Belasting van het oppervlaktewater naar herkomst, 2017
U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link bekijken.
De uit- en afspoeling vanuit het landelijk gebied speelt een bepalende rol bij de belasting van het oppervlaktewater met nutriënten en zware metalen. Via de rioolwaterzuiveringsinstallaties dragen ook de gezuiverde emissies van huishoudens, bedrijven en afspoelend hemelwater bij. Daarnaast zijn de atmosferische depositie en de emissies door verkeer van belang.
Bronnen en (milieu)compartimenten
De figuren geven per sector en - in het geval van overdrachten vanuit bodems of atmosfeer - per compartiment het relatieve aandeel aan de totale belasting van het oppervlaktewater, respectievelijk aan de totale belasting via (afval)water van het rioolstelsel.
De belasting van het oppervlaktewater bestaat uit:
- de rechtstreekse emissies naar oppervlaktewater vanuit de diverse emissiebronnen zoals industrie en huishoudens;
- de overdrachten vanuit de milieucompartimenten bodem (uit- en afspoeling landelijk gebied), lucht (atmosferische depositie) en het compartiment riolering en waterzuivering (effluenten, overstorten en regenwaterriolen).
Grote belasting via overdrachten vanuit andere compartimenten
Voor veel stoffen is de belasting van het oppervlaktewater via bodem, lucht of riolering en waterzuivering de belangrijkste bron. Door uit- en afspoeling van nutriënten en zware metalen uit landbouwgronden en natuurlijke bodems wordt het oppervlaktewater belast. De primaire bron van deze belasting is vaak de landbouw. Via de lucht is de atmosferische depositie van belang, met name voor de PAK's. De industrie, de landbouw en verkeer en vervoer zijn de belangrijkste primaire bron van atmosferische depositie.
Het gezuiverde afvalwater, afkomstig van rioolwaterzuiveringsinstallaties (effluent), overstorten en regenwaterriolen, is ook voor nutriënten, metalen, geneesmiddelen en sommige gewasbeschermingsmiddelen een belangrijke bron voor de belasting van het oppervlaktewater. In feite weerspiegelt dit de door het zuiveringsproces gereduceerde emissies naar riool van diverse sectoren zoals huishoudens, industrie of van afspoeling van verhardingen (zie hieronder). Voor koper en zink en voor de beide PAK's (polycyclische aromatische koolwaterstoffen) geldt dat ook de scheepvaart en het wegverkeer een groot aandeel hebben in de totale belasting. De consumenten dragen flink bij aan de belasting met lood, door het gebruik van lood in de hengelsport.
Atmosferische depositie op de Noordzee en emissies van zeeschepen varend op het Nederlands deel van het Continentaal Plat (NCP) zijn niet meegenomen in de cijfers zoals die in deze indicator zijn gepresenteerd.
Belasting van het rioolstelsel
Er bestaan grote verschillen tussen de grafieken 'belasting van oppervlaktewater' en 'belasting van het rioolstelsel'. De belasting van het rioolstelsel bestaat uit:
de rechtstreekse emissies via een rioolaansluiting vanuit bedrijven en consumenten;
afspoeling met hemelwater vanaf gerioleerd verhard oppervlak (wegen, daken) van verontreinigingen veroorzaakt door atmosferische depositie, (weg)verkeer, corrosie van metalen en straatvuil.
In de nieuwe tijdreeks is bij atmosferische depositie gerekend met een lager gerioleerd verhard oppervlak; de cijfers zijn derhalve naar beneden bijgesteld. Voor fosfor en stikstof is voor het eerst de afspoeling van verhardingen naar het rioolstelsel berekend. Voor N-totaal bedraagt de bron afspoeling van verhard oppervlak 3,3 procent van de totale emissie op het riool, voor P-totaal is dit 2,4 procent. Het gaat daarbij om bronnen als bladval, depositie, uitspoeling zand en grond en urine en uitwerpselen van dieren.
Bij de belasting op het rioolstelsel zijn voor vrijwel alle stoffen de huishoudens ofwel consumenten veruit de belangrijkste bron. Voor de geneesmiddelen geldt dat de consumenten de enige bron zijn. Voor de PAK's is de afspoeling vanaf verhardingen van emissies van het wegverkeer een belangrijke bron.
Voor de herbiciden glyfosaat en MCPA is het gebruik in het stedelijk groenbeheer de enige bron voor belasting van het riool. Daarbij moet worden opgemerkt dat vanaf maart 2016 professionele gebruikers bij het stedelijk groenbeheer geen gewasbeschermingsmiddelen meer op een verharde ondergrond mogen gebruiken. Dit is nog niet doorgerekend in de cijfers voor 2017.
De huishoudens zijn verantwoordelijk voor emissie op riool van het insecticide Imidacloprid.
Bronnen
- Emissieregistratie (2019). Website Emissieregistratie: jaarcijfers 2017. RIVM, Bilthoven; PBL, Den Haag; CBS, Den Haag; RWS-WVL, Lelystad; WEnR, Wageningen; Deltares, Utrecht; RVO, Utrecht en TNO, Utrecht.
Relevante informatie
- Atmosferische depositie op binnenwater en op het rioolstelsel, 1990-2021
- Belasting van het oppervlaktewater door landbouw en natuur, 1990-2021
- Belasting oppervlaktewater door gebruik van enkele gewasbeschermingsmiddelen in de landbouw, 2005-2022
- Belasting van het oppervlaktewater door de industrie, 1990-2021
- Belasting van het oppervlaktewater door verkeer en vervoer, 1990-2021
- Belasting van het oppervlaktewater door consumenten, 1990-2021
- Belasting van het oppervlaktewater vanuit riolering en rioolwaterzuivering, 1990-2021
- Belasting van en emissies naar water: begrippen en definities
- Recente cijfers en beschrijvingen van gehanteerde berekeningswijzen (meta-informatie) kunnen in detail bekeken worden op de website van de Emissieregistratie.
Technische toelichting
- Naam van het gegeven
- Belasting van het oppervlaktewater naar herkomst
- Omschrijving
- De belasting, ofwel de vervuiling die daadwerkelijk het oppervlaktewater bereikt, bestaat uit de emissies naar oppervlaktewater plus de overdrachten vanuit de overige compartimenten in de vorm van RWZI effluenten, overstorten, regenwaterriolen, uit- en afspoeling vanuit landbouw- en natuurgronden en de atmosferische depositie op oppervlaktewateren exclusief de Noordzee. Emissies, ofwel de vrachten verontreiniging die uit een bron vrijkomen, kunnen worden verdeeld in emissies naar het oppervlaktewater en emissies naar het rioolstelsel.
- Verantwoordelijk instituut
- Centraal Bureau voor de Statistiek, in samenwerking met de Emissieregistratie (Rijksinstituut voor de Volksgezondheid en Milieuhygiëne, Planbureau voor de Leefomgeving, Centraal Bureau voor de Statistiek, Rijkswaterstaat-WVL, Deltares, Wageningen Environmental Research, Rijksdienst voor Ondernemend Nederland, TNO)
- Berekeningswijze
- Voor een uitgebreide beschrijving van de berekeningsmethoden wordt verwezen naar de methodebeschrijvingen op de website van de Emissieregistratie
- Basistabel
- Alle data opvraagbaar op Emissieregistratie
- Geografische verdeling
- Nederland, provincie, stroomgebied, waterschap, afwateringseenheid
- Andere variabelen
- Belasting oppervlaktewater, bodememissies, emissies oppervlaktewater, luchtemissies, luchtemissies volgens IPCC
In totaal circa 300 stoffen
Circa 1600 emissieoorzaken en circa 1000 (individuele) puntbronnen - Verschijningsfrequentie
- In mei definitieve cijfers t-2
- Achtergrondliteratuur
- Methoden: op de website van Emissieregistratie achter Overzicht documenten
Begrippen: op de website van Emissieregistratie achter Begrippenlijst - Opmerking
- Omdat de uit- en afspoeling van stikstof, fosfor en zware metalen niet kan worden uitgesplitst naar landbouw- en natuurgronden, is de uit- en afspoeling als totaal weergegeven. Atmosferische depositie op de Noordzee (NCP) en de emissies van zeeschepen varend op het Nederlands deel van het NCP zijn niet meegenomen in de cijfers. Voor nadere uitleg over de begrippen emissies en belasting: zie: Emissies naar water: begrippen en definities
- Betrouwbaarheidscodering
- Complex. Zie ook de diverse factsheets op de website van de Emissieregistratie, achter 'Overzicht documenten'.
Archief van deze indicator
Bekijk meer Bekijk minder
Referentie van deze webpagina
CLO (2019). Belasting van het oppervlaktewater naar herkomst, 2017 (indicator 0085, versie 20, ), www.clo.nl. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Den Haag; PBL Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag; RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven; en Wageningen University and Research, Wageningen.