Energieverbruik door de industrie, 1990-2003
U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link bekijken.
Ongeveer de helft van het verbruik van fossiele brandstoffen bij de industrie wordt ingezet als grondstof of als inzet voor de omzetting in andere producten. De chemische industrie is de grootste verbruiker.
Totaal | Verbruik als brandstof in warmtekracht-installaties1) | Verbruik als brandstof in ovens, ketels, kachels, etc2) | Verbruik als grond-stof of als inzet voor omzetting in andere producten 3) | |
PJ | ||||
1990 | 1 058 | 188 | 444 | 426 |
1995 | 1 048 | 160 | 498 | 391 |
2000 | 1 051 | 156 | 368 | 528 |
2001 | 1 056 | 151 | 360 | 544 |
2002 | 1 055 | 146 | 371 | 538 |
2003 | 1 115 | 140 | 378 | 597 |
Specificatie 2003 | ||||
Voedings- en genotmiddelenind. | 72 | 27 | 44 | 1 |
Textiel- en lederindustrie | 5 | 0 | 5 | - |
Papier- en grafische industrie | 26 | 16 | 10 | 0 |
Raffinaderijen | 192 | 44 | 88 | 60 |
Kunstmestindustrie | 88 | 6 | 21 | 61 |
Chemische industrie 4) | 534 | 43 | 128 | 363 |
Glas, aardewerk, cement en kalkindustrie | 26 | 1 | 24 | 0 |
Basisferrometaalindustrie 5) | 108 | 4 | 29 | 75 |
Basis-non-ferrometaalindustrie | 6 | 0 | 4 | 3 |
Metaalproductenindustrie | 49 | 0 | 21 | 29 |
Hout, kunststof, instrumentenind. | 5 | 0 | 5 | 0 |
Niet te specificeren naar industrietak | 4 | - | - | 4 |
Bron: CBS. | CBS/MC/sept04/0017 | |||
1) Voor omzetting in elektriciteit, stoom en warm water. 2) Energetisch finaal verbruik. 3) Niet-energetisch verbruik + andere omzettingen. 4) Organische basischemie, basischemie (geen petrochemie) + kunstvezels, overige anorganische basischemie en chemische eindproductenindustrie. 5) Inclusief cokesfabriek. N.B. De gegevens hebben alleen betrekking op het verbruik van fossiele brandstoffen en zijn dus exclusief het verbruik van elektriciteit en stoom/warmte. |
Ontwikkeling brandstofverbruik
Zowel de groei in industriële activiteiten, als ook energie-efficiencyverbeteringen beïnvloeden het energieverbruik.Het brandstofverbruik in warmtekrachtinstallaties is vooral verminderd doordat een aantal grote warmtekrachtinstallaties in joint-ventures is ondergebracht. Deze joint-ventures worden tot de doelgroep Energievoorziening gerekend, en niet langer tot de industrie.Opvallend is de stijging van het brandstofverbruik als grondstof. Deze is grotendeels terug te voeren op een productiegroei van de chemische industrie. De inzet van de raffinaderijen daarentegen is gedaald in de getoonde jaren.
Bronnen
- CBS (2004). StatLine: Energiebalans. CBS, Voorburg/Heerlen.
Relevante informatie
- Meer informatie over het verbruik energiedragers is te vinden op StatLine (CBS).
Technische toelichting
- Naam van het gegeven
- -
- Omschrijving
- -
- Verantwoordelijk instituut
- -
- Berekeningswijze
- -
- Basistabel
- -
- Geografische verdeling
- -
- Verschijningsfrequentie
- -
- Opmerking
- De cijfers in kolom 4 van bovenstaande tabel (verbruik als grondstof of als inzet voor omzetting in andere producten) zijn de som van de getallen in de kolommen 'Andere omzettingen' en 'Niet-energetisch finaal gebruik' in StatLine (CBS, 2004).De totale jaarverbruiken in bovenstaande tabel wijken af van die gepresenteerd worden op StatLine (CBS, 2004). De cijfers in het Milieucompendium hebben alleen betrekking op het verbruik van fossiele brandstoffen en fermentatiegas, en zijn dus exclusief het verbruik en/of de productie van elektriciteit en stoom/warmte. In de Energiebalans op StatLine wordt de eventuele inzet en productie van elektriciteit en stoom/warmte verrekend met de inzet aan aardgas, aardolieproducten en fermentatiegas.
- Betrouwbaarheidscodering
- -
Archief van deze indicator
Bekijk meer Bekijk minder
Referentie van deze webpagina
CLO (2004). Energieverbruik door de industrie, 1990-2003 (indicator 0017, versie 05, ), www.clo.nl. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Den Haag; PBL Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag; RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven; en Wageningen University and Research, Wageningen.