Voetafdruk van de Nederlandse consumptie, 2005

U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link bekijken.

De hoeveelheid land die nodig is voor de Nederlandse consumptie bedraagt ongeveer drie keer het landoppervlak van Nederland. Daarin is het oppervlak dat nodig is voor bosbouw, landbouw en veeteelt het grootst. Per persoon is circa 0,7 hectare nodig.

Landgebruik voor consumptie van Nederlanders beslaat drie maal de oppervlakte van Nederland

De hoeveelheid land die nodig is om te voorzien in de Nederlandse consumptie van burgers en overheid besloeg in 2005 ongeveer drie keer het landoppervlak van Nederland. De belangrijkste productgroepen voor het landgebruik zijn voedsel (plantaardig en dierlijk), papier en hout. Per inwoner van Nederland ligt het landgebruik in de buurt van het mondiale gemiddelde, doordat er voor de consumptie relatief intensieve productiemethoden worden gebruikt. Het gebruik van biomassa voor energieopwekking is nu nog beperkt van omvang, maar zal stijgen afhankelijk van de ambities en doelen voor een duurzame energievoorziening (PBL, 2012a).

Het merendeel van het landgebruik (ruim 85 procent) ligt buiten de Nederlandse grenzen, wat betekent dat er vooral internationaal gericht beleid nodig is om de effecten van de voetafdruk te verminderen. Het land dat voor de Nederlandse voetafdruk wordt gebruikt, bevindt zich voor het grootste deel in OESO landen (ongeveer 65 procent inclusief Nederland), voor ongeveer 25 procent in de grote transitie economieën (de BRIICS) en de rest in de overige landen, waaronder het Midden-Oosten en de landen in ontwikkeling.

Handel in grondstoffen

De voetafdruk van de consumptie geeft niet het complete beeld van de milieueffecten elders van de Nederlandse economie. In Nederland wordt namelijk niet alleen veel geconsumeerd, maar ook geïmporteerd, verwerkt en geëxporteerd: Nederland is een belangrijk handels- en doorvoerland. De belangrijkste agrarische grondstoffen die Nederland importeert zijn (in waarde uitgedrukt) soja, cacao en palmolie. De handel in deze grondstoffen en hun halffabricaten groeit harder dan de binnenlandse consumptie en het binnenlandse verbruik door de industrie. De milieueffecten van deze handelsstroom zijn voor sommige grondstoffen dan ook groter dan de effecten van de consumptie alleen. Zo is de import en verwerking van soja in Nederland voor een groot deel bestemd voor de productie van vlees voor de export (PBL, 2012b).

Bronnen

Technische toelichting

Naam van het gegeven
Voetafdruk van de Nederlandse consumptie
Omschrijving
Landgebruik voor de Nederlandse consumptie, en uitstoot van broeikasgassen per inwoner per regio.
Verantwoordelijk instituut
Planbureau voor de Leefomgeving, auteur: Mark van Oorschot
Berekeningswijze
Zie Rood e.a (2004)
Basistabel
-
Geografische verdeling
Wereldregio's
Verschijningsfrequentie
onregelmatig
Achtergrondliteratuur
Rood G.A., H.C. Wilting, D. Nagelhout, B.J.E. ten Brink, R.J. Leewis en D.S. Nijdam (2004). Spoorzoeken naar de invloed van Nederlanders op de mondiale biodiversiteit: Model voor een ecologische voetafdruk. RIVM Rapport 500013005. RIVM, Bilthoven.
Betrouwbaarheidscodering
-

Archief van deze indicator

Actuele versie
versie‎
11
Bekijk meer Bekijk minder
versie‎
10
versie‎
09
versie‎
08
versie‎
07

Referentie van deze webpagina

CLO (2013). Voetafdruk van de Nederlandse consumptie, 2005 (indicator 0075, versie 06, ), www.clo.nl. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Den Haag; PBL Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag; RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven; en Wageningen University and Research, Wageningen.