Zuivering van stedelijk afvalwater: zware metalen, 1981-2008

U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link bekijken.

De afgelopen twintig jaar is voor de meeste zware metalen de belasting van het oppervlaktewater via het effluent van rioolwaterzuiveringsinstallaties aanzienlijk gedaald. De laatste jaren fluctueren de effluentvrachten voornamelijk als gevolg van verschillen in de jaarlijkse neerslaghoeveelheden.

Door aanpak bronnen lagere aanvoer via influent

Ofschoon de aanvoer van afvalwater bij rioolwaterzuiveringsinstallaties (rwzi's) sinds 1985 is toegenomen, is voor de meeste metalen de aanvoer via het influent sterk gedaald. Via een gerichte bronaanpak van deze metalen wordt getracht de aanvoer verder te verminderen.
Voor cadmium, kwik, chroom en nikkel is de sanering van industriële bronnen de belangrijkste reden voor deze daling. Door de invoering van loodvrije benzine is de afspoeling van lood vanaf wegen naar de riolering vrijwel tot nul gereduceerd. Voor wat betreft koper en zink is de aanvoer ook iets verminderd. In droge jaren zoals 2006 wordt er minder hemelwater aangevoerd op de riolen. Hierdoor worden er ook minder verontreinigingen door corrosie (bijvoorbeeld van zinken dakgoten) aangevoerd. In een nat jaar zoals 2007 zijn alle vrachten weer wat hoger.

Hogere zuiveringsrendementen

Voor een aantal metalen is het zuiveringsrendement de laatste twintig jaar verbeterd. De hogere rendementen zijn vermoedelijk een gevolg van het feit dat het afvalwater in de huidige generatie rioolwaterzuiveringsinstallaties een langere verblijftijd heeft. Hierdoor kunnen de metalen beter aan het zuiveringsslib adsorberen. Voor metalen die in zeer lage concentraties voorkomen, zoals cadmium en kwik, kunnen de rendementen nogal fluctueren door incidenteel hoge concentraties en/of waarden lager zijn dan de detectiegrens.

Belasting oppervlaktewater sterk gedaald

Door de lagere aanvoer en het verbeterde zuiveringsrendement is de lozing via het effluent voor de meeste metalen de laatste twintig jaar aanzienlijk afgenomen.

Relevante informatie

Technische toelichting

Naam van het gegeven
Zuivering van stedelijk afvalwater: zware metalen
Omschrijving
De zuivering van het stedelijk afvalwater in rioolwaterzuiveringsinstallaties door verwijdering van de zware metalen cadmium, chroom, koper, kwik, lood, nikkel, zink en arseen
Verantwoordelijk instituut
Centraal Bureau voor de Statistiek
Berekeningswijze
Berekeningswijze gegevens Zuivering van stedelijk afvalwater en Factsheet Effluenten RWZI's
Geografische verdeling
Nederland, deelstroomgebied, landsdeel, provincie
Andere variabelen
Technische kenmerken (mate van defosfatering extra stikstofverwijdering, slibstabilisatie, slibontwatering), procesgegevens (aan- en afvoer van verontreinigingen, rendement, e.d.), afzet zuiveringsslib, energieverbruik en energieopwekking,
Verschijningsfrequentie
Jaarlijks
Achtergrondliteratuur
Zie onder Berekeningswijze.
Opmerking
Het influent is het bij de zuiveringsinstallatie aangevoerde afvalwater; het effluent is het gezuiverde afvalwater dat wordt geloosd op het oppervlaktewater.
De gepresenteerde zuiveringsrendementen betreffen gewogen gemiddelden over alle rioolwaterzuiveringsinstallaties. Vanwege onnauwkeurigheden in de metingen in verband met detectiegrenzen, kunnen schommelingen in de vrachten en rendementen voorkomen, vooral bij cadmium, kwik en arseen. Bij de cijfers van 1981 en 1985 geldt dat deze niet geheel vergelijkbaar zijn met latere jaren omdat destijds een kleiner deel van het afvalwater werd gezuiverd op de rioolwaterzuiveringsinstallaties. Een gedeelte van het ingezamelde afvalwater werd nog ongezuiverd geloosd op het oppervlaktewater.
Betrouwbaarheidscodering
B (Groot deel van de data via enquête)

Archief van deze indicator

Actuele versie
versie‎
23
Bekijk meer Bekijk minder

Referentie van deze webpagina

CLO (2010). Zuivering van stedelijk afvalwater: zware metalen, 1981-2008 (indicator 0153, versie 12, ), www.clo.nl. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Den Haag; PBL Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag; RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven; en Wageningen University and Research, Wageningen.