Ontwikkeling van het Nederlandse bos, 1988-2001
U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link bekijken.
Staande | Bijgroei | Houtkap | Oogst | |||
voorraad | w.v. | door dunning | door eindhak | |||
1 000 m3 r.e. zonder schors 1) | ||||||
1988/1992 | 36 956 | 1 681 | 1 036 | 901 | 720 | 181 |
1990/1994 | 38 170 | 1 690 | 1 186 | 988 | 722 | 266 |
1991/1995 | 38 899 | 1 727 | 1 200 | 1 013 | 717 | 296 |
1992/1996 | 39 518 | 1 717 | 1 201 | 1 024 | 707 | 317 |
1993/1997 | 40 255 | 1 711 | 1 287 | 1 113 | 812 | 301 |
1994/1998 | 41 432 | 1 718 | 1 217 | 1 055 | 805 | 250 |
1995/1999 | 42 109 | 1 704 | 1 183 | 1 036 | 784 | 252 |
2001 | 45 135 | . | . | . | . | . |
Bron: Schoonderwoerd en Daamen; Dirkse en Daamen. | CBS/MC/okt02 | |||||
NB. De cijfers 1988/1992 tot en met 1995/1999 zijn afkomstig uit het project Houtoogststatistiek en prognose oogstbaar hout; de cijfers 2001 komen uit het Meetnet Functievervulling bos. 1) Oorspronkelijke eenheid: m3 spilhout met schors. Voor omrekening naar m3 r.e. (= rondhout-equivalent) is de volgende berekening gemaakt: m3 r.e. met schors = m3 spilhout met schors x 0,9. Voor omrekening naar m3 zonder schors: -15%. |
Ontwikkeling Nederlandse bos
Het Nederlandse bos heeft zich de laatste vijftien jaar geleidelijk ontwikkeld in de richting van een ouder, beter gestructureerd en meer gemengd bos. De levende voorraad is zowel in totaal als per hectare sterk toegenomen, evenals de oogst. Er staan nu meer dikke bomen in het bos, waardoor ook de oogst procentueel uit meer dikke bomen bestaat. Ook zijn de totale oppervlakte gemengd bos en de hoeveelheid dood staand hout per hectare in vergelijking met vijftien jaar geleden toegenomen.
Methodiek
Rondhout bestaat uit stammen of delen hiervan die niet verder bewerkt zijn dan gesnoeid, gekort en eventueel ontschorst. Om de verschillende houtproducten te kunnen optellen zijn in de tabellen in deze sectie alle hoeveelheden omgerekend naar de hoeveelheid rondhout die nodig is geweest om producten te maken. In het project Houtoogststatistiek en prognose oogstbaar hout (HOSP) wordt de ontwikkeling van het bos gemeten op circa 2 500 permanente meetpunten. Volgens een roulatiesysteem wordt hiervan jaarlijks ongeveer eenvijfde deel bezocht, zodat na vijf jaar alle meetpunten zijn opgenomen. De waarden geven aldus voor de genoemde tijdvakken een voortschrijdend vijfjaarlijks gemiddelde. In de cijfers zijn geen lijnbeplantingen opgenomen. Als vervolg op de HOSP is in 2000 het Meetnet Functievervulling bos (MFV-bos) gestart. Deze bossensteekproef omvat 3 622 punten. In de periode 2000-2004 zal elk jaar op een kwart van de steekproefpunten worden gemeten. De staande voorraad in 2001 is een schatting op basis van 745 opnamen. Gegevens over bijgroei, houtkap en oogst zijn vooralsnog niet beschikbaar.
Bronnen
- Dirkse, G.M. en W.P. Daamen (2002). Het Nederlandse bos in 2001 (tweede concept). Alterra en Bosdata, Wageningen.
- Schoonderwoerd, H. en W.P. Daamen (1999). Houtoogst en bosontwikkeling in het Nederlandse bos: 1984-1997. Stichting Bosdata, Wageningen.
Technische toelichting
- Naam van het gegeven
- -
- Omschrijving
- -
- Verantwoordelijk instituut
- -
- Berekeningswijze
- -
- Basistabel
- -
- Geografische verdeling
- -
- Verschijningsfrequentie
- -
- Betrouwbaarheidscodering
- -
Archief van deze indicator
Bekijk meer Bekijk minder
Referentie van deze webpagina
CLO (2002). Ontwikkeling van het Nederlandse bos, 1988-2001 (indicator 0069, versie 03, ), www.clo.nl. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Den Haag; PBL Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag; RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven; en Wageningen University and Research, Wageningen.