Wespenspin en klimaatverandering 1979-2007

Wespenspin en klimaatverandering

U bekijkt op dit moment een archiefversie van een afgesloten indicator. De actuele indicatorversie met de reden voor het afsluiten, kunt u via deze link bekijken.

De wespenspin houdt van een warm klimaat. Deze soort heeft zich sinds zijn komst in 1980 in Limburg over een groot deel van Nederland verspreid.

Ontwikkeling

Eén van de soorten in Europa die zijn areaal naar het noorden uitbreidt, is de wespen- of tijgerspin. Deze spin is in 1980 voor het eerst aangetroffen aan de Gulp in Zuid-Limburg; sindsdien breidt het areaal zich verder naar het noorden uit. Op dit moment komt de spin vooral voor in Limburg, Oost-Brabant en Gelderland. Maar uit alle andere provincies zijn inmiddels ook waarnemingen bekend. De meest noordelijk vindplaats is Schiermonnikoog waar in 2007 voor het eerst de wespenspin is waargenomen.
Warme zomers en zachte winters in de afgelopen twee decennia zijn de vermoedelijke oorzaken van de opkomst van deze warmteminnende spinnensoort. Daarnaast profiteert deze spin waarschijnlijk van de natuurontwikkelingsprojecten langs de rivieren en de vergrassing van heide en hoogveen.

Bronnen

  • Helsdingen, P.J. van (2007). De wespspin Argiope bruennichi in Nederland. www.naturalis.nl/wespspin.
  • Linden, J. van der (2000). De opmars van de wespenspin, Agriope bruennichi in Nederland (Araneae: Araneidae). Nederlandse Faunistische Mededelingen, 2: 45-53.
  • Linden, J. van der (2004). 2003: Een topjaar voor de wespenspin Argiope bruennichi (Araneae: Araneidae). Waarnemingenverslag ongewervelden 2004: 27-30.

Relevante informatie

Technische toelichting

Naam van het gegeven
Wespenspin en klimaatverandering
Omschrijving
Ontwikkeling populatie wespenspin en verspreiding wespenspin
Verantwoordelijk instituut
Centraal Bureau voor de Statistiek
Berekeningswijze
De grafiek geeft per jaar het aantal hokken van 1 bij 1 kilometer weer waarin de soort is aangetroffen. Niet elk kilometerhok is jaarlijks onderzocht, maar de kans is groot dat de soort zich in de eerder gemelde kilometerhokken handhaaft. Dat geldt vooral voor de hokken binnen het aaneengesloten verspreidingsgebied. De daarbuiten gelegen waarnemingen betreffen doorgaans zwervende dieren die mogelijk niet standhouden op deze plekken. Op het totaal van het aantal kilometerhokken is dit echter maar een klein aandeel. De gegevens zijn verkregen van European Invertebrate Survey (EIS) Nederland in Leiden.
Basistabel
zie tabblad figuurdata onder download figuurdata
Geografische verdeling
Nederland
Verschijningsfrequentie
jaarlijks
Achtergrondliteratuur
Linden, J. van der (2000). De opmars van de wespenspin, Agriope bruennichi in Nederland (Araneae: Araneidae). Nederlandse Faunistische Mededelingen, 2: 45-53.

Linden, J. van der (2004). 2003: Een topjaar voor de wespenspin Argiope bruennichi (Araneae: Araneidae). Waarnemingenverslag ongewervelden 2004: 27-30.
Betrouwbaarheidscodering
Schatting, gebaseerd op een aantal metingen, expert judgement, een aantal relevante feiten of gepubliceerde bronnen terzake.

Archief van deze indicator

Actuele versie
versie‎
11
Bekijk meer Bekijk minder
versie‎
10
versie‎
09
versie‎
08
versie‎
07
versie‎
06
versie‎
05
versie‎
04
versie‎
03
versie‎
02

Referentie van deze webpagina

CLO (2008). Wespenspin en klimaatverandering 1979-2007 (indicator 1109, versie 07, ), www.clo.nl. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Den Haag; PBL Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag; RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven; en Wageningen University and Research, Wageningen.