Stikstof en fosfaat in dierlijke mest en kunstmest, 1986-2007

U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link bekijken.

Diverse wettelijke regelingen hebben geleid tot een daling van de hoeveelheid stikstof en fosfaat in dierlijke mest. Ook de stikstof- en fosfaatgift uit kunstmest kent een dalende trend.

  1986199019952000200520062007*
         
  miljoen kg     
Totaal dierlijke mest + kunstmest       
Stikstof als N-totaal1)1 045930946768679680683
Fosfaat als P2O5341295273247216213215
         
Dierlijke mest       
Stikstof als N-totaal1)       
Gehele veestapel545530540429400393395
w.v.rundvee excl. mestkalveren383354357269252243242
 mestkalveren55810101111
 varkens10210410785777981
 pluimvee45474542424242
 overige2)10212323191819
         
Fosfaat als P2O5       
Gehele veestapel260221211185167165166
w.v.rundvee excl. mestkalveren13911111091878383
 mestkalveren4345555
 varkens78696048414243
 pluimvee37332932272627
 overige2)3689868
         
Kunstmest 3)       
Stikstof als N-totaal500400406339279288288
Fosfaat als P2O581746262494848
         
Bron: CBS en LEI.CBS/MNC/jul08/0106
1) De stikstof in dierlijke mest is de uitgescheiden stikstof minus gasvormige verliezen in stal en opslag. Voor de jaren 1986 en 1990 is ook het beweidingsverlies (15 à 20 mln kg stikstof) op de uitgescheiden stikstof in mindering gebracht.
2) Schapen, geiten, paarden, pony's, pelsdieren en konijnen.
3) Afzet van kunstmest tussen 1 juli van het vermelde jaar en 1 juli van het voorafgaande jaar.

Ontwikkeling stikstof- en fosfaatproductie in dierlijke mest

Na een aanzienlijke groei in de jaren zeventig en tachtig van de vorige eeuw bereikte de productie van stikstof en fosfaat in dierlijke mest een top in 1986. Als gevolg van de Beschikking Superheffing (1984), de mestwetgeving (1987) en de verlaging van het fosfaatgehalte van krachtvoer is na 1986 de mest- en mineralenproductie gedaald. Na de invoering van het mineralenaangiftesysteem (MINAS) op 1 januari 1998 neemt de stikstofproductie versneld af. De laatste jaren is de productie stabiel.

Ontwikkeling stikstof- en fosfaatgift uit kunstmest

De stikstofgift uit kunstmest is eveneens vanaf 1986 verminderd. De sterkste afname heeft tussen 1986 en 1990, en tussen 1998 en 2000 plaatsgevonden. De hoeveelheid fosfaat uit kunstmest daalt al sinds 1970.

Bronnen

Relevante informatie

  • Meer informatie over stikstof en fosfaat in mest is te vinden in de databank StatLine van het CBS en bij het LEI.

Technische toelichting

Naam van het gegeven
Stikstof en fosfaat in dierlijke mest en kunstmest
Omschrijving
Ontwikkeling van de productie van stikstof en fosfaat in dierlijke mest door de gehele veestapel en per diercategorie. Ontwikkeling van de hoeveelheid stikstof en fosfaat in kunstmest.
Verantwoordelijk instituut
Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS)
Berekeningswijze
Het artikel Productie van dierlijke mest en mineralen geeft een korte methodebeschrijving van het onderzoek. De uitscheiding van stikstof en fosfaat via dierlijke mest wordt berekend door het aantal dieren per diercategorie in de veestapel (gegevens uit de Landbouwtelling van het CBS) te vermenigvuldigen met een factor voor de uitscheiding van stikstof, respectievelijk fosfaat in de mest per dier.
De gegevens over de mineralenuitscheiding zijn omgerekend naar de mineralenproductie. Dit is de hoeveelheid mineralen in de mest op het moment van uitrijden of toepassing. Bij stikstofuitscheiding gaat het om de totale hoeveelheid stikstof en stikstofverbindingen (als N-totaal), dus de hoeveelheid inclusief de gasvormige stikstofverbindingen (NH3, N2, NO, N2O) die vervluchtigen in de stal en tijdens opslag buiten de stal. De stikstofproductie is de hoeveelheid stikstof in de mest op het moment van uitrijden of toepassing. Dit betekent dat gasvormige stikstofverbindingen (zoals ammoniak) die in stal, weide en tijdens opslag vrijkomen niet in de stikstofproductie zijn opgenomen. In de tabel worden cijfers gepresenteerd voor de stikstofproductie. Voor alle jaren is de stikstofproductie herberekend voor alle gasvormige stikstofverliezen volgens Oenema, O., et al. (2000). Een groot deel van deze gasvormige verliezen verdwijnt in het milieu. Bij fosfaat treden er geen gasvormige verliezen op tussen het moment van uitscheiden en het uitrijden of toepassen van de mest.
Geografische verdeling
Er zijn gegevens voor Nederland. Ook zijn er cijfers per landsdeel, provincie, landbouwgebied, concentratiegebied en stroomgebied.
Andere variabelen
Mestproductie per diercategorie, mineralenuitscheiding per diercategorie, gasvormige stikstofverliezen, areaal bemestbare grond, omvang veestapel per diercategorie.
Verschijningsfrequentie
Jaarlijks
Betrouwbaarheidscodering
D (berekening op basis van een integrale enquête naar het aantal dieren in de veestapel en factoren voor de uitscheiding van stikstof, respectievelijk fosfaat in de mest per dier)

Archief van deze indicator

Actuele versie
versie‎
30
Bekijk meer Bekijk minder

Referentie van deze webpagina

CLO (2008). Stikstof en fosfaat in dierlijke mest en kunstmest, 1986-2007 (indicator 0106, versie 09, ), www.clo.nl. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Den Haag; PBL Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag; RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven; en Wageningen University and Research, Wageningen.