Ruimtelijke ontwikkelingen in het kustfundament, 2000 - 2015
U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link bekijken.
Het aantal woningen in het kustfundament is licht toegenomen van 28672 in 2000 tot 30935 in 2015, gemiddeld ongeveer 0,4% per jaar. Deze toename heeft vooral plaatsgevonden binnen het bestaand bebouwd gebied (86%). Tussen 2012 en 2015 is het aantal woningen binnen het bestaand bebouwd gebied met 704 woningen (2,6%) toegenomen. Buiten bestaand bebouwd gebied is het aantal met 50 woningen (1,7%) toegenomen.
Restricties bouwen in het kustfundament
Het kustfundament omvat het gehele zandgebied, nat en droog, dat als geheel van belang is als drager van functies in het kustgebied. Het rijk waarborgt voor de realisatie van een duurzame veiligheid tegen overstroming vanuit zee dat in het kustfundament voldoende ruimte beschikbaar is en blijft voor de versterking van de zeewering. Aan de landzijde omvat het kustfundament alle duingebieden en alle daarop gelegen harde zeeweringen met de ruimtereservering voor tweehonderd jaar zeespiegelstijging en omvat daar waar de duinen breder zijn dan de waterkering het gehele duingebied. In de praktijk valt de begrenzing dan samen met de grenzen van natuurbeschermingsgebieden, de Ecologische Hoofdstructuur en de Vogel- en Habitatrichtlijngebieden.
Geringe toename van het aantal woningen in het kustfundament
Het totaal aantal woningen is in het kustfundament is in de periode 2000 - 2015 met gemiddeld 0,4% per jaar toegenomen. De ontwikkelingen hebben zich vooral voorgedaan binnen bestaand bebouwd gebied (86%).
Om het zandige systeem van de kust integraal te kunnen beheren wordt het kustfundament ruimtelijke beschermd met een 'ja-mits, nee-tenzij' regime (vastgelegd in het Nationaal Waterplan 2009-2015). De kustveiligheid wordt geborgd in combinatie met behoud en ontwikkeling van functies in de kust (zoals ecologie, recreatie, zeehaven, zeescheepvaart) zolang deze functies de waterveiligheid niet in gevaar brengen.
Niet nagegaan is of bebouwing buiten het kustfundament in overeenstemming is met de hierboven genoemde restrictie. In onderstaande tabel zijn de gemeenten opgenomen waar zich de grootste wijzigingen hebben voorgedaan wat betreft de toename van het aantal woningen in het kustfundament.
Gemeente | Toename woningen buiten bebouwd gebied 2000 - 2015 | Toename woningen binnen bebouwd gebied 2000 - 2015 |
Bergen | 59 | 71 |
Den Haag | 21 | 476 |
Katwijk | 56 | 195 |
Rotterdam | 103 | 54 |
Sluis | 47 | 0 |
Vlissingen | 0 | 225 |
Westland | 0 | 67 |
Zandvoort | 3 | 850 |
Zijpe | 56 | 0 |
In de periode 2012 - 2015 is het aantal woningen binnen het bestaand bebouwd gebied het meest toegenomen in de gemeenten Den Haag (416), Zandvoort (117) en Katwijk (83) en Westland (67). Buiten het bestaand bebouwd gebied was de grootste toename van het aantal woningen in deze periode in de gemeenten Sluis (47) en Katwijk (21).
Relevante doel en nationaal belang Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte
Deze indicator verwijst naar de volgende doelen en nationale belangen:
- Doel: Het waarborgen van een leefbare en veilige omgeving waarin unieke natuurlijke en cultuur-historische waarden behouden zijn (leefbaar en veilig)
- Nationaal Belang: Ruimte voor waterveiligheid, een duurzame zoetwatervoorziening en kaders voor klimaatbestendige stedelijke (her)ontwikkeling
Ontwikkeling verblijfsrecreatie en woningen aan de rand van het kustfundament
De laatste tijd is er de nodige ophef geweest over toename van bebouwing aan de kust. De toename van het areaal woningen en verblijfsrecreatie aan de Nederlandse kust vond niet zozeer plaats in het kustfundament, maar in een strook landwaarts daarvan. In onderstaande figuur zijn deze ontwikkelingen in beeld gebracht voor een indicatieve strook van 500m landwaarts van het kustfundament. In deze zone vindt de meeste bouwactiviteiten plaats. Relatief gezien nam het areaal wonen en verblijfsrecreatie, zowel in het kustfundament als in de indicatieve strook landwaarts daarvan, het minst toe in de provincie Friesland en het meest in Zeeland. Het rijk stelt hier geen restricties vanuit waterveiligheid. Of bouwactiviteiten zijn toegestaan, hangt hier af van het beleid van provincies en gemeenten.
