Ontwikkeling aantal multimodale vervoersknooppunten, 1996-2020
U bekijkt op dit moment een afgesloten indicator. Deze indicator wordt niet meer bijgewerkt. De reden hiervoor staat hieronder vermeld. De archiefversies van deze indicator (indien aanwezig) zijn nog wel beschikbaar.
Deze data wordt niet langer verzameld/berekend.
Het aantal multimodale vervoersknooppunten (stations en/of metro/sneltramhaltes nabij autosnelwegafritten) is in de periode 1996-2020 landelijk met 23 procent toegenomen (van 128 naar 157). De grootste toename met 40% (van 25 naar 35) vond plaats in Zuid-Holland. Van het totaal aantal stations (405) en metro/sneltramhaltes (149) is de grote meerderheid niet nabij een aansluiting op het autosnelwegennet gelegen, omdat het hierbij veelal gaat om binnenstedelijke locaties.
Aantal stations/haltes nabij autosnelwegafritten is toegenomen
De 23% toename van het aantal multimodale vervoersknooppunten (van 128 naar 157) tussen 1996 en 2020 komt vooral door de opening van nieuwe stations en metro/sneltramhaltes in de Randstad (onder andere Randstadrail Den Haag-Rotterdam en de Noordzuid lijn in Amsterdam). Daarnaast zijn een aantal bestaande stations door de op- en afritten van nieuwe snelwegen inmiddels multimodaal ontsloten. Een voorbeeld daarvan is station Nieuw Amsterdam in Veenoord, dat in 2008 multimodaal ontsloten werd nadat de N37 (het gedeelte ten oosten van knooppunt Holsloot) was getransformeerd tot autosnelweg. In Noord-Holland neemt het aantal multimodale knopen na 2010 iets af van 36 naar 34 (in 2012) omdat de snelwegstatus van sommige (delen van) autosnelwegen is komen te vervallen. Dit betreft bijvoorbeeld de A208 die in 2009 werd omgezet tot een stadsomsluitingsweg (maximaal 70 km per uur), waarmee de status van de nabij gelegen stations als multimodaal knooppunt is vervallen.
Het aantal stations en metro/sneltramhaltes is vooral in de Randstad en in beperktere mate ook in Gelderland toegenomen. NB de Uithoftramlijn in Utrecht is ingedeeld als sneltram, gelijk aan de Nieuwegeinlijn; de lijn naar Hoek van Holland is gewaardeerd als spoorlijn, evenals de stations tussen Rotterdam en Dan Haag van Randstadrail lijn E. Het aantal aansluitingen op het autosnelwegennet is vooral in Limburg, Noord-Brabant en Drenthe toegenomen door de openstelling van nieuwe autosnelwegen (respectievelijk de A50, de A73 en A37).
Definitie multimodaal vervoersknooppunt
Een station is een multimodaal vervoersknooppunt als het ligt binnen 1500 meter (hemelsbreed) van een op of afrit van een autosnelweg.
Een metro of sneltramhalte is een multimodaal vervoersknooppunt als het ligt binnen 800 meter (hemelsbreed) van een op of afrit van een autosnelweg.
Als een station tevens een metro of sneltramhalte is (halte binnen 300 meter), telt het maar 1 keer mee.
Technische toelichting
- Naam van het gegeven
Ontwikkeling aantal multimodale vervoersknooppunten per provincie
- Omschrijving
-
- Verantwoordelijk instituut
Planbureau voor de Leefomgeving (PBL)
- Berekeningswijze
Voor het jaar 1996, 2000, 2002, 2004, 2006, 2008, 2010, 2012, 2014, 2016, 2018 en 2020 zijn de coördinaten van stations, metrosneltramhaltes en op/afritten bekend. Berekend is hoeveel stations en metrosneltramhaltes binnen 1500 meter respectievelijk 800 meter hemelsbreed van een op en afrit liggen. Als een station ook een metrosneltramhalte kent, telt dit knooppunt maar 1 keer mee.
- Basistabel
-
- Geografische verdeling
Landelijk
- Verschijningsfrequentie
1 keer per twee jaar
- Betrouwbaarheidscodering
Integrale waarneming
Archief van deze indicator
Bekijk meer Bekijk minder
Referentie van deze webpagina
CLO (2022). Ontwikkeling aantal multimodale vervoersknooppunten, 1996-2020 (indicator 2142, versie 06, ), www.clo.nl. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Den Haag; PBL Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag; RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven; en Wageningen University and Research, Wageningen.