Netto milieulasten naar sector, 2013-2017
U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link bekijken.
Voor alle sectoren zijn de netto milieulasten in 2017 licht gestegen t.o.v. het voorgaande jaar. In 2014 en 2015 waren de netto milieulasten van bedrijven met ruim 7,6 miljard euro het hoogst. Voor de overheid waren de netto milieulasten met ruim 9,3 miljard euro het hoogst in 2015. Bij huishoudens zijn de netto milieulasten het hoogst in 2017.
Algemene ontwikkeling
In 2014 zijn de netto milieulasten van de overheid 16 procent hoger dan bij de bedrijven, in alle andere jaren is dit ruim 23 procent. De huishoudens dragen (via directe betalingen) netto ruim 1,7 miljard euro bij. Voor de huishoudens zijn de netto milieulasten gedurende de periode 2013-2017 toegenomen met bijna 3 procent. Bij de overheid zijn de netto milieulasten over deze periode toegenomen met ruim 4 procent, voor de bedrijven is dit bijna 5 procent.
Wat zijn netto milieulasten?
De netto milieulasten geven aan in welke mate een sector bijdraagt in de financiering van het milieubeheer. De netto milieulasten bestaan uit de som van de uitgaven aan milieuactiviteiten en de betaalde heffingen, betaalde subsidies en betalingen voor milieudiensten, verminderd met de ontvangen heffingen, ontvangen subsidies en ontvangsten voor milieudiensten.
Lopende prijzen
Alle bedragen in deze indicator zijn uitgedrukt in lopende prijzen. Dit zijn de bedragen die in de betreffende jaren daadwerkelijk zijn betaald. Voor meer informatie hierover lees de technische toelichting.
Bronnen
- CBS (2020). StatLine: Kosten en financiering van het milieubeheer. Centraal Bureau voor de Statistiek, Den Haag / Heerlen.
- CBS (2019). StatLine: Opbouw binnenlands product (bbp); nationale rekeningen. Centraal Bureau voor de Statistiek, Den Haag / Heerlen.
- Eurostat (2017). Environmental protection expenditure accounts.
Technische toelichting
- Naam van het gegeven
- Netto milieulasten naar sector
- Omschrijving
- Ontwikkeling van de totale netto milieulasten naar de economische sectoren bedrijven, huishoudens en overheid. Tot de bedrijven behoren (volgens de SBI 2008) de delfstoffenwinning, industrie, energievoorziening, waterbedrijven en de milieudienstverlening.
- Verantwoordelijk instituut
- Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS)
- Berekeningswijze
- In de Environmental protection expenditure accounts is in detail vastgelegd wat tot de milieu-uitgaven (en netto milieulasten) moet worden gerekend, en hoe deze worden berekend.
- Basistabel
- StatLine: Kosten en financiering van het milieubeheer (CBS, 2020)
- Geografische verdeling
- Nederland
- Verschijningsfrequentie
- Jaarlijks
- Achtergrondliteratuur
- Kosten en financiering van het milieubeheer (CBS, 2006)
- Opmerking
- Bedragen in lopende prijzen
Het CBS publiceert de gegevens over milieu-uitgaven, milieu-investeringen, netto milieulasten, milieuheffingen en milieubelastingen in lopende prijzen. Lopende prijzen wil zeggen dat het gaat om bedragen die in de betreffende jaren daadwerkelijk betaald zijn. Met andere woorden, de bedragen zijn steeds weergegeven in het prijsniveau van het betreffende jaar, oftewel de bedragen zijn niet gecorrigeerd voor prijspeilontwikkelingen.
In de nieuwe internationale opzet, bevatten de netto milieulasten ook het compartiment natuur- en landschapsbeheer, de betalingen aan het buitenland en de ontvangsten van het buitenland. Hierdoor zijn de totale netto milieulasten gelijk aan de totale milieu-uitgaven. - Betrouwbaarheidscodering
- Schatting, gebaseerd op een groot aantal (accurate) metingen; de representativiteit is grotendeels gewaarborgd.
Archief van deze indicator
Bekijk meer Bekijk minder
Referentie van deze webpagina
CLO (2020). Netto milieulasten naar sector, 2013-2017 (indicator 0539, versie 06, ), www.clo.nl. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Den Haag; PBL Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag; RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven; en Wageningen University and Research, Wageningen.