In de kust zijn drie zones te onderscheiden:
- Kustfundament buiten bestaand bebouwd gebied
In het kustfundament buiten het stedelijk gebied staat het Rijk vanuit een oogpunt van waterveiligheid geen nieuw bebouwing toe. Alleen tijdelijke bebouwing, zoals vakantiehuisjes boven de gemiddelde hoogwaterlijn op het strand zijn toegestaan, en bebouwing van openbaar belang. - Kustfundament binnen bestaand bebouwd gebied
In het kustfundament binnen het bestaand bebouwd gebied gelden deze beperkingen niet. Wel stelt het Rijk beperkingen voor gronden die behoren tot primaire waterkeringen en waterstaatkundige beschermingszones. - Binnenduinrand landwaarts van het kustfundament
In de binnenduinrand landwaarts van het kustfundament stelt het Rijk geen ruimtelijke restricties vanuit waterveiligheid.
Bronnen
- CBS (2012). Woningregistratie 2012
- IenM (2012), Structuurvisie infrastructuur en ruimte, Den Haag: Ministerie van Infrastructuur en Milieu.
- Kadaster, Basisregistraties Adressen en Gebouwen. http://www.kadaster.nl/web/Themas/Registraties/BAG/BAGartikelen/Basisre…
Technische toelichting
- Naam van het gegeven
- Ruimtelijke ontwikkelingen in het kustfundament
- Omschrijving
- Het aantal nieuwe woningen dat gebouwd is in het kustfundament, binnen en buiten bestaand bebouwd gebied
- Verantwoordelijk instituut
- Planbureau voor de Leefomgeving (PBL)
- Berekeningswijze
- Voor de contour van het kustfundament is gebruik gemaakt van de SVIR. Hierbij is onderscheid gemaakt tussen binnen en buiten het bestaand bebouwd gebied (VROM, 2003, gecorrigeerde versie 2000). Met ingang van 2012 stelt het CBS de woningvoorraad vast op basis van gegevens uit de Basisregistratie Adressen en Gebouwen (BAG) die de registratie van woningen via het Woningregister van het CBS vervangt. Deze cijfers sluiten niet aan op oude statistieken, er is sprake van een trendbreuk. Per saldo registreert de BAG meer verblijfsobjecten met minimaal een woonfunctie. Daarnaast kunnen administratieve onzuiverheden die met de opstart van de BAG te maken hebben, leiden tot een onjuiste volgtijdelijke vergelijking zoals die in de MIR 2016 wordt toegepast. Vandaar dat een aantal additionele correcties toegepast zijn op stand gegevens die CBS heeft gepubliceerd op basis van de BAG. Met deze correcties zijn de standen van 1 januari 2012, 1 januari 2014 en 1 januari 2015 van de BAG opgehoogd of verlaagd. Hiermee wordt voorkomen dat verschillen in tijdigheid van mutaties in het Woningregister en de BAG leidt tot een onjuiste interpretatie van groei of afname. Meer informatie is opgenomen in www.clo.nl/trendbreuk-woningvoorraad
- Basistabel
- -
- Geografische verdeling
- -
- Verschijningsfrequentie
- 2-jaarlijks
- Betrouwbaarheidscodering
- Ontwikkelingen in het kustfundament: telling op basis van Woningregistratie van het CBS. Vanaf 2012 is de bron daarvan gewijzigd waardoor er een trendbreuk optreedt. www.clo.nl/trendbreuk-woningvoorraad Ontwikkelingen binnenduinrand landwaarts van het kustfundament: op basis van Woningregistratie van het CBS en Bodemstatistiek. Schatting gebaseerd op een groot aantal (accurate) metingen; de representativiteit is grotendeels gewaarborgd.
Archief van deze indicator
Bekijk meer Bekijk minder
Referentie van deze webpagina
CLO (2016). Ruimtelijke ontwikkelingen in het kustfundament, 2000 - 2015 (indicator 2158, versie 03, ), www.clo.nl. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Den Haag; PBL Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag; RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven; en Wageningen University and Research, Wageningen.