Dood hout en bosbeheer, 2001-2013

U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link bekijken.

In bossen komt tegenwoordig veel dood hout voor. Dit komt doordat dood hout niet meer wordt opgeruimd, zoals tot ongeveer 1985 wel het geval was.

Planten en dieren hebben belang bij dood hout

Op 74% van de meetpunten in bos komen per hectare één of meer dode staande of liggende boomstammen voor. Ruim 15% van de meetpunten heeft meer dan 300 dode stammen per hectare. Wanneer we uitgaan van een gemiddelde boomdichtheid van 1100 levende en dode bomen per hectare bestaat in ruim 15% van het bos een kwart tot een derde van de bomen uit dode bomen. Op 26% van de meetpunten in het bos zijn geen dode bomen aangetroffen. In bossen waar het beheer is gericht op meer natuurlijk bos, worden dode bomen en ander dood hout niet verwijderd. Dood hout is belangrijk voor veel planten en dieren, waaronder Echte tonderzwam en bosbeheer, 1960-2007 en insecten.

Landelijke bosinventarisatie

In 2012 en 2013 is de zesde landelijke bosinventarisatie uitgevoerd (Schelhaas et al., 2014). Er is een lichte stijging van het aandeel dood hout in het Nederlandse bos te constateren ten opzichte van de eerdere meetperiode (Dirkse et al., 2006).

In 2017 is begonnen met een nieuwe landelijke bosinventarisatie (Zevende Nederlandse Bosstatistiek). In 2022 zullen nieuwe cijfers en informatie over het voorkomen van dood hout in de Nederlandse bossen beschikbaar zijn.

Bronnen

Technische toelichting

Naam van het gegeven
Dood hout en bosbeheer
Omschrijving
Procentueel bosoppervlak waar dood hout is aangetroffen.
Verantwoordelijk instituut
WOT Natuur & Milieu, Wageningen UR en Bureau Daamen
Berekeningswijze
De gegevens zijn gebaseerd op de metingen in de periode 2001- 2005 (Meetnet Functievervulling Bos) en de periode 2012-2013 (Zesde Bosinventarisatie). Daarin zijn de bossen onderzocht met behulp van een steekproef van 3600 meetpunten van 300 m2 (Dirkse et al., 2006; Schelhaas et al., 2014). Het staafdiagram en de onderliggende tabel geven het aantal proefvlaktes aan waar dood hout is aangetroffen.
Liggende dode stammen zijn alleen geteld indien de wortelkluit of stobbe binnen de proefvlakte lag. Dode stamfragmenten zonder worteldeel of met dit deel buiten de proefvlakte zijn buiten beschouwing gebleven.
Basistabel
Zesde Nederlandse Bosinventarisatie ( Schelhaas et al., 2014)
Geografische verdeling
Nederland
Andere variabelen
geen
Verschijningsfrequentie
Onregelmatig
Achtergrondliteratuur
Dirkse, G.M., W.P. Daamen, H. Schoonderwoerd, M. Japink, M. van Jole, R. van Moorsel, P. Schnitger, W. Stouthamer & M. Vocks (2006). Meetnet Functievervulling bos 2001-2005. Vijfde Nederlandse Bosstatistiek. Rapport dk065-0. Directie Kennis, LNV, Ede.
Schelhaas, M.J., A.P.P.M. Clerkx, W.P. Daamen, J. Oldenburger, G. Velema, P. Schnitger, H. Schoonderwoerd, H. Kramer (2014). Zesde Nederlandse Bosinventarisatie: methoden en basisresultaten. Alterra-rapport 2545. Alterra Wageningen UR, Wageningen.
Betrouwbaarheidscodering
C - Schatting, gebaseerd op een groot aantal (accurate) metingen; de representativiteit is grotendeels gewaarborgd.

Archief van deze indicator

Actuele versie
versie‎
08
Bekijk meer Bekijk minder
versie‎
07
versie‎
06
versie‎
05
versie‎
04
versie‎
03
versie‎
02

Referentie van deze webpagina

CLO (2014). Dood hout en bosbeheer, 2001-2013 (indicator 1166, versie 07, ), www.clo.nl. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Den Haag; PBL Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag; RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven; en Wageningen University and Research, Wageningen.