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Den Haag; PBL Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag; RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven; en Wageningen University and Research, Wageningen.