Bodemfauna Noordzee en boomkorvisserij
U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link bekijken.
Bij een aantal soorten bodemdieren in de Noordzee vormt de boomkorvisserij een belangrijke doodsoorzaak.
Maximale levensduur en sterfte bodemdieren | ||
Maximum levensduur | Visserijmortaliteit | |
jaren | % per jaar | |
Fluwelen zeemuis | 10 | 21 1) |
Geplooide zonneschelp | 14 | 35 2) |
Gravende zakpijp | 10 | 14 |
Grote strandschelp | 12 | 15 |
Kamster | 10 | 14 |
Kleine zwaardschede | 10 | 17 |
Mesheft | 12 | 11 |
Noordkromp | 220 | 11 2) |
Penhoren | 10 | 13 |
Stevige strandschelp | 10 | 24 1) |
Venusschelp | 12 | 24 |
Witte dunschaal | 10 | 25 1) |
Bron: NIOZ | Alterra/NC/okt02 | |
1) 90% van de individuen gedood voor het bereiken van de maximale levensduur 2) 99% van de individuen gedood voor het bereiken van de maximale levensduur |
Effecten
De boomkorvisserij zorgt voor een hoge sterfte onder bodembewonende ongewervelde diersoorten. Bij soorten die lang kunnen leven wordt het overgrote deel van de populatie voortijdig gedood, dat wil zeggen voordat ze door natuurlijke oorzaken sterven. Bij sommige soorten sterft zelfs meer dan 90% van de individuen voortijdig door de visserij. Dat leidt tot een verschuiving in de leeftijdsopbouw naar jongere dieren.Onderzoek naar lange termijneffecten wijst op een afname van dichtheden van tweekleppigen en sommige kreeftachtigen, en op een toename van kleine, kortlevende wormen.
Bronnen
- Lavalije M.S.S., H.J. Lindeboom en M.J.N. Bergman (2000). Macrobenthos van het Nederlands Continentaal Plat. Rapport ecosysteemdoelen Noordzee. NIOZ-rapport 2000-4. Texel.
Technische toelichting
- Naam van het gegeven
- -
- Omschrijving
- -
- Verantwoordelijk instituut
- -
- Berekeningswijze
- -
- Basistabel
- -
- Geografische verdeling
- -
- Verschijningsfrequentie
- -
- Opmerking
- In de tabel staan bodembewonende ongewervelde diersoorten met een lange levensduur (minimaal 10 jaar). Per soort is de jaarlijkse sterfte als gevolg van de boomkorvisserij aangegeven, als percentage van het totaal aantal individuen. Bij een jaarlijkse sterfte van bijvoorbeeld 21% bij de fluwelen zeemuis wordt binnen 10 jaar meer dan 90% van het aantal individuen door de visserij gedood. Om de betekenis van deze jaarlijkse sterfte te verduidelijken, kan worden bedacht dat de fluwelen zeemuis maximaal 10 jaar kan leven. Alleen al als gevolg van de visserij zou nog geen 10% die leeftijd kunnen halen.
- Betrouwbaarheidscodering
- -
Archief van deze indicator
Bekijk meer Bekijk minder
Referentie van deze webpagina
CLO (2004). Bodemfauna Noordzee en boomkorvisserij (indicator 1251, versie 02, ), www.clo.nl. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Den Haag; PBL Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag; RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven; en Wageningen University and Research, Wageningen.