Bevolkingsgroei Nederland (2004-2009)

U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link bekijken.

In de periode 2004-2009 is de bevolking van suburbane gemeenten sterk gegroeid. In Limburg, Zeeland en Groningen hebben bepaalde gebieden juist te maken met een bevolkingskrimp.

Bevolking vooral in suburbane gemeenten toegenomen

Tussen 2004 en 2009 is de Nederlandse bevolking gegroeid met 228 000 inwoners (1,4%). Suburbane gemeenten (zoals Almere, Barendrecht, Aalsmeer en Haarlemmermeer) zijn daarbij veel sterker gegroeid dan andere gemeenten, voornamelijk dankzij de hoge woningbouwproductie aldaar. Vooral de zuidelijke delen van Limburg en Zeeland en het oostelijk deel van Groningen worden gekenmerkt door een bevolkingskrimp.Toch zijn er in de Randstad ook nog veel gemeenten die gekrompen zijn: vooral uit de plattelandsgemeenten trekken jongeren weg.

Technische toelichting

Naam van het gegeven
Bevolkingsgroei Nederland (2004-2009)
Omschrijving
Groei van het inwonersaantal tussen 1 januari 2004 en 1 januari 2009 gedeeld door het inwoneraantal op 1 januari 2004. De gemeenten van 1 januari 2009 zijn weergegeven, deze gemeentelijke indeling is teruggelegd naar 1 januari 2004.
Verantwoordelijk instituut
Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS)
Berekeningswijze
(inwoneraantal 1 januari 2009 - inwoneraantal 1 januari 2004)/inwoneraantal 1 januari 2004 * 100
Geografische verdeling
Gemeenten van Nederland
Verschijningsfrequentie
Onregelmatig
Betrouwbaarheidscodering
Register (GBA)

Archief van deze indicator

Actuele versie
versie‎
09
Bekijk meer Bekijk minder
versie‎
08
versie‎
07
versie‎
06
versie‎
05
versie‎
04
versie‎
03
versie‎
02
versie‎
01

Referentie van deze webpagina

CLO (2010). Bevolkingsgroei Nederland (2004-2009) (indicator 2102, versie 01, ), www.clo.nl. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Den Haag; PBL Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag; RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven; en Wageningen University and Research, Wageningen.