Ontwikkeling diersoorten, 1997- 2007
U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link bekijken.
De gemiddelde populatieomvang van diersoorten is vrij constant, maar de bedreigde soorten nemen af.
Het beleidsdoel
De Nederlandse overheid wil de bestaande biodiversiteit zeker stellen. Op de zogenaamde Rode Lijsten staan de planten- en diersoorten die worden bedreigd of die kwetsbaar zijn. Het beleidsdoel is dat het aantal Rode Lijst-soorten in 2020 niet gegroeid mag zijn ten opzichte van de referentieperiode 1994-2007. Ook moeten deze soorten niet ernstiger bedreigd zijn dan in de referentieperiode (LNV, 2007).
De diversiteit staat nog steeds onder druk
In 2004 zijn alle bestaande Rode lijsten herzien en zijn enkele nieuwe Rode lijsten verschenen in een bijlage bij de Staatscourant. Uit vergelijking van oude en nieuwe lijsten blijkt dat Rode Lijsten langer en roder worden. Recente trends in waargenomen dieraantallen van Rode Lijst-soorten zijn vaak nog dalend, ook na 2004. Het biodiversiteitsverlies is nog niet gestopt. Tegenover de achteruitgang van deze bedreigde, veelal zeldzamere, soorten staat een vooruitgang van andere algemenere soorten. Daardoor is het totaal van dagvlinders, broedvogels, zoogdieren, amfibieën en reptielen wel stabiel over de periode 1997-2007.
Bronnen
- LNV (2007) Begroting LNV 2008. Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, Den Haag.LNV (2007).
Relevante informatie
- Natuurgegevens Netwerk Ecologische Monitoring
- [dossier=nl0170]
Technische toelichting
- Naam van het gegeven
- Ontwikkeling diersoorten
- Omschrijving
- Trends in waargenomen dieraantallen van soorten dagvlinders, broedvogels, zoogdieren, amfibieën en reptielen. Gemiddelde trends zijn weergegeven voor:-alle soorten;-alleen de soorten die op de Rode Lijst staan;-alleen die soorten die op de Rode Lijst als bedreigd en sterk bedreigd zijn aangeduid.
- Verantwoordelijk instituut
- PBL op basis van gegevens uit van NEM/CBS
- Berekeningswijze
- Gemiddelde van de jaarlijkse mate van voorkomen van alle diersoorten waarvoor een landelijke trend berekend is (zie Trends afzonderlijke soorten). De trend in mate van voorkomen is berekend volgens de procedure van de Soortgroep Trend Index (STI), waarbij het voorkomen in 1997 op 100 is gesteld. Vanaf dit jaar zijn voor de meeste soorten trends bekend.
- Basistabel
- Landelijke veranderingen in mate van voorkomen uit het NEM
- Geografische verdeling
- Geheel Nederland
- Verschijningsfrequentie
- Jaarlijks
- Opmerking
- Betrouwbaarheidscodering
- Betrouwbaarheidscodering
- -
Archief van deze indicator
Bekijk meer Bekijk minder
Referentie van deze webpagina
CLO (2009). Ontwikkeling diersoorten, 1997- 2007 (indicator 1521, versie 01, ), www.clo.nl. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Den Haag; PBL Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag; RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven; en Wageningen University and Research, Wageningen.