Gezondheidseffecten door milieufactoren in Nederland

U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link bekijken.

Het milieu veroorzaakt geschat zo'n 2 tot 5% van de totale ziektelast in Nederland. De belangrijkste oorzaken zijn luchtverontreiniging, UV-straling, geluid, een ongezond binnenmilieu en microbiële verontreiniging van voedsel.

Omvang gezondheidsverlies door milieufactoren

Naar schatting kan ongeveer 2 tot 5% van de totale ziektelast in Nederland aan het fysieke milieu worden toegeschreven bedraagt (De Hollander, 1999; RIVM, 2000). Luchtverontreiniging (fijn stof, ozon), UV-straling, geluid, een ongezond binnenmilieu, en microbiële verontreiniging van voedsel dragen relatief sterk bij aan het milieugerelateerde gezondheidsverlies. De lange lijst van mogelijk schadelijke milieufactoren uit Zorgen voor morgen (RIVM, 1988) is flink ingekort. Dit komt enerzijds door het voortschrijdend inzicht in de onschadelijkheid van bepaalde milieufactoren, en anderzijds doordat de niveaus van blootstelling door succesvol milieubeleid aanzienlijk zijn gereduceerd. Ondanks deze successen blijven er milieufactoren aanwezig die gezondheidsschade veroorzaken.

Ongerustheid over gezondheidseffecten door milieufactoren neemt toe

De samenleving stelt de laatste jaren in toenemende mate vragen over milieufactoren, die een bedreiging voor de volksgezondheid zouden kunnen betekenen, maar waarover nog onvoldoende bekend is. Denk aan zendmasten, gsm's, exogene oestrogenen (hormoonontregelende stoffen) en genetisch gemodificeerde organismen. Het kabinet neemt deze ongerustheid serieus en stimuleert onderzoek naar de effecten van deze factoren op de gezondheid. Daarnaast is de overheid bezig met het verbeteren van de communicatie tussen overheid en burgers (zie ook onder 'Beleid', het actieprogramma Gezondheid en Milieu).

Beleid op het gebied van gezondheid en milieu

Het kabinet wil het beleid op het gebied van milieu en gezondheid versterken. Daartoe heeft zij in november 2001 de notitie 'Gezondheid en Milieu, opmaat voor een beleidsversterking' aan de Tweede kamer aangeboden (VROM/VWS, 2001). In het actieprogramma Gezondheid en Milieu werken de betrokken ministers deze notitie uit (VROM/VWS, 2002). VROM en VWS hebben in april 2002 het actieprogramma aan de Kamer aangeboden.Het kabinet richt zich op het terugdringen van gezondheidseffecten door milieufactoren. Daarnaast probeert het kabinet, waar mogelijk, de oorzaak van ongerustheid over milieurisico's weg te nemen. In het actieprogramma werkt het kabinet dit uit in drie strategieën:

  • het realiseren van een integraal overheidsbeleid;
  • het verbeteren van communicatie tussen overheid en burgers;
  • het geven van een nieuwe impuls aan onderzoek op het gebied van milieu en gezondheid.

Effecten van milieu op de volksgezondheid in historisch perspectief

De gezondheid in Nederland is in de laatste 150 jaar aanzienlijk verbeterd. Zo is de levensverwachting in deze periode meer dan verdubbeld: van ruim 35 tot ongeveer 77 jaar. Deze ontwikkeling wordt voor een belangrijk deel verklaard door een toegenomen kwaliteit van de milieuhygiënische infrastructuur zoals drinkwatervoorziening, riolering en afvalverwijdering en van de huisvesting (binnenmilieu). Daarnaast leveren factoren zoals de toegenomen welvaart, de verbeterde gezondheidszorg (vaccinatieplicht, technologie) en het steeds verder uitgewerkte stelsel van gezondheidsbescherming (milieu, voeding, arbeid) een belangrijke bijdrage. Op het gebied van levensverwachting is dus al veel bereikt. Daarom verschuift de aandacht nu van 'langer leven' naar 'kwaliteit van leven'. Hetzelfde geldt voor het domein van volksgezondheid en milieu (Gezondheidsraad, 1999).

Bronnen

  • Gezondheidsraad (1999). Public health impact of large airports. Adviesnummer 1999/14E, Den Haag.
  • Hollander, A.E.M. de., J.M. Melse, E. Lebret and P.G.N. Kramers (1999). An aggregate public health indicator to represent the impact of multiple environment exposures. Epidemiology, vol. 10, 606-617.
  • RIVM (1988). Zorgen voor Morgen. Nationale Milieuverkenning 1985-2010. Bilthoven.
  • RIVM (2000). Nationale Milieuverkenning 5 2000-2030. Samsom bv, Alphen aan den Rijn.
  • VROM/VWS (2001). Gezondheid en Milieu, opmaat voor een beleidsversterking. Ministerie van VROM/Ministerie van VWS, Den Haag.
  • VROM/VWS (2002). Actieprogramma Gezondheid en Milieu. Uitwerking van een beleidsversterking. Ministerie van VROM/Ministerie van VWS (rapportnummer: VROM 020396/05-02 21767/206), Den Haag.

Relevante informatie

  • In het Kompas Volksgezondheid en de Atlas Volksgezondheid vindt u nog veel meer informatie over gezondheid van Nederlanders, de oorzaken van ziekten en aandoeningen en de gezondheidszorg in Nederland.
  • Gezondheidsraad (2002). Gezondheidsraadadviezen over de invloed van milieufactoren op de gezondheid 1975 - 2000. Den Haag: Gezondheidsraad, publicatie nr. 2000/23.
  • GG & GD Amsterdam (1996). Handboek binnenmilieu. GG & GD, Amsterdam.
  • Landelijke Vereniging voor GGD'en (1996). Handboek buitenmilieu.
  • Pauli, A., L. Hakkinen, and L. Virrankoski, (1997). Coordination through cooperation in Environment and health research. Programme Commitee for Environment and Climate Research Programme/COPEC.
  • TNO (2001). Milieu en gezondheid 2001-overzicht van risico's, doelen en beleid; TNO rapport 2001.95. TNO preventie en Gezondheid, Leiden.
  • The ESF Scientific Programme on Environment and Health, 1999.

Technische toelichting

Naam van het gegeven
-
Omschrijving
-
Verantwoordelijk instituut
-
Berekeningswijze
-
Basistabel
-
Geografische verdeling
-
Verschijningsfrequentie
-
Betrouwbaarheidscodering
-

Archief van deze indicator

Actuele versie
versie‎
06
Bekijk meer Bekijk minder

Referentie van deze webpagina

CLO (2003). Gezondheidseffecten door milieufactoren in Nederland (indicator 0337, versie 03, ), www.clo.nl. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Den Haag; PBL Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag; RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven; en Wageningen University and Research, Wageningen.