Bouw- en sloopafval: vrijkomen en verwerking, 1985-2002

U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link bekijken.

De hoeveelheid bouw- en sloopafval neemt jaarlijks licht toe; het aandeel nuttige toepassing van het afval is gegroeid tot bijna 95%.

 198519901995199819992000200120021)
         
 miljard kg      
         
Totaal1213141718192020
         
Nuttige toepassing6,19,312,815,816,618,018,418,8
Verbranden0,10,20,20,20,20,20,20,2
Storten6,13,21,01,01,20,80,90,9
         
Bron: AOO, RIVM; WAR.CBS/MNC/jan05/0147
1) De cijfers vanaf 1998 zijn indicatief, omdat een belangrijk deel van het bouw- en sloopafval (de hoeveelheden aangevoerd en verwerkt afval bij breek- en sorteerinrichtingen) niet meer worden waargenomen.

Kleine toename hoeveelheid bouw- en sloopafval

De hoeveelheid bouw- en sloopafval is sinds 1990 met meer dan 50% toegenomen, een veel sterkere groei dan de economische groei. De hoeveelheid nuttige toepassing van het bouw- en sloopafval is zelfs verdubbeld. In 1990 bedroeg dit aandeel nog ongeveer 70%. Inmiddels is de hoeveelheid nuttige toepassing gegroeid tot bijna 95%. In 1985 werd de helft van het bouw- en sloopafval nog gestort. De stijging van de storttarieven in Nederland en de toepassingsmogelijkheden in zowel Nederland als het buitenland zijn hier mede debet aan. De stijging is zowel zichtbaar bij het steenachtige materiaal als bij hout (t.b.v. van zowel materiaalhergebruik als energietoepassingen).De hoeveelheid gestort bouw- en sloopafval stabiliseert sinds 1995 op circa 1 miljard kg.

Methodiek

De cijfers voor 1998 tot en met 2002 zijn indicatief omdat een belangrijk deel van het bouw- en sloopafval (de hoeveelheden aangevoerd en verwerkt bij breek- en sorteerinrichtingen) sinds 1997 niet meer gemeten is. In de eerste helft van 2005 komen de resultaten van een studie in opdracht van het Afval Overleg Orgaan bij zowel breek- als sorteerinrichtingen (voor de jaren 2002 en 2003) beschikbaar. Op basis daarvan zou de hoeveelheid bouw- en sloopafval weer op basis van meetresultaten vastgesteld kunnen worden.

Referenties

RIVM (2001). Monitoring prioritaire afvalstoffen, gegevens 1999. RIVM, Bilthoven.

Bronnen

  • WAR (2002). Afvalverwerking in Nederland 2001. Werkgroep Afvalregistratie, Utrecht.
  • AOO (2004). Nederlands afval in cijfers, gegevens 2000-2003, AOO 2004-07, AOO, Utrecht.

Technische toelichting

Naam van het gegeven
-
Omschrijving
-
Verantwoordelijk instituut
-
Berekeningswijze
-
Basistabel
-
Geografische verdeling
-
Verschijningsfrequentie
-
Betrouwbaarheidscodering
-

Referentie van deze webpagina

CLO (2005). Bouw- en sloopafval: vrijkomen en verwerking, 1985-2002 (indicator 0147, versie 04, ), www.clo.nl. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Den Haag; PBL Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag; RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven; en Wageningen University and Research, Wageningen.