Typen natuur in Nederland, 2023
De natuur in Nederland kan ingedeeld worden in verschillende typen. Sinds 2008 is de standaard hiervoor de Index Natuur en Landschap, waarin alle typen natuur die in Nederland voorkomen zijn opgenomen. Deze index is de basis voor de natuurbeheerplannen van de provincies en wordt gebruikt voor het verlenen van beheersubsidies en voor inzicht in (de ontwikkeling van) natuur- en landschapskwaliteit.
Een beheertype is een type natuur met een bepaald beheer
De Index Natuur en Landschap (Index NL) is een natuurtypologie, die de natuur beschrijft in verschillende natuurtypen met een onderverdeling in beheertypen. Er worden 17 samenvattende natuurtypen onderscheiden met een onderverdeling naar 49 beheertypen. Deze beheertypen zijn gebaseerd op vegetatiestructuur en milieucondities zoals waterhuishouding en voedselrijkdom. Een beheertype is dus een type natuur, waarbij beheermaatregelen horen die nodig zijn om de vegetatiestructuur en de milieucondities van het type in stand te houden. Een voorbeeld is natuurtype ‘N15 Droge bossen’ met beheertypen ‘N15.01 Duinbos’ en ‘N15.02 Dennen-, eiken, en beukenbos’.
Voorafgaand aan de Index NL, hadden verschillende partijen verschillende typologieën in gebruik. Zo hanteerden overheden de natuurdoeltypologie voor de natuurdoelen, was er een typologie van beheerpakketten voor beheersubsidie en gebruikten terreinbeheerders hun eigen typen voor natuurbeheer. Het merendeel van deze typologieën zijn vervangen voor de Index NL. Een typologie die niet is vervangen en naast de Index NL wordt gehanteerd, zijn de habitattypen van de Europese Habitatrichtlijn.
Met de Index NL ontstond een uniform beeld van het voorkomen van de typen natuur in Nederland: de beheertypenkaart. De 49 beheertypen op de beheertypenkaart zijn voor deze indicator samengenomen tot 7 algemenere typen: 5 ecosysteemtypen op het land (bos, heide, open duin, moeras en halfnatuurlijke graslanden), grootschalige dynamische natuur en water. Deze zeven ecosysteemtypen zijn op de kaart weergegeven. De indeling beheertypen, natuurtypen en ecosysteemtypen met bijbehorende oppervlakten staat in de te downloaden data.
Beschrijving beheertypen gebruikt voor natuurbeheersubsidie
Beheertypen worden gebruikt om het beheer aan te sturen via de beheersubsidie en natuurbeheerplannen, maar ook om de natuurkwaliteit te monitoren. Ze vormen de basis voor afspraken over doelen (natuurkwaliteit) en middelen (subsidies) tussen provincie en beheerder. In de beschrijving van de beheertypen staan de beheermaatregelen voor het in standhouden van het beheertype benoemd. De hoogte van het subsidiebedrag is gebaseerd op de kosten van het uitvoeren van deze maatregelen. Via het Subsidiestelsel Natuur en Landschap (SNL) verlenen de provincies subsidie voor het behoud en de ontwikkeling van beheertypen in natuurgebieden, agrarische natuurgebieden en landschappen. De Index NL bevat daarom ook een beschrijving van typen voor agrarische natuur en van landschapselementen. Voor het agrarisch natuur- en landschapsbeheer wordt vanaf 2016 gewerkt met agrarische leefgebieden (= agrarische natuurtypen).
Meer informatie over agrarisch natuurbeheer, 1981-2023.
Natuurbeheerplannen provincies
Het natuurbeheerplan is een instrument waarmee provinciale natuurdoelen tot op gebiedsniveau worden uitgewerkt. Centraal in het natuurbeheerplan staat de beheertypenkaart uit de Index Natuur & Landschap. Per gebied wordt concreet aangegeven welk beheertype voor subsidie in aanmerking komt en welke voorwaarden daarbij gelden. Binnen het Subsidiestelsel Natuur en Landschap (SNL) kan alleen subsidie worden verstrekt voor de beheertypen die zijn opgenomen in het natuurbeheerplan.
Naast de beheertypenkaart bevat het natuurbeheerplan ook een ambitiekaart (niet weergegeven). De ambitiekaart geeft aan welk beheertype men in vijf tot tien jaar zou willen ontwikkelen. In de gebieden waar de ambitie hoger is en de natuurkwaliteit verbeterd kan worden, kan men in aanmerking komen voor de subsidie Kwaliteitsimpuls natuur en landschap (SKNL) of voor inrichtingssubsidie. Deze ambitiekaart kan niet zonder de informatie uit de natuurbeheerplannen worden gebruikt.
Monitoring natuurkwaliteit
De Index NL is niet alleen een instrument voor de sturing op doelen en de financiering van het natuur- en landschapsbeheer, maar ook voor de monitoring van de natuurkwaliteit. In de beschrijving van de natuurkwaliteit bij het beheertype worden verschillende niveaus onderscheiden. Bij de uitwerking van de kwaliteitsniveaus zijn de volgende parameters van belang: flora en fauna, structuur, abiotiek en ruimtelijke condities. De kwaliteit van grootschalige dynamische natuur wordt daarnaast ook beoordeeld op het voorkomen van landschapsvormende processen en op sleutelsoorten, zoals de bever en het wild zwijn, die bij een dergelijk landschap horen. Vervolgens is voor elke parameter voor elk beheertype afgesproken hoe de kwaliteit bepaald kan worden: hoeveel en welke soorten dan aanwezig dienen te zijn, om welke waterstanden het gaat, welke structuurelementen van belang zijn etc. Deze criteria worden gebruikt voor een beoordeling in kwaliteitsklassen ‘hoog, ‘midden’ en ‘laag’. Om de (veranderingen in) kwaliteit te bepalen, is een basismonitoring opgezet. De basismonitoring bestaat uit de vegetatiekarteringen, inventarisaties van drie soortengroepen (voornamelijk vogels, planten en vlinders), metingen van milieucondities (verdroging, vermesting, verzuring en ruimtelijke condities) en structuurkenmerken van de terreinen. De beheertypenkaart is de basis voor deze monitoring en beoordeling.
Beheertypenkaart gebruikt voor meerder indicatoren
De beheertypenkaart is een belangrijk basisbestand, omdat de beheertypen zijn beschreven aan de hand van natuurbeheer, vegetatiestructuur en milieucondities zoals waterhuishouding en voedselrijkdom. De kaart kan daarom gebruikt worden als een belangrijke basis voor meerdere indicatoren voor natuurkwaliteit, milieukwaliteit en ruimtecondities. In al deze indicatoren zijn de beheertypen samengenomen tot algemenere ecosysteemtypen. Indicatoren waarvoor de beheertypenkaart is gebruikt:
- Flora en fauna: Ecosysteemkwaliteit (areaal), 1994-2017
- Milieukwaliteit (pH): Geschiktheid zuurgraad bodem verzuringsgevoelige landnatuur, 2018
- Milieukwaliteit (grondwaterstand): Geschiktheid grondwaterstand verdrogingsgevoelige landnatuur, 2018
- Milieukwaliteit (stikstofdepositie): Milieukwaliteit van landnatuur: stikstofdepositie 1994-2021
- Gebiedsgrootte natuurgebieden op het land, 1990-2019
Bronnen
- BIJ12 (2021). Monitoring en Natuurinformatie.
- BIJ12 (2021). Werkwijze monitoring en beoordeling Natuurnetwerk en Natura 2000, versie 18082021. Min. EL&I (2013). Kamerdossier 33576, nr. 6. Kamerbrief en bijlage Natuurpact. Ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie.
- Min LNV / IPO (2021). Natuur in Nederland; Stand van zaken eind 2020 en ontwikkelingen in 2021. Zevende Voortgangsrapportage Natuur. Ministerie van Economische Zaken.
Relevante informatie
Technische toelichting
- Naam van het gegeven
Typen natuur in Nederland, 2023
- Omschrijving
Kaart met ecosysteemtypen voor natuur
- Verantwoordelijk instituut
WUR, auteur: Marlies Sanders
- Berekeningswijze
Kaart is samengesteld op basis van de beheertypenkaart (IMNA) van september 2023, aangevuld met in deze versie ontbrekende dynamische natuur en grote wateren rondom Noord Holland.
De 49 beheertypen zijn samengevoegd tot 7 ecosysteemtypen. Deze ecosysteemtypen worden gebruikt om op nationale schaal indicatoren op basis van de Index NL te presenteren, omdat de 49 afzonderlijke beheertypen daarvoor te gedetailleerd zijn.
- Basistabel
GIS-bestand IMNA: feature classes BeheerGebied
- Geografische verdeling
Landelijk
- Verschijningsfrequentie
Onregelmatig
- Achtergrondliteratuur
- Index Natuur en Landschap
- Website geraadpleegd op 5 april 2024.
- Opmerking
Bestand wordt samengesteld door IPO en BIJ12 op basis van informatie van de provincies
- Betrouwbaarheidscodering
A. Integrale enquête
Archief van deze indicator
Bekijk meer Bekijk minder
Referentie van deze webpagina
CLO (2024). Typen natuur in Nederland, 2023 (indicator 1544, versie 06, ), www.clo.nl. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Den Haag; PBL Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag; RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven; en Wageningen University and Research, Wageningen.