Mestproductie bij gebruiksnormen: bedrijven met overproductie, 1995-2004
U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link bekijken.
Op basis van de gebruiksnormen in de Nitraatrichtlijn produceert tweederde van de sterk gespecialiseerde melkveebedrijven in 2004 meer dierlijke mest dan op de eigen grond mag worden aangewend. Voor hokdierbedrijven is dit zelfs 99%.
1995 | 2000 | 2003 | 2004 | ||
Bedrijven met overproductie | % | ||||
Graasdierbedrijven | 70 | 51 | 46 | 42 | |
w.o. | sterk gespecialiseerde melkveebedrijven | 93 | 68 | 68 | 65 |
Hokdierbedrijven | 99 | 99 | 98 | 99 | |
w.o. | varkensbedrijven | 100 | 100 | 100 | 100 |
pluimveebedrijven | 100 | 100 | 94 | 100 | |
Bron: CBS (2005). | CBS/MNC/jun06/0528 |
Gebruiksnormen zorgen voor grotere mestafvoer
De gebruiksnormen voor dierlijke mest die per 1 januari 2006 in de plaats zijn gekomen van het Mineralenaangiftesysteem (MINAS), zullen leiden tot grotere mestoverschotten op bedrijfsniveau. Ook de grondgebonden veehouderij, zoals de melkveehouderij, krijgt dan te maken met overproductie en moet mest afvoeren.
Beleid: van MINAS naar Nitraatrichtlijn
Het doel van het Mineralenaangiftensysteem MINAS (tot en met 2005) was een verantwoord gebruik van mineralen. Het verschil tussen de aan- en afvoer van mineralen op een bedrijf werd getoetst aan de toegestane verliesnorm. Binnen MINAS werd dus een maximum gesteld aan het mineralenoverschot per bedrijf, maar niet aan de hoeveelheid aan te wenden dierlijke mest.
De Europese Nitraatrichtlijn stelt wel eisen aan de hoeveelheid te gebruiken stikstof uit dierlijke mest per hectare landbouwgrond. Volgens deze richtlijn mag vanaf 1 januari 2003 nog maar 170 kg stikstof uit dierlijke mest worden gebruikt per hectare. De Europese Commissie staat Nederland verruiming van de norm toe tot een bemestingsniveau van 250 kg stikstof per hectare. Deze norm (derogatie) geldt alleen voor bedrijven waarvan het areaal voor minstens 70% bestaat uit grasland. Daarnaast is de norm alleen geldig voor graasdiermest.
De normen zijn gebaseerd op de hoeveelheid stikstof in de mest exclusief de gasvormige stikstofverliezen die optreden in stal en bij mestopslag.
Bronnen
- CBS (2004). Monitor Mineralen en Mestwetgeving 2004. CBS, Voorburg/Heerlen.
- CBS (2005). StatLine: Transport en gebruik van mest en mineralen. CBS, Voorburg/Heerlen.
Relevante informatie
- Meer informatie over productie van dierlijke mest is te vinden op StatLine (CBS).
Technische toelichting
- Naam van het gegeven
- -
- Omschrijving
- -
- Verantwoordelijk instituut
- -
- Berekeningswijze
- -
- Basistabel
- -
- Geografische verdeling
- -
- Verschijningsfrequentie
- -
- Betrouwbaarheidscodering
- -
Archief van deze indicator
Bekijk meer Bekijk minder
Referentie van deze webpagina
CLO (2006). Mestproductie bij gebruiksnormen: bedrijven met overproductie, 1995-2004 (indicator 0528, versie 01, ), www.clo.nl. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Den Haag; PBL Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag; RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven; en Wageningen University and Research, Wageningen.