Broedsucces grutto

Broedsucces van de grutto

U bekijkt op dit moment een afgesloten indicator. Deze indicator wordt niet meer bijgewerkt. De reden hiervoor staat hieronder vermeld. De archiefversies van deze indicator (indien aanwezig) zijn nog wel beschikbaar.

Voor de indicator broedsucces grutto zijn geen nieuwe cijfers beschikbaar.
Wel is er informatie over de grutto beschikbaar in

Er gaan zoveel nesten van de grutto verloren door landbouwwerkzaamheden en predatie dat de instandhouding van de populatie in gevaar komt. Het jaar 2006 was een goed jaar voor grutto's met een broedsucces van 73%.

Ontwikkeling

De laatste jaren ligt het aantal gruttonesten dat uitkomt gemiddeld rond de 40 tot 50% met een paar uitschieters in 1995 en 2006. Uit onderzoek is bekend dat er gemiddeld minimaal 40% van de nesten succesvol moeten uitkomen per jaar om de populatie in stand te houden. Deze kritische waarde wordt vaak niet gehaald. In zulke jaren is de nestoverleving waarschijnlijk onvoldoende om de natuurlijke sterfte te kunnen compenseren.
Er zijn overigens aanwijzingen dat de norm van 40% nog wat te laag is. Bij een hogere norm is in meer jaren de nestoverleving onvoldoende om de populatie in stand te houden.
Tegenwoordig worden nesten op veel plaatsen beschermd door allerlei maatregelen. Desalniettemin gaan er veel nesten verloren door landbouwwerkzaamheden en door predatie. Als de nesten uitkomen breekt een kritische fase aan, waarin weinig kuikens overleven, omdat het moeilijk is om voldoende voedsel en beschutting te vinden.
De grutto staat op de Rode Lijst van vogels. De grutto is ook van internationaal belang omdat Nederland ongeveer de helft van de Europese broedpopulatie herbergt.

Bronnen

  • Dijk, A.J. van, A. Boele, L. van den Bremer, F. Hustings, W. van Manen, A. van Kleunen, K. Koffijberg, W. Teunissen, C. van Turnhout, B. Voslamber, F. Willems, D. Zoetebier en C.L. Plate (2007). Broedvogels in Nederland 2005. SOVON-monitoringrapport 2007/01. SOVON Vogelonderzoek Nederland, Beek-Ubbergen.
  • Groen, N.M. en L. Hemerik (2002). Reproductive success and survival of Black-tailed godwits Limosa limosa in a declining local population in the Netherlands. Ardea 90 (2): 239-248.
  • Majoor, F., R. Foppen, F. Willems en D. Zoetebier (2001). De waarde van het nestkaartenproject voor signalering en beleid. SOVON Vogelonderzoek Nederland. Beek-Ubbergen.

Technische toelichting

Naam van het gegeven
-
Omschrijving
-
Verantwoordelijk instituut
-
Berekeningswijze
-
Basistabel
-
Geografische verdeling
-
Verschijningsfrequentie
-
Opmerking
De nestoverleving is het aantal nesten per broedpaar per jaar waarin minstens 1 ei uitkomt. De overleving van kuikens is hier niet bij betrokken. Het nestsucces is berekend met behulp van de Mayfield-methode. Die methode houdt rekening met de periode waarin het nest is onderzocht.De gegevens zijn grotendeels afkomstig uit het landelijk meetnet Nestkaarten van het Netwerk Ecologische Monitoring. Het jaar 2001 is niet opgenomen vanwege te weinig data als gevolg van het uitbreken van MKZ.
Betrouwbaarheidscodering
-

Archief van deze indicator

Actuele versie
versie‎
05
Bekijk meer Bekijk minder
versie‎
04
versie‎
03
versie‎
02

Referentie van deze webpagina

CLO (2007). Broedsucces grutto (indicator 1184, versie 05, ), www.clo.nl. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Den Haag; PBL Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag; RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven; en Wageningen University and Research, Wageningen.