Energieverbruik per sector, 1990-2018
U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link bekijken.
Het Nederlandse energieverbruik schommelt al jaren tussen 3000 en 3500 PJ. In 2018 gaat het om een verbruik van 3100 PJ. Het energieverbruik in 2018 is daarmee 1,6 procent lager dan het jaar ervoor. Het verbruik door de industrie is ruim een derde van het totale Nederlandse energieverbruik.
Industrie goed voor ruim 40 procent totale Nederlandse energieverbruik
In 2018 is het totale Nederlandse energieverbruik met 1,6 procent gedaald ten opzichte van 2017. Van het totale verbruik van 3100 PJ wordt bijna 82 procent verbruikt in vier sectoren (industrie, energiesector, verkeer en vervoer, huishoudens).
In de industrie (inclusief raffinaderijen), goed voor bijna 42 procent van het totale Nederlandse energieverbruik, daalde het verbruik in 2018 met 3,8 procent ten opzichte van het jaar ervoor. Daarnaast hebben de energiesector (exclusief raffinaderijen)(12 procent), het verkeer en vervoer (15 procent) en de huishoudens (13 procent) een groot aandeel in het totale Nederlandse energieverbruik. De huishoudens verbruikten daarbij in 2018 evenveel energie als in 2017.
Bronnen
- CBS (2015). Nederlandse energiehuishouding (NEH). CBS, Den Haag / Heerlen.
- CBS (2019). StatLine: Energiebalans, aanbod en verbruik; sector. CBS, Den Haag / Heerlen.
Relevante informatie
- Meer informatie over het energieverbruik is opgenomen in de databank StatLine van het CBS.
Technische toelichting
- Naam van het gegeven
- Energieverbruik per sector
- Omschrijving
- Ontwikkeling van het totale energieverbruik in Nederland naar economische sector (landbouw, bosbouw en visserij, industrie, energievoorziening, verkeer en vervoer, huishoudens, dienstverlening en overige sectoren).
Om de gegevens aan te laten sluiten bij de indicatoren over luchtemissies omvat het verbruik door de industrie ook de raffinaderijen, en is het verbruik van de energiesector exclusief de raffinaderijen.
De gegevens 2017 en 2018 zijn nader voorlopig. Nader voorlopige cijfers hebben een meer definitieve status dan voorlopige cijfers. - Verantwoordelijk instituut
- Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS)
- Berekeningswijze
- Berekening op basis van enkele maand- en kwartaalenquêtes van het CBS en registraties van diverse netwerkbedrijven als TenneT, Gasunie. Het artikel Nederlandse energiehuishouding (NEH) (CBS, 2015) geeft een korte beschrijving van de onderzoeksmethode.
De energievoorziening omvat de winning van aardolie en aardgas (categorie 06 van de SBI 2008), cokesfabrieken, aardolie-industrie (categorie 192 van de SBI 2008) en energiebedrijven (categorie 35 van de SBI 2008). Tot de industrie behoren de categorieën 10 tot en met 33 van de SBI 2008. - Basistabel
- StatLine: Energiebalans; aanbod en verbruik, sector (CBS, 2019)
- Geografische verdeling
- Nederland
- Andere variabelen
- Er zijn gegevens per energiedrager voor een groot aantal energiebalansposten (zoals: winning, energie-aanvoer, energie-aflevering, totaal finaal verbruik) en economische sectoren.
- Verschijningsfrequentie
- Drie maal per jaar worden er nieuwe gegevens gepubliceerd in de database StatLine van het CBS.
In maart / april van het jaar volgend op het verslagjaar betreft het voorlopige cijfers.
In juni / juli van het jaar volgend op het verslagjaar gaat het om nader voorlopige cijfers.
In november / december van het tweede volgende jaar op het verslagjaar gaat het om definitieve cijfers. - Achtergrondliteratuur
- Nederlandse energiehuishouding (NEH) (CBS, 2015)
- Opmerking
- De gegevens over het totale energieverbruik alsmede het energieverbruik van de diverse sectoren sluiten niet aan op die gepresenteerd zijn in de vorige versie van deze indicator. Deze breuk is een gevolg van een revisie van de energiestatistiek van het CBS.
1. Het totale energieverbruik is in deze versie opgebouwd uit de factoren finaal energieverbruik, niet energetisch verbruik, totaal saldi energieomzetting, verliezen bij distributie, en eigen verbruik energiesector. In de vorige versie betrof het energieverbruik alleen de posten finaal energieverbruik en niet energetisch verbruik. Daardoor ging het toen om verbruiken die veel lager waren dan in deze versie.
2. Het eigen verbruik door de energiesector en het energieverbruik door het verkeer en vervoer waren in de vorige versie toegedeeld aan de andere sectoren, en zijn nu een aparte post in de energiebalans geworden.
Doordat de energieverbruiken nu op een andere wijze berekend zijn, sluit deze versie van de indicator nu één-op-één aan op de andere energie indicatoren in het Compendium voor de Leefomgeving. In de vorige versies was dit nog niet het geval. - Betrouwbaarheidscodering
- Schatting gebaseerd op een groot aantal (zeer accurate) metingen, waarbij representa-tiviteit van de gegevens vrijwel volledig is.
Archief van deze indicator
Bekijk meer Bekijk minder
Referentie van deze webpagina
CLO (2019). Energieverbruik per sector, 1990-2018 (indicator 0052, versie 22, ), www.clo.nl. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Den Haag; PBL Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag; RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven; en Wageningen University and Research, Wageningen.