Inzet visserijtechnieken Nederlandse kottersector, 2014
U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link bekijken.
Sinds 2000 wordt er binnen de kottervisserij substantieel minder gevist, met minder motorvermogen en met minder impact op het bodemleven. Dit komt door een afname van de vloot, het gebruik van kleinere schepen en motoren en duurzamere visserijtechnieken.
Boomkorvisserij bijna verdwenen
Tot enkele jaren terug visten grote kotters (2.000 pk) vooral met boomkortuigen op platvis. In de boomkorvisserij worden wekkerkettingen gebruikt die, doordat ze in contact staan met de zeebodem, de vissen die daar leven doen opschrikken en in het net belanden. Met deze visserijmethode wordt relatief veel brandstof verbruikt met daarmee gepaard gaande hoge kosten. Daarnaast is de impact van de boomkorvisserij op de biodiversiteit groot omdat de bodem wordt omgewoeld en de bijvangst groot is. Zo zijn de meeste roggen van het Nederlands Continentaal Plat in de tweede helft van de 20e eeuw sterk achteruitgegaan, doordat ze gevangen werden als bijvangst van de toegenomen bodem beroerende visserij.
- Roggen en omvang vissersvloot
- Bodemfauna Noordzee en boomkorvisserij
- Langlevende weekdiersoorten Noordzee
Sinds 2009 is binnen de boomkorvisserij een transitie gaande naar duurzamere en, op termijn, goedkopere visserijmethoden waarvan de pulstechniek de belangrijkste is. Met deze techniek wordt gebruik gemaakt van elektrische prikkelingen om vis van de zeebodem op te laten springen. Deze manier van vissen vraagt minder energie omdat het tuig lichter is, een lagere vissnelheid vereist en minder in contact staat met de zeebodem en dus minder weerstand oplevert. Daardoor is minder brandstof nodig om het tuig te gebruiken, en is het goedkoper in gebruik. De negatieve invloed van de pulskor op de biodiversiteit is minder groot dan van de boomkor. Er is echter ook nog veel niet bekend over de effecten van de pulskor.
Overstap visserijsector op alternatieve tuigen
De figuur laat zien dat de boomkortechniek voor platvis is vervangen door in eerste instantie SumWing (een boomkortuig waarbij de 'boom' is vervangen door een hydrodynamische vleugel, oftewel 'Wing') en vervolgens door de pulstechniek (vooral gericht op tong). Daarnaast heeft overschakeling naar twinrigvisserij (bordenvisserij gericht op schol) plaatsgevonden (vistak diversen). In 2008 werd nog 77% van de totale inzet van de kottervloot bepaald door boomkorvisserij op platvis, in 2014 was dit nog 2%. Pulskor en SumWing waren in 2014 samen goed voor 69% van de inzet. Sinds 2014 is pulstechniek in de platvisvisserij bijna in de hele vloot doorgevoerd.
Naast de toegenomen inzet van de pulstechniek, is de inzet van de flyshoottechniek ook verder toegenomen. Met deze methode wordt het net met kabels op een dusdanige wijze voortgetrokken dat naast bodemvis zoals schol, rode poon en mul, ook inktvis en makreel gevangen kan worden. Tussen 2008 en 2014 is de inzet binnen de flyshootvisserij bijna verdubbeld van 2,1 miljoen naar 4,1 miljoen pk-dagen.
De inzet in de garnalenvisserij was 4,8 miljoen pk-dagen in 2014. Deze methode wordt vooral in de kustwateren toegepast, waarbij met lichte, fijnmazige boomkornetten over de bodem wordt gesleept. Deze inzet is relatief laag, omdat in deze visserij van kleine kotters (<=300 pk) gebruik wordt gemaakt.
Sociaaleconomische factoren sturen verduurzaming visserij
Een door het voormalige ministerie van LNV ingestelde Taskforce Duurzame Noordzeevisserij kwam in 2006 tot de conclusie dat er voor de boomkorvisserij geen toekomstperspectief meer bestond. Door de teruglopende vangsten en gedaalde vangstquota maar ook door de gestegen brandstofprijzen was deze vorm van visserij op de Noordzee nauwelijks winstgevend. De visserijintensiteit op schol en tong nam af, mede als gevolg van het verkleinen van de vloot door opeenvolgende saneringen. Hierdoor zitten de bestanden van schol en tong nu inmiddels boven het voorzorgniveau.
Sinds 1 januari 2014 is er in de Europese Unie (EU) een nieuw gemeenschappelijk visserijbeleid (GVB) van kracht (Europese Commissie, 2014). Met het nieuwe GVB moeten de visbestanden weer op een duurzaam niveau komen, moet een einde worden gemaakt aan verspillende visserijpraktijken, en worden nieuwe mogelijkheden gecreëerd voor werkgelegenheid. Om deze doelen te bereiken wordt teruggooi verboden, krijgt de sector meer bevoegdheden, wordt de besluitvorming gedecentraliseerd, krijgt aquacultuur voorrang, wordt kleinschalige visserij ondersteund, wordt de wetenschappelijke kennis over de visstand verbeterd en neemt de EU, in het licht van de internationale overeenkomsten, ook in buitenlandse wateren haar verantwoordelijkheid.
Pulslicenties
In de EU is vissen met elektriciteit tot nu toe (2016) verboden (EU Verordening 850/98). In de zuidelijke Noordzee is sinds 2007 een beperkte ontheffing voor puls verleend omdat bleek dat met deze methode selectiever gevist kon worden en de bodem aanmerkelijk minder beroerd werd. Op basis van deze ontheffing is Nederland als eerste land toestemmingen gaan uitgeven om met puls te vissen. Na enkele afwachtende jaren is de techniek in Nederland nu geaccepteerd en zoekt Nederland mogelijkheden om deze techniek verder te onderzoeken, ontwikkelen en breder toe te passen.
Nederland is daarom in februari 2014 een aanvullend pilotproject "Pulsvisserij en aanlandplicht" gestart op basis van artikel 14 van de Basisverordening gemeenschappelijk visserijbeleid (1380/2013). Ook zijn er 42 extra pulstoestemmingen (voor zowel platvis als garnaal) uitgegeven. Het totaal aantal vaartuigen dat momenteel gebruik maakt van puls komt hiermee op 84.
Bronnen
- Europese Commissie (2014). Het gemeenschappelijk visserijbeleid (GVB) Brussel, Commissie van de Europese Gemeenschappen.
- Haasnoot, T., Kraan, M., & Bush, S. R. (2016), Fishing gear transitions: lessons from the Dutch flatfish pulse trawl. ICES Journal of Marine Science: Journal du Conseil, fsw002.
- Quirijns et al., (2013) Platvis pulsvisserij. Resultaten onderzoek en kennisleemtes, Rapport C193/13,IJmuiden, Imares Wageningen UR
- Task Force Duurzame Noordzeevisserij (2006) Vissen met tegenwind. Advies Task Force Duurzame Noordzeevisserij 2006, Den Haag
Technische toelichting
- Naam van het gegeven
- Inzet visserijtechnieken Nederlandse kottersector
- Omschrijving
- Inzet van de visserij onder Nederlandse vlag in de Europese zeeën.
- Verantwoordelijk instituut
- LEI Wageningen UR (Mike Turenhout)
- Berekeningswijze
- Voor het bepalen van de omvang van de inzet in de kottervisserij is uitgegaan van het motorvermogen van de kotters zoals geregistreerd in het Nationaal Visserij Register (NVR). De motorvermogens zijn vermenigvuldigd met het aantal zeedagen van de kotters (=pk-dagen).
- Basistabel
- LEI Bedrijveninformatienet
- Geografische verdeling
- Inzet Nederlandse kottervisserij in Europese zeeën.
- Verschijningsfrequentie
- Jaarlijks
- Achtergrondliteratuur
- Visserij in cijfers, www.agrimatie.nl/visserij
- Betrouwbaarheidscodering
- C. Schatting, gebaseerd op een groot aantal (accurate) metingen; de representativiteit is grotendeels gewaarborgd
Archief van deze indicator
Bekijk meer Bekijk minder
Referentie van deze webpagina
CLO (2016). Inzet visserijtechnieken Nederlandse kottersector, 2014 (indicator 0587, versie 01, ), www.clo.nl. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Den Haag; PBL Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag; RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven; en Wageningen University and Research, Wageningen.