Emissies naar lucht per doelgroep, 2004
U bekijkt op dit moment een archiefversie van een afgesloten indicator. De actuele indicatorversie met de reden voor het afsluiten, kunt u via deze link bekijken.
De emissie van kooldioxide wordt door drie belangrijke bronnen veroorzaakt: de energievoorziening (32%), de industrie (25%) en verkeer en vervoer (20%). Verkeer en vervoer is de belangrijkste bron van vluchtige organische stoffen en stikstofoxiden. De landbouw is de grootste bron van ammoniak, methaan en distikstofoxide.
Bijdragen doelgroepen aan de emissie broeikasgassen (IPCC-categorieën)
De land- en tuinbouw levert een aanzienlijk deel van de totale emissie van methaan (CH4: 51%) en distikstofoxide (N2O: 53%). De industrie levert een belangrijke bijdrage aan de totale emissie van kooldioxide (CO2: 25%), distikstofoxide (N2O: 36%) en chloorfluorkoolwaterstoffen (HFKs, PFKs en SF6: 37%). De energiesector levert 31% van de emissie van CO2. Het verkeer veroorzaakt 20% van de CO2 en 24% van de emissie van HFKs, PFKs en SF6. De cijfers zijn samengesteld volgens de berekeningsprotocollen van het Intergouvernementele Panel voor Klimaatverandering (IPCC).
Bijdragen doelgroepen aan de verzurende en grootschalige luchtverontreiniging (NEC-sectoren)
De land- en tuinbouw levert de grootste bijdrage aan de totale emissie van ammoniak (NH3: 90%). Ook de bijdrage aan de emissie van fijn stof is aanzienlijk (20%). De industrie, inclusief raffinaderijen en energievoorziening, levert de grootste bijdrage aan de totale emissie van zwaveldioxide (SO2: 88%). Het verkeer draagt in belangrijke mate bij aan de totale emissies van koolmonoxide (CO: 62%), vluchtige organische stoffen (VOS, exclusief methaan: 41%) en NOx (62%).
Bronnen
- Emissieregistratie (2006). Jaarcijfers 2004. MNP, Bilthoven; CBS, Voorburg; RIZA, Lelystad; EC-LNV, Den Haag; SenterNovem, Utrecht en TNO-MEP, Apeldoorn. http://www.emissieregistratie.nl.
- CBS (2006). StatLine: IPCC-emissies naar lucht. CBS, Voorburg/Heerlen.
- CBS (2006). StatLine: NEC-emissies naar lucht. CBS, Voorburg/Heerlen.
Relevante informatie
- Recente emissiecijfers en beschrijvingen van gehanteerde berekeningswijzen (meta-informatie) kunnen in detail bekeken worden op het Datawarehouse van de Emissieregistratie.
- Emissiecijfers zijn ook te vinden op StatLine van het CBS.
Technische toelichting
- Naam van het gegeven
- -
- Omschrijving
- -
- Verantwoordelijk instituut
- -
- Berekeningswijze
- -
- Basistabel
- -
- Geografische verdeling
- -
- Verschijningsfrequentie
- -
- Opmerking
- Voor stationaire bronnen komt een deel van de emissiegegevens uit de individuele milieujaarverslagen van bedrijven. Het overige deel wordt bijgeschat op basis van statistische gegevens uit onder andere de energiestatistieken en productiestatistieken van het CBS.Bij de mobiele bronnen worden de IPCC-emissies door het wegverkeer berekend op basis van de afzet van motorbrandstoffen. De NEC-emissies door wegverkeer zijn gebaseerd op de binnenlandse verkeersprestatie. De NEC-emissies door de luchtvaart zijn gebaseerd op het aantal starts en landingen. De overige emissies door mobiele bronnen zijn afgeleid uit het brandstofverbruik.De IPCC-categorieën komen niet geheel overeen met de NEC-sectoren. Onder andere speelt dit bij de land- en tuinbouw. De IPCC-categorie landbouw omvat ook de visserij en landbouwwerktuigen, terwijl deze twee emissiebronnen bij de NEC-indeling in respectievelijk de visserij-sector en de sector verkeer en vervoer zijn opgenomen. Zie: Verschillen tussen CO2-emissietotalen verklaard, 1990-2021, voor een toelichting op IPCC-emissies.Zie: Samenstelling doelgroepen van het milieubeleid, voor een toelichting op de NEC-sectoren.
- Betrouwbaarheidscodering
- -
Archief van deze indicator
Bekijk meer Bekijk minder
Referentie van deze webpagina
CLO (2006). Emissies naar lucht per doelgroep, 2004 (indicator 0082, versie 08, ), www.clo.nl. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Den Haag; PBL Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag; RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven; en Wageningen University and Research, Wageningen.