Ontwikkeling van het Nederlandse bos, 1990-2005
U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link bekijken.
De staande voorraad levend en dood hout in het Nederlandse bos neemt nog steeds toe en bedraagt in 2005 194 m3 per hectare. Het bos is ouder, beter gestructureerd en meer gemengd dan ruim vijftien jaar geleden.
Staande voorraad | Bijgroei | Houtkap | Houtkap als % van bijgroei | ||
miljoen m3 spilhout met schors | % | ||||
1990 1) | 48,7 | 2,4 | 1,5 | 61 | |
1995 1) | 52,8 | 2,4 | 1,6 | 65 | |
1996 1) | 53,6 | 2,4 | 1,6 | 66 | |
1997 1) | 54,8 | 2,4 | 1,7 | 69 | |
1998 1) | 56,4 | 2,4 | 1,6 | 65 | |
1999 1) | 57,4 | 2,4 | 1,5 | 64 | |
2002 2) | 57,6 | 2,2 | 1,2 | 55 | |
2005 2) | 61,7 | 2,2 | 1,2 | 55 | |
Bron: Schoonderwoerd, H. en W.P. Daamen (1999, 2000), Dirkse, G.M. et al. (2006), Probos (2006). | CBS/MNC/mei07/0069 | ||||
1) Gegevens komen uit het project Houtoogststatistiek en prognose oogstbaar hout. 2) Gegevens over staande voorraad komen uit het Meetnet Functievervulling bos; de cijfers over bijgroei en houtkap zijn schattingen door Probos. |
Staande voorraad en bijgroei
De staande houtvoorraad (levend plus staand dood hout) in het Nederlandse bos neemt jaarlijks met bijna 1 miljoen m3 toe. In 2005 bedraagt de staande voorraad 61,7 miljoen m3, hetgeen 194 m3 hout per hectare is. De lopende bijgroei is geschat op 8 m3 per hectare.
Nederlandse bos gevarieerder van opbouw
Nederland is met 360 duizend hectare bos (10,6 procent van het Nederlandse landoppervlak) één van de bosarmste landen van de wereld. In het Nederlandse bos zijn het percentage dikke bomen, de oppervlakte gemengd bos en de hoeveelheid dood staand hout per hectare de laatste vijftien jaar toegenomen. In 2005 is 21 procent van het bos ongemengd loofbos (75 duizend hectare), 32 procent ongemengd naaldbos (115 duizend hectare) en 43 procent gemengd bos (155 duizend hectare). De rest is open / jong bos (15 duizend hectare). Het bos bestaat voor 54 procent uit naaldbomen en 46 procent uit loofbomen.
Bronnen
- Dirkse, G.M., W.P. Daamen, H. Schoonderwoerd, M. Japink, M. van Jole, R. van Moorsel, P. Schnitger, W. Stouthamer & M. Vocks (2006). Meetnet Functievervulling bos 2001-2005. Vijfde Nederlandse Bosstatistiek. Rapport DK065. Directie Kennis, LNV, Ede.
- Probos (2006). Kerngegevens bos en hout in Nederland. Probos, Wageningen.
- Schoonderwoerd, H. en W.P. Daamen, 1999. Houtoogst en bosontwikkeling in het Nederlandse bos: 1984-1997. Stichting Bosdata, Wageningen.
- Schoonderwoerd, H. en W.P. Daamen, 2000. Kwantitatieve aspecten van bos en bosbeheer: resultaten houtoogststatistiek 1995-1999. Stichting Bosdata, Wageningen.
Relevante informatie
- Probos is een kennis- en adviescentrum voor de bos-, hout- en papiersector.
Technische toelichting
- Naam van het gegeven
- -
- Omschrijving
- -
- Verantwoordelijk instituut
- -
- Berekeningswijze
- -
- Basistabel
- -
- Geografische verdeling
- -
- Verschijningsfrequentie
- -
- Opmerking
- De cijfers tot en met 1999 komen uit het project Houtoogststatistiek en prognose oogstbaar hout (HOSP). In dit onderzoek werd in periodes van vijf jaar de ontwikkeling van het bos gemeten op circa 2 500 permanente meetpunten. Hiervan werd volgens een roulatiesysteem jaarlijks ongeveer eenvijfde deel bezocht, zodat na vijf jaar alle meetpunten waren opgenomen. De cijfers na 2000 zijn afkomstig uit het Meetnet Functievervulling bos (MFV-bos). Dit onderzoek omvat een steekproef van 3 622 punten. In de periode 2001-2002 zijn hiervan 1 811 steekproefpunten bezocht en is op 1 492 punten de staande voorraad gemeten. De rest van de steekproefpunten is in 2004 en 2005 onderzocht. De gegevens over de bijgroei en houtkap zijn schattingen door Probos.De gegevens over de houtvoorraad in het Nederlandse bos worden uitgedrukt in m3 spilhout met schors. Spilhout is de doorgaande spil (stam) met schors vanaf het maaiveld tot en met de eindknop zonder zijtakken. Naaldbomen hebben meestal een doorlopende spil. Loofbomen hebben meestal een oplossende spil. Dan wordt de meest rechtdoorgaande tak van de stam als spil genomen.
- Betrouwbaarheidscodering
- -
Archief van deze indicator
Bekijk meer Bekijk minder
Referentie van deze webpagina
CLO (2007). Ontwikkeling van het Nederlandse bos, 1990-2005 (indicator 0069, versie 07, ), www.clo.nl. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Den Haag; PBL Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag; RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven; en Wageningen University and Research, Wageningen.