Broeikasgasemissie Europa, 1990-2001

U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link bekijken.

De totale broeikasgasemissies in de 15 EU-landen zijn in de periode 1990 - 2001 met 2% afgenomen. De afname van de methaan- en lachgasemissies in deze periode compenseert ruimschoots de toename van de emissies van kooldioxide en van de Fluor-gassen.

Ontwikkeling Europese broeikasgasemissies tussen 1990 - 2001

De emissies van broeikasgassen in de EU zijn in de periode 1990 - 2001 met 2% afgenomen. De afname in deze periode van de emissies van CH4 (-20%) en N2O (-16%) compenseert ruimschoots de toename van de emissies van CO2 (2%) en van F-gassen (19%),De emissie van CO2 draagt voor 82% bij aan de totale emissie van broeikasgassen in de Europese Unie in 2001. Daarnaast dragen CH4 (8%), N2O (8%) en de F-gassen (1%) bij aan de totale broeikasgasemissie.

Ontwikkeling in de periode 2000 - 2001

In 2001 zijn de broeikasgasemissies in de Europese Unie met 1% toegenomen ten opzichte van 2000. De stijging van de emissies komt vooral door een toename van het energiegebruik in huishoudens. Redenen hiervoor zijn de relatief koude winter in sommige EU-landen en een toename in het aantal gereden kilometers. De emissies van broeikasgassen in Duitsland en het Verenigd Koninkrijk zijn in 2001 met 1% toegenomen, in Frankrijk met 0,5%. Deze drie landen hebben de grootste uitstoot in de EU15 met een gezamenlijk aandeel van 54% in 2001 (EEA, 2003).

Beleid

In het Kyoto Protocol heeft de Europese Unie afgesproken om broeikasgassen gemiddeld over alle EU-landen met 8% te reduceren in de periode 2008-2012 ten opzichte van 1990 Nederland behoort tot de 10 landen binnen Europa, die momenteel ver van hun verplichting verwijderd zijn. De Europese Commissie stelt dan ook dat deze landen met spoed extra maatregelen moeten nemen om hun verplichting te halen. Hierbij dient te worden opgemerkt, dat Nederland een groot deel aan buitenlandse reducties via de zogenaamde Klimaatverandering: beleid ter vermindering van broeikasgasemissies wil aankopen. De emissies van de broeikasgassen CO2, CH4, N2O en van de F-gassen HFK's, PFK's en SF6 zijn onderdeel van het Klimaatverdrag en het Kyoto Protocol van de Verenigde Naties. Dit verdrag heeft ten doel het vroegtijdig vermijden van menselijke beïnvloeding van het klimaat door het stabiliseren van de atmosferische concentraties van broeikasgassen. De waargenomen opwarming van de aarde over de afgelopen 50 jaar is waarschijnlijk grotendeels het gevolg van het door de mens veroorzaakte broeikaseffect.

Methodiek

De 15 landen van de Europese Unie leveren jaarlijks de landelijke emissie inventarisatie (RIVM, 2003) aan bij de Europese Unie. De totale Europese emissie van broeikasgassen is de directe som van de 15 landelijke inventarisaties (EEA, 2003). De broeikasgasemissies worden vastgesteld middels de voorschriften van het Intergovernmental Panel on Climate Change (IPCC, 1996+revisies). De CO2 emissie is de werkelijke jaarlijkse uitstoot, dus niet temperatuurgecorrigeerd, en exclusief CO2-vastlegging in biomassagroei. Internationale transportemissies van lucht- en scheepsvaart worden door EU-landen ook gerapporteerd, volgens de IPCC-richtlijn, maar als een aparte categorie die niet tot het EU totaal gerekend wordt.

Bronnen

Relevante informatie

Technische toelichting

Naam van het gegeven
-
Omschrijving
-
Verantwoordelijk instituut
-
Berekeningswijze
-
Basistabel
-
Geografische verdeling
-
Verschijningsfrequentie
-
Betrouwbaarheidscodering
-

Archief van deze indicator

Actuele versie
versie‎
13
Bekijk meer Bekijk minder
versie‎
12
versie‎
10
versie‎
09
versie‎
08
versie‎
03
versie‎
02
versie‎
01

Referentie van deze webpagina

CLO (2003). Broeikasgasemissie Europa, 1990-2001 (indicator 0434, versie 01, ), www.clo.nl. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Den Haag; PBL Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag; RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven; en Wageningen University and Research, Wageningen.