Watervogels in Waddenzee

U bekijkt op dit moment een archiefversie van een afgesloten indicator. De actuele indicatorversie met de reden voor het afsluiten, kunt u via deze link bekijken.

In de Waddenzee zijn schelpdieren-etende soorten watervogels in aantal afgenomen en wormenetende soorten juist toegenomen, waarschijnlijk vooral als gevolg van de schelpdiervisserij.

Ontwikkeling

Sinds het midden van de jaren negentig vindt er een duidelijke verschuiving plaats in de samenstelling van de watervogelpopulatie in de Waddenzee. Het meest opvallend is de achteruitgang van schelpdieretende watervogels en de toename van wormenetende vogelsoorten. Deze verschuiving is een aanwijzing voor grote verschuivingen in voedselbestanden in de Waddenzee.
Een veel genoemde oorzaak voor de geconstateerde veranderingen is een vermindering van het voedselaanbod als gevolg van de mechanische schelpdiervisserij. De veranderingen kunnen ook een gevolg zijn van veranderingen in het sediment die samenhangen met het verdwijnen van de stabiliserende werking van mosselbanken en met de voortdurende omwoelende werking van de schelpdiervisserij.
Door de afname van het aantal schelpdieren is er meer voedsel beschikbaar voor andere organismen, met name voor wormen. Deze zouden daardoor in aantal kunnen toenemen. In de voor schelpdiervisserij opengestelde gebieden is inderdaad de zeeduizendpoot, een belangrijke voedselbron voor wormenetende vogels, toegenomen. Een hard bewijs voor een toename van wormen als gevolg van de schelpdiervisserij is echter nog niet geleverd.

Bronnen

  • Leopold, M.F., E.M. Dijkman, J.S.M. Cremer, A. Meijboom & P.W. Goedhart (2004). De effecten van mechanische kokkelvisserij op de benthische macrofauna en hun habitat; Eindverslag EVA II (Evaluatie Schelpdiervisserij tweede fase) Deelproject C1/3. Wageningen, Alterra, Alterra-rapport 955.
  • Leopold, M.F., C.J. Smit, P.W. Goedhart, M. van Roomen, E. van Winden & C. van Turnhout (2004). Langjarige trends in aantallen wadvogels, in relatie tot de kokkelvisserij en het gevoerde beleid in deze; Eindverslag EVA II (Evaluatie Schelpdiervisserij tweede fase) Deelproject C2. Wageningen, Alterra, Alterra-rapport 954.
  • Roomen M. van, C. van Turnhout, E. van Winden, B. Koks, P. Goedhart P, M. Leopold & C. Smit (2004). Trends van benthivore watervogels in de Nederlandse Waddenzee 1975-2002: grote verschillen tussen schelpdiereneters en wormeneters. Limosa, in press.
  • Roomen, M. van, E. van Winden, K. Koffijberg, A. Boele, F. Hustings, R. Kleefstra, J. Schoppers, C. van Turnhout, SOVON Ganzen- en zwanenwerkgroep en L. Soldaat (2003). Watervogels in Nederland 2002/2003. SOVON-monitoringrapport 2004/02. RIZA-rapport BM04/09. SOVON Vogelonderzoek Nederland, Beek-Ubbergen.
  • Piersma T. & A. Koolhaas (1997). Shorebirds, shellfish(eries) and sediments around Griend, western Wadden Sea, 1988-1996. Rapport 1997-7. NIOZ, Texel.
  • Piersma T., A. Koolhaas, A. Dekinga, J.J. Beukema, R. Dekker & K. Essink (2001). Long-term indirect effects of mechanical cockle-dredging on intertidal bivalve stocks in the Wadden Sea. Journal of Applied Ecology 38, 976-990.

Relevante informatie

Technische toelichting

Naam van het gegeven
-
Omschrijving
-
Verantwoordelijk instituut
-
Berekeningswijze
-
Basistabel
-
Geografische verdeling
-
Verschijningsfrequentie
-
Opmerking
De Soortgroep Trend Indexen (STI) betreffen de gemiddelde indexen (1975=100) van de volgende watervogelsoorten in de Waddenzee; tussen haakjes staat de trend van 1975 tot 2004:Schelpdierenetende watervogels: scholekster (matige afname), kanoet (matige afname), eidereend (stabiel), zilvermeeuw (matige afname).Wormenetende watervogels: kluut (stabiel), bontbekplevier (matige toename), zilverplevier (matige toename), drieteenstrandloper (sterke toename), bonte strandloper (stabiel), rosse grutto (matige toename).De gegevens zijn ontleend aan het watervogelmeetnet van het Netwerk Ecologische Monitoring. Dit meetnet betreft doortrekkende en overwinterende watervogels. De Waddenzee wordt drie keer per jaar integraal geteld (vanaf 2002 vijf keer per jaar). Daarnaast wordt maandelijks geteld in een aantal steekproefgebieden. Eidereenden worden alleen in januari geteld vanuit een vliegtuig.
Betrouwbaarheidscodering
-

Archief van deze indicator

Actuele versie
versie‎
09
Bekijk meer Bekijk minder
versie‎
08
versie‎
07
versie‎
06
versie‎
05
versie‎
04
versie‎
03
versie‎
02
versie‎
01

Referentie van deze webpagina

CLO (2006). Watervogels in Waddenzee (indicator 1383, versie 02, ), www.clo.nl. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Den Haag; PBL Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag; RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven; en Wageningen University and Research, Wageningen.