Energielabels van woningen, 2007 - 2016

U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link bekijken.

Per 1 januari 2017 waren ruim 3,2 miljoen woningen voorzien van een energielabel. Circa 11% van de woningen heeft een A label, 16% een B label. De meeste woningen hebben energielabel C (31%).

Ruim drie miljoen woningen voorzien van een energielabel

Het energielabel voor woningen en gebouwen bestaat sinds 2007. Dit label biedt een snelle indicatie van het energiegebruik van een woning. Van de ruim 7,5 miljoen woningen in Nederland zijn per 1 januari 2017 circa 3,2 miljoen woningen voorzien van een energielabel. Dit komt overeen met 42% van de totale woningvoorraad. Meergezinswoningen hebben vaker een label (59%) dan ééngezinswoningen (33%).
De meerderheid van de woningen heeft een C of D label (31% en 21%). De energiezuinige woningen (label A en B) vormen samen circa 27% van de woningvoorraad.. Ruim elf procent van de uitgereikte labels betreft de zeer energiezuinige klasse A.
De meeste energielabels zijn tot nog toe verstrekt in 2009 (zie figuur energielabels per jaar). Toen hebben veel woningbouwcorporaties hun woningbestanden laten doorlichten. Indien een woning later -bijvoorbeeld na het nemen van besparende maatregelen- een nieuw label krijgt, wordt het oude label 'overschreven'. Zodoende worden dubbeltellingen voorkomen. In 2015 en 2016 zijn er eveneens veel opnames. Dit heeft mogelijk te maken met de vereenvoudiging van de label-aanvraag, waardoor de kosten zijn verlaagd. Ook zijn in 2015 sancties van kracht geworden op het ontbreken van een label bij verkoop of verhuur van de woning.
In 2007 resulteerde 15% van de opnames in een groen label (A of B), in 2016 was dit 35%. Het aandeel van de energie-onzuinige labels E, F en G liep terug van 31% in 2007 naar 22% in 2016. De opnames zijn niet representatief voor de gehele woningvoorraad. Er zijn nog ruim vier miljoen huizen zonder formeel energielabel. Opnames voor een energielabel worden relatief vaak verricht bij nieuwbouw- en huurwoningen. De cijfers zijn afkomstig van de RVO (voorheen Agentschap NL) en betreffen de inventarisaties tot en met 2016.

Meeste groene energielabels bij 'overige' woningen

De verschillen tussen de woningtypen zijn klein. Het hoogste percentage woningen met label A of B is te vinden in de categorie 'overige' (35%). Het betreft voornamelijk maisonnettes en 'overige flatwoningen'. Ook bij vrijstaande woningen is dit percentage hoog (34%). Het laagst is dit percentage bij portiekwoningen (20%). Bij vrijstaande huizen zitten relatief veel 'rode' labels (E, F en G, samen 31%). Tussenwoningen zijn relatief gezien vaak middenmoters (C en D, samen 57%).

Beleid energiecertificering gebouwen

De Energy Performance of Buildings Directive - EPBD (EU-richtlijn 2002/91/EG) verplicht Europese lidstaten om de energiecertificering van gebouwen te regelen. In 2010 is een herschikking van deze richtlijn gepubliceerd (richtlijn 2010/31 EU). In Nederland is dit vastgelegd in het Besluit energieprestatie gebouwen (BEG), de Regeling energieprestatie gebouwen (REG) en het Activiteitenbesluit (installatiekeuringen).
Beleid energiecertificering woningen
Woningeigenaren moeten bij verkoop van de woning sinds 1 januari 2008 hun woning voorzien van een energieprestatiecertificaat. Dit certificaat, later ook wel als energielabel aangeduid, is gebaseerd op een inspectie van de woning. Het label is vernieuwd in 2010. Hoewel het energielabel bij verkoop of verhuur verplicht was, ontbrak het aan sancties bij het in gebreke blijven. De Europese Commissie is hierom in 2012 een juridische procedure gestart tegen Nederland. De Minister voor Wonen en Rijksdienst heeft begin 2015 een vereenvoudigd label ingevoerd, waarbij wel sanctiemogelijkheden zijn.
De handhaving hiervan wordt uitgevoerd door de Inspectie Leefomgeving en Transport. Van de kwart miljoen verkochte woningen in 2015 bleek circa 10% bij de overdracht geen label te hebben. Verreweg de meeste verkopers hebben dit daarna alsnog in orde gemaakt, waardoor anno april 2017 nog slechts enkele tientallen sanctieprocedures liepen.
Alle woningen zonder label hebben in het kader van het vereenvoudigde systeem eind 2014 een voorlopig label toegewezen gekregen, wat echter geen formele status heeft.
De recente ontwikkelingen op het gebied van het energielabel voor woningen kunnen worden gevolgd op de website van de rijksoverheid en van RVO (Rijksdienst voor ondernemend Nederland, voorheen AgentschapNL):

Bronnen

Technische toelichting

Naam van het gegeven
Energielabels voor woningen
Omschrijving
Aantal energielabels voor woningen, periode 2007- 2016
Verantwoordelijk instituut
Planbureau voor de Leefomgeving. Auteur: Durk Nijdam
Berekeningswijze
Gegevens afkomstig uit het registratiesysteem voor energielabels van gebouwen. Het registratiesysteem wordt beheerd door RVO (voorheen AgentschapNL).
Basistabel
-
Geografische verdeling
Nederland
Andere variabelen
Energieprijzen huishoudens, isolatiemaatregelen, cv-ketels, gasverbruik, verlichting van woningen en utitiliteitsbouw
Verschijningsfrequentie
jaarlijks
Betrouwbaarheidscodering
Zeer betrouwbaar, geen bijschattingen, 100% registraties

Archief van deze indicator

Actuele versie
versie‎
10
Bekijk meer Bekijk minder
versie‎
09
versie‎
08
versie‎
07
versie‎
06
versie‎
05
versie‎
04
versie‎
03
versie‎
02
versie‎
01

Referentie van deze webpagina

CLO (2017). Energielabels van woningen, 2007 - 2016 (indicator 0556, versie 06, ), www.clo.nl. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Den Haag; PBL Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag; RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven; en Wageningen University and Research, Wageningen.