Zuivering van stedelijk afvalwater: stikstof en fosfor, 1981-2011

U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link bekijken.

De laatste tien jaar is de lozing van stikstof via het effluent van rioolwaterzuiveringsinstallaties bijna gehalveerd. Voor fosfor is de lozing via het effluent nog licht gedaald. Voor beide stoffen ligt het zuiveringsrendement boven 80 procent.

Stikstoflozing

De succesvolle aanpak van de stikstofverwijdering op rioolwaterzuiveringsinstallaties (RWZI's) heeft ertoe geleid dat de lozing van stikstof via het effluent in de laatste tien jaar bijna is gehalveerd. In deze periode zijn door de waterschappen omvangrijke investeringen gedaan om dit resultaat te bereiken. De genomen maatregelen zijn het gevolg van de strenge eisen in de EU Richtlijn Stedelijk Afvalwater.

Fosforlozing

De lozing van fosfor via het effluent van RWZI's, en daarmee ook de belasting van het oppervlaktewater, zijn de laatste 25 jaar met ongeveer 80 procent gedaald. Dit is het gevolg van de invoering van fosfaatvrije (kleding)wasmiddelen in de periode 1985-1990 en een verbeterde fosfaatverwijdering tijdens het zuiveringsproces in de periode 1990 tot heden.

Daling fosforlozing stagneert door vaatwasmiddelen

Ofschoon het verwijderingsrendement voor fosfor nog steeds stijgt, stagneert de daling in de effluentlozing van fosfor de laatste tien jaar. De hoeveelheid fosfor in het influent is sinds 2000 geleidelijk weer gestegen. Dit komt onder andere door stijgende inwoneraantallen maar ook door het toenemend gebruik van fosfaathoudende vaatwasmiddelen. De laatste twee jaar is de hoeveelheid fosfor in het influent weer licht gedaald tot circa 38 ton P per dag. Volgens schattingen is hiervan 7,5 ton P per dag afkomstig uit het gebruik van vaatwasmiddelen (Rijkswaterstaat, 2013). Dat is bijna 20 procent van de dagelijkse influentvracht fosfor.

Verwijderingsrendement ruim 80 procent

Volgens de Europese Richtlijn Stedelijk Afvalwater moet het landelijk zuiveringsrendement voor zowel fosfor als stikstof minstens 75 procent bedragen. Deze doelstelling is voor fosfor reeds in 1996 behaald. In 2011 was het rendement voor fosfor bijna 85 procent en voor stikstof 83 procent (CBS, 2013a). Door verbeterde zuiveringsprocessen is ook het zuiveringsrendement van zuurstofbindende stoffen toegenomen.

Bronnen

Relevante informatie

Technische toelichting

Naam van het gegeven
Zuivering van stedelijk afvalwater: stikstof en fosfor
Omschrijving
De ontwikkeling van de verwijdering van stikstof en fosfor uit stedelijk afvalwater in rioolwaterzuiveringsinstallaties.
Verantwoordelijk instituut
Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS)
Berekeningswijze
De berekeningswijze wordt beschreven in de korte onderzoeksbeschrijving Zuivering van stedelijk afvalwater (CBS, 2005) en de Factsheet effluenten rwzi's (gemeten) (Baas, K., 2013).
Geografische verdeling
Nederland, deelstroomgebied, landsdeel, provincie
Andere variabelen
Technische kenmerken (mate van defosfatering extra stikstofverwijdering, slibstabilisatie, slibontwatering), procesgegevens (aan- en afvoer van verontreinigingen, rendement, e.d.), afzet zuiveringsslib, energieverbruik en energieopwekking.
Verschijningsfrequentie
Jaarlijks
Opmerking
Het influent is het bij de zuiveringsinstallatie aangevoerde afvalwater; het effluent is het gezuiverde afvalwater dat wordt geloosd op het oppervlaktewater.
De gepresenteerde zuiveringsrendementen betreffen gewogen gemiddelden over alle typen rioolwaterzuiveringsinstallaties.
Voor de cijfers tot halverwege de jaren tachtig geldt dat deze niet geheel vergelijkbaar zijn met latere jaren omdat destijds een kleiner deel van het afvalwater werd gezuiverd op de rioolwaterzuiveringsinstallaties. Een gedeelte van het ingezamelde afvalwater werd nog ongezuiverd geloosd op het oppervlaktewater.
Betrouwbaarheidscodering
A (Integrale enquête)

Archief van deze indicator

Bekijk meer Bekijk minder

Referentie van deze webpagina

CLO (2013). Zuivering van stedelijk afvalwater: stikstof en fosfor, 1981-2011 (indicator 0152, versie 15, ), www.clo.nl. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Den Haag; PBL Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag; RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven; en Wageningen University and Research, Wageningen.