Elektrische apparaten in huishoudens, 1990-2000
U bekijkt op dit moment een archiefversie van een afgesloten indicator. De actuele indicatorversie met de reden voor het afsluiten, kunt u via deze link bekijken.
| 1990 | 1995 | 1998 | 1999 | 2000 | |
| % van de Nederlandse huishoudens | |||||
| Diepvriezer | 53 | 61 | 67 | 68 | 71 |
| Magnetron en/of combi-oven | 16 | 51 | 67 | 72 | 74 |
| Vaatwasmachine | 10 | 20 | 31 | 34 | 38 |
| Wasmachine | 88 | 92 | 94 | 94 | 95 |
| Wasdroger | 25 | 41 | 49 | 51 | 53 |
| Home- en/of personal computer | 21 | 39 | 55 | 59 | 64 |
| Solarium of zonnebank | 3 | 12 | 14 | 15 | 17 |
| Bron: CBS. | CBS/MC/okt02 | ||||
Ontwikkelingen
Het elektriciteitsverbruik per huishouden is sinds 1990 jaarlijks gestaag toegenomen, vooral doordat huishoudens steeds meer elektrische apparaten bezitten. Tussen 1950 en 1999 is het huishoudelijk elektriciteitsverbruik per huishouden in Nederland meer dan verviervoudigd. Met name het bezit van magnetrons, wasdrogers, vaatwasmachines en solaria is sterk toegenomen. Deze apparaten verbruiken flink wat elektriciteit. Het verbruik van de in de tabel genoemde apparatuur bedraagt in een gemiddeld huishouden ruim 20% van het totale elektriciteitsverbruik van huishoudens (EnergieNed, 2000). In vergelijking met het totale energiegebruik in huishoudens is het aandeel elektriciteit nog geen 20%.
Toelichting
De verbruikte elektriciteit door deze apparaten wordt toegerekend aan de doelgroep Consumenten; de emissies die door de opwerking van de elektriciteit zijn uitgestoten zijn ondergebracht bij de doelgroep Energievoorziening.
Bronnen
- CBS (2002). Sociaal-economische maandstatistiek. Centraal Bureau voor de Statistiek, Voorburg/Heerlen.
- EnergieNed (2000). Basisonderzoek Elektriciteitsverbruik Kleinverbruikers, 1999. EnergieNed, Arnhem.
Relevante informatie
- Meer informatie over het bezit van elektrische apparaten in huishoudens is te vinden op Statline (CBS) en bij EnergieNed.
Technische toelichting
- Naam van het gegeven
- -
- Omschrijving
- -
- Verantwoordelijk instituut
- -
- Berekeningswijze
- -
- Basistabel
- -
- Geografische verdeling
- -
- Verschijningsfrequentie
- -
- Betrouwbaarheidscodering
- -
Archief van deze indicator
Bekijk meer Bekijk minder
Referentie van deze webpagina
CLO (2002). Elektrische apparaten in huishoudens, 1990-2000 (indicator 0034, versie 03, ), www.clo.nl. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Den Haag; PBL Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag; RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven; en Wageningen University and Research, Wageningen.