Opgaand groen, 2018

U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link bekijken.

De variatie in de hoeveelheid opgaand groen in het Nederlandse landschap is terug te leiden tot de ontstaansgeschiedenis. Het meest opgaand groen is te vinden op de hogere zandgronden. Opgaand groen zijn bossen en andere beplantingen die bestaan uit bomen en/of struiken. Deze zijn in ecologisch, historisch en visueel opzicht van groot belang voor het landschap en de beleving daarvan.

Zandgebieden als hotspots voor opgaand groen

De grootste concentraties opgaand groen vinden we in Nederland in de zandgebieden, denk aan de Veluwe en de kleinschalige landschappen in het oosten van het land en in Noord-Brabant en Limburg. Het opgaand groen bestaat daar uit bossen en bosjes die onderling verbonden zijn met lijnvormige elementen, zoals bomenrijen, hagen en houtwallen. De grootste aaneengesloten bosgebieden concentreren zich op de Veluwe en de Utrechtse heuvelrug. De kuststrook bevat ook veel wat kleinere bossen. In de meer open landschappen beperkt het opgaand groen zich vooral tot losse bomen en bomenrijen, langs wegen en waterlopen. In de zeer open (klei)gebieden speelt de erfbeplanting een grote rol, soms het enige opgaand groen in de wijde omgeving.

Onvolledig beeld

De indicator opgaand groen is gebaseerd op de BRT- Top10NL, waarvan bekend is dat deze bron beperkt bruikbaar is voor monitoring. Zo ontbreekt in deze bron het wel aanwezige opgaand groen op een deel van de erven in het buitengebied en is het niet mogelijk om verbeteringen in het bestand te onderscheiden van werkelijke veranderingen. Hierdoor zit er een relatief grote foutmarge in de cijfers voor opgaand groen in de Monitor Landschap. Op dit moment is er geen betere landelijke bron beschikbaar.

Bronnen

Relevante informatie

Technische toelichting

Naam van het gegeven
Opgaand groen
Omschrijving
Toestand van het opgaand groen in Nederlandse landschap
Verantwoordelijk instituut
Wageningen Environmental Research;
Auteur: Paul Peter Kuiper (Kadaster) & & Gerrit Jan van Herwaarden (Landschappen-NL)
Berekeningswijze
Om ontwikkeling van struik- en boomvormige opstanden te kunnen monitoren is onderzocht welke bron uniform van kwaliteit is en tevens langjarig beschikbaar is. De TOP10NL uit de BasisRegistratie Topografie voldoet op dit moment als enige bron aan deze beide criteria. Daarbij moet worden opgemerkt dat ook de TOP10NL belangrijke eigenschappen heeft die de gewenste analyses voor de Indicator Opgaand Groen nadelig beïnvloeden. Specifieke inwinningscriteria van de TOP10NL zorgen er bijvoorbeeld voor dat kleine oppervlaktes en korte lijnvormige elementen niet op de kaart staan. Ook ontbreken veel individuele bomen. De samenstellers van de Indicator Opgaand Groen hebben op basis van een vergelijking met 100 detailkarteringen afkomstig uit het Meetnet Kleine Landschapselementen van Landschappen NL zo goed mogelijk onderzocht wat de kwaliteit van de TOP10NL is. Vanwege het ontbreken van alternatieve bronnen is besloten om de TOP10NL als basis voor de Indicator Opgaand Groen te gebruiken.
Basistabel
Niet van toepassing
Geografische verdeling
Nederland
Verschijningsfrequentie
Tweejaarlijks
Achtergrondliteratuur
Windstats.nl
Betrouwbaarheidscodering
C. Schatting, gebaseerd op een groot aantal (accurate) metingen; de representativiteit is grotendeels gewaarborgd.

Archief van deze indicator

Actuele versie
versie‎
02
Bekijk meer Bekijk minder
versie‎
01

Referentie van deze webpagina

CLO (2022). Opgaand groen, 2018 (indicator 2203, versie 01, ), www.clo.nl. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Den Haag; PBL Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag; RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven; en Wageningen University and Research, Wageningen.