Emissies naar lucht door huishoudens, 1990-2022

In 2022 is de uitstoot van koolstofdioxide door huishoudens 21% gedaald ten opzichte van 2021. 2022 was gemiddeld warmer dan 2021, waardoor huishoudens minder gas hebben verbruikt voor de verwarming van woningen. Daarnaast zijn huishoudens zuiniger gaan stoken door hogere gasprijzen (CBS, 2023).

Afname emissie kooldioxide

De emissies van kooldioxide (CO2) en stikstofoxiden (NOx) door huishoudens worden voor het belangrijkste deel bepaald door de inzet van brandstoffen voor ruimteverwarming, voornamelijk aardgas. De inzet van brandstoffen voor ruimteverwarming is vooral afhankelijk van de gemiddelde buitentemperatuur in het stookseizoen. In jaren met een zachte winter, zoals 2014 en 2022, is er minder brandstof nodig en zijn de emissies lager. Naast de invloed van temperatuur heeft de overstap op nieuwere, efficiëntere verwarmingsketels door de jaren heen een verlagend effect op de emissies van zowel CO2 als NOx

De omvang van de distikstofoxide (N2O) uitstoot door huishoudens is relatief beperkt. In 2022 was 1% afkomstig van huishoudens. De emissie van N2O wordt voornamelijk veroorzaakt door het gebruik van drijfgassen en vuurhaarden.

Oorzaken van de emissies

Veel stoffen komen vrij bij de verbranding van brandstoffen (vooral aardgas) en hout. Maar ook bij andere activiteiten door huishoudens (inclusief huisdieren), zoals schoonmaken, komen stoffen vrij. De emissies van NOx, CO2 en methaan (CH4) hangen samen met het stoken van aardgas voor ruimteverwarming, eten koken en het verwarmen van water. De emissie van fijnstof wordt in aanzienlijke mate bepaald door gebruik van houtkachels en open haarden. Niet-methaan vluchtige organische stoffen (NMVOS) komen vooral vrij bij het gebruik van verf, oplosmiddelen en cosmetica. De sterke stijging in 2020 van de NMVOS uitstoot komt door het toegenomen gebruik van handgel tijdens de Covid-19 pandemie. In de vorige versie van deze indicator lag de stijging in 2020 hoger. Nieuw onderzoek heeft aangetoond dat de hoeveelheid gebruikte handgel lager lag dan eerder werd aangenomen. De emissie van ammoniak (NH3) wordt veroorzaakt door transpiratie en ademen, mest van huisdieren, het gebruik van schoonmaakmiddelen en het roken van sigaretten. Het aandeel van de huishoudens (consumenten) in de totale emissies van de verschillende stoffen wordt elders gepresenteerd.

Houtstook

Het verbranden van hout, in woningen als warmtebron en sfeermaker en buitenshuis in vreugdevuren, levert een belangrijke bijdrage aan de nationale emissie van fijnstof (PM10). Ook komt bij verbranden van hout NOvrij. In 2022 was 15% van de PM10, 26% van de PM2.5 en 1% van de NOx afkomstig van houtstook.  

De CO die vrijkomt bij het verbranden van hout telt niet mee voor het nationale totaal. Internationaal is afgesproken dat COuit het verbranden van hout en andere biomassa niet meetelt voor het nationale totaal omdat het kort-cyclische COis. Kort-cyclische COis tijdens de groei van planten opgenomen uit de lucht en komt bij de verbranding weer vrij. De methode voor de berekening van de emissies uit houtstook staan beschreven in een rapport van TNO.

Relevante informatie

  • Recente emissiecijfers en beschrijvingen van gehanteerde berekeningswijzen (meta-informatie) kunnen in detail bekeken worden op de website van de Emissieregistratie.

Technische toelichting

Naam van het gegeven

Emissies naar lucht door de huishoudens

Omschrijving

Emissies van broeikasgassen (kooldioxide (CO2), methaan (CH4), distikstofoxide (N2O) en NEC-emissies van verzurende en grootschalige luchtverontreinigende stoffen (zwaveldioxide (SO2), stikstofoxiden (NOx), fijnstof (PM10), vluchtige organische stoffen, exclusief methaan (NMVOS)  door de huishoudens.

Verantwoordelijk instituut

Rijks Instituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) op basis van data van Emissieregistratie

Berekeningswijze

De emissiegegevens voor de verzurende en grootschalige luchtverontreiniging zijn gepresenteerd volgens de sectorindeling van de NEC-richtlijn. 
De emissiecijfers voor de broeikasgassen zijn berekend volgens de IPCC-methode. 
Voor een uitgebreide beschrijving van de berekeningsmethoden wordt verwezen naar de methodebeschrijvingen op de website van de Emissieregistratie

Geografische verdeling

Nederland, provincie, postcode, 5*5 km2 (kaart)

Verschijningsfrequentie

Jaarlijks in april

Achtergrondliteratuur

Methoden: op de website van Emissieregistratie achter Overzicht documenten
Begrippen: op de website van Emissieregistratie achter Begrippenlijst

Opmerking

De emissiegegevens voor de verzurende en grootschalige luchtverontreiniging zijn gepresenteerd volgens de sectorindeling volgens de NEC-richtlijn. Voor de stationaire bronnen komt een deel van de emissiegegevens uit de individuele milieujaarverslagen van bedrijven. Het overige deel wordt bijgeschat op basis van statistische gegevens uit onder andere de energiestatistieken, productiestatistieken van het CBS. Zie voor de NEC-indeling Samenstelling doelgroepen van het milieubeleid
De emissiecijfers voor de broeikasgassen zijn berekend volgens de IPCC-methode. Zie CO2-emissies verklaard, voor een toelichting op de IPCC-emissies

Archief van deze indicator

Actuele versie
versie‎
37
Bekijk meer Bekijk minder
versie‎
33
versie‎
16
versie‎
04
versie‎
03

Referentie van deze webpagina

CBS, PBL, RIVM, WUR (2024). Emissies naar lucht door huishoudens, 1990-2022 (indicator 0138, versie 37,

) www.clo.nl. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Den Haag; PBL Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag; RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven; en Wageningen University and Research, Wageningen.