Geluidbelasting en aantal geluidbelaste woningen Schiphol, 1990-2001
U bekijkt op dit moment een archiefversie van een afgesloten indicator. De actuele indicatorversie met de reden voor het afsluiten, kunt u via deze link bekijken.
1990 | 1993 | 1997 | 1998 | 1999 | 2000 | 2001 | |
aantal woningen | |||||||
Locaties met overschrijdingen 35 Ke-zone | - | - | 35 | 14 | 11 | 5 | 0 |
aantal woningen | |||||||
Woningen binnen 35 Ke-zone | 15 1001) | 18 0002) | 18 0002) | 18 0002) | |||
Woningen blootgesteld aan geluidbelasting 35 Ke of meer 2) | 14 500 | 14 000 | 15 000 | 12 500 | 13 500 | 12 000 | 11 500 2) |
Woningen blootgesteld aan 26 dB(A) LAeq-nacht of meer 2) | 25 000 | 9 100 | 4 600 3) | 4 800 | 4 700 | 4 300 2) | |
Bron: RIVM/NLR. | RIVM/MC/okt02 | ||||||
1) ADECS-bestand, 2) ACN-woningbestand, 3) Bridgis woningbestand. |
Ontwikkeling geluidsbelasting rondom Schiphol
Voor het eerst sinds lange tijd is in 2001 het vliegverkeer van en naar Schiphol niet toegenomen ten opzichte van het voorgaande jaar. Door de voortgaande inzet van modernere vliegtuigen is de geluidbelasting daardoor afgenomen en is op geen enkele locatie een overschrijding opgetreden van de wettelijke 35 Ke-zone of de 26 dB(A) LAeq-nachtzone. Ook het aantal woningen met een geluidbelasting boven deze waarden is licht afgenomen: van 12 000 in 2000 naar 11 500 in 2001, respectievelijk van 4 700 naar 4 300. Verder nam het aantal klachten in 2001 af ten opzichte van 2000.
Beleid: geluidzones
In de Luchtvaartwet uit 1978 is bepaald dat rond luchtvaartterreinen geluidszones dienen te worden vastgesteld. Het doel van deze zones is drieledig. Ten eerste vormen ze de afbakening van de geluidsruimte. Dit ter beperking van geluidhinder in de omgeving. Ook worden nieuwe hindersituaties voorkomen door een verbod op nieuwbouw binnen de zone. Tot slot vormen de zones een wettelijke basis voor de geluidsisolatie van woningen.Afhankelijk van het type vliegverkeer (lichte of zware vliegtuigen, uitsluitend overdag of ook 's nachts) zijn er verschillende geluidszones. Rond Schiphol zijn zowel zones voor de totale geluidbelasting door 'grote' luchtvaart (in Kosteneenheden, Ke) als voor de geluidbelasting door luchtvaart gedurende de nachtelijke uren (23:00-6:00 u) (in dB(A) LAeq-nacht) vastgesteld.
Beleid: 35 Ke-zone
Bij de vaststelling van deze geluidszone rondom de luchthaven Schiphol is bepaald dat 15 100 woningen binnen deze zone mogen liggen. Bij het luchthavengebruik moet er rekening mee worden gehouden dat de jaarlijkse geluidbelasting op geen enkele locatie buiten deze zone, hoger mag zijn dan 35 Ke. Het aantal woningen met een geluidbelasting van 35 Ke of meer kan dus nooit hoger zijn dan 15 100. Vanwege de invoering van een EU-richtlijn voor geluid, zal vanaf 2003 de normstelling gebaseerd worden op een Definities en eenheden voor geluid en geur. Momenteel wordt onderzocht hoe kan worden gekomen tot een neutrale omzetting van normstelling. Een complicatie hierbij is dat vliegtuigen de afgelopen decennia veel stiller zijn geworden. Dit heeft tot gevolg dat een steeds groter aandeel van de passages niet meetellen in de berekening van de Ke-waarde, maar wel worden meegenomen in de berekening van de nieuwe waarde Lden. Voor locaties rond de luchthaven Schiphol waar wel meer, maar ook 'stillere' vliegtuigen zijn overgekomen, kan de geluidbelasting in Ke daardoor veel sterker zijn afgenomen dan de equivalente geluidbelasting. Momenteel wordt in de omzetting uitgegaan van een waarde van ongeveer 58 dB(A) voor 35 Ke. Op de kaartjes is zichtbaar hoe de geluidbelasting zich ontwikkelt als deze wordt uitgedrukt in Ke dan wel in dB(A) Lden.
Beleid: 26 dB(A)-LAeq-nachtzone
Bij de vaststelling van deze zone rondom Schiphol is bepaald dat 10 100 woningen binnen deze zone mogen liggen. Bij het luchthavengebruik moet er rekening mee worden gehouden dat de jaarlijkse nachtelijke geluidbelasting op geen enkele locatie buiten deze zone, hoger mag zijn dan 26 dB(A). De nachtelijke geluidbelasting wordt uitgerekend in een Definities en eenheden voor geluid en geur. Doordat rekening wordt gehouden met de demping van het vliegtuiggeluid door de woninggevel, geldt de waarde voor de geluidbelasting binnenshuis.Schiphol: Externe veiligheid rond Schiphol , 2000-2018 Geluidhinder door vliegverkeer en de veiligheidsrisico's van Schiphol zijn al jaren onderwerp van soms heftige discussie in de samenleving. Hoe zitten deze complexe problemen in elkaar? En op welke wijze probeert de overheid ze aan te pakken? Met een voor Internet geschikte interactieve atlas, kunt u zelf inzicht verwerven in het geluid- en risicobeleid rond Schiphol.
Relevantie
Geluidhinder kan leiden tot hinder en gezondheidsklachten. Meer hierover is te vinden bij de effecten van blootstelling aan geluid in de woonomgeving.
Bronnen
- RIVM (2000). Milieubalans 2000. Samsom bv, Alphen aan den Rijn.
- RIVM (2002). Milieubalans 2002. Kluwer, Alphen aan den Rijn.
- Eerste en Tweede Kamer (2001/2002). Wijziging van de Wet luchtvaart inzake de inrichting en het gebruik van de luchthaven Schiphol, Eerste en Tweede Kamer der Staten Generaal, Dossier nr. 27603, Vergaderjaren 2000-2001 en 2001-2002.
Relevante informatie
- Busink, J.J. (2000). Geluidbelastingsberekeningen voor Schiphol in het kader van de Milieubalans 2000. Nationaal Lucht- en Ruimtevaartlaboratorium, Amsterdam.
- Busink, J.J. (2002). Geluidbelasting en effect van beleid - De geluidbelasting rondom de luchthaven Schiphol in 1980, 1993 en 2000. Nationaal Lucht- en Ruimtevaartlaboratorium rapport CR-2002-311, Amsterdam.
Technische toelichting
- Naam van het gegeven
- -
- Omschrijving
- -
- Verantwoordelijk instituut
- -
- Berekeningswijze
- -
- Basistabel
- -
- Geografische verdeling
- -
- Verschijningsfrequentie
- -
- Betrouwbaarheidscodering
- -
Archief van deze indicator
Bekijk meer Bekijk minder
Referentie van deze webpagina
CLO (2002). Geluidbelasting en aantal geluidbelaste woningen Schiphol, 1990-2001 (indicator 0298, versie 03, ), www.clo.nl. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Den Haag; PBL Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag; RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven; en Wageningen University and Research, Wageningen.