Akkerbouw, tuinbouw en grasland: beteelde oppervlakten, 1980-2006

U bekijkt op dit moment een archiefversie van een afgesloten indicator. De actuele indicatorversie met de reden voor het afsluiten, kunt u via deze link bekijken.

Sinds 1980 is het oppervlak grasland afgenomen. Het areaal akkerbouw is in deze periode toegenomen en het areaal tuinbouw onder glas bleef vrij stabiel. De verschuivingen in 2006 zijn voornamelijk het gevolg van de overgang naar de EU-bedrijfstypering.

  198019901995200020052006
        
  1 000 ha    
        
Akkerbouwgewassen 1)2))7108057968068251 008
w.o.granen223193185199196221
 knol- en wortelgewassen 3)296303297292248240
 groenvoedergewassen 4)141208225212241427
        
Tuinbouwgewassen 1)5)11310410911211195
w.v.open grond104949910110185
 onder glas91010111110
        
Gras 1 1981 0961 0481 012980817
w.v.blijvend1 1601 0621 011902775817
 tijdelijk3835381102054)
        
Totaal2 0152 0001 9531 9301 9161 920
       
Biologische landbouw.713274041
        
Bron: CBS. CBS/MNC/okt07/0010
1) Vanaf 2006 indeling volgens EU-bedrijfstypering en wijziging indeling akkerbouw- en tuinbouwgroenten.
2) Vanaf 2002 valt natuurbraak en groenbraak onder akkerbouw; voorheen werden deze gronden niet als beteelde oppervlakten gezien.
3) Aardappelen, suiker- en voederbieten.
4) Vanaf 2006 valt tijdelijk grasland onder groenvoedergewassen (in 2006 was dit 202 duizend ha).
5) Vanaf 1986 excl. groen te oogsten erwten en poot- en plantuien.

Totaal landbouwareaal neemt langzaam af

Door de ontginning van de IJsselmeerpolders kon de totale oppervlakte cultuurgrond tot 1960 toenemen. Daarna nam het areaal af onder invloed van een toenemend ruimtegebruik voor voornamelijk de volkshuisvesting, industrie en wegenbouw.

Minder grasland en omzetting blijvend in tijdelijk grasland

De oppervlakte grasland beslaat iets meer dan de helft van de oppervlakte landbouwgrond. Gedurende de periode van 1980 tot en met 2006 is het totale areaal grasland met 15% afgenomen. Bovendien is veel blijvend grasland omgezet in tijdelijk grasland.
Het areaal blijvend grasland is van 1980 tot en met 2006 met 30% afgenomen; het areaal tijdelijk grasland is daarentegen ruim vervijfvoudigd.

Biologische landbouw

De cijfers vanaf 2005 over de biologische landbouw zijn samengesteld louter op basis van de Landbouwtelling. De gepresenteerde cijfers zijn exclusief natuurlijk grasland.

Bronnen

Relevante informatie

  • Meer gegevens over de ontwikkeling in de beteelde oppervlakten zijn te vinden op StatLine (CBS).

Technische toelichting

Naam van het gegeven
-
Omschrijving
-
Verantwoordelijk instituut
-
Berekeningswijze
-
Basistabel
-
Geografische verdeling
-
Verschijningsfrequentie
-
Opmerking
Vanaf 2006 wordt in de statistiek van de landbouwtelling volledig aangesloten bij de EU-bedrijfstypering en wijzigt de indeling van groenten in akkerbouw- en tuinbouwgroenten. Omdat een aantal gewassen daardoor anders worden ingedeeld, treedt in 2006 een trendbreuk op.De belangrijkste wijzigingen zijn:- tijdelijk grasland (202 duizend ha in 2006) wordt tot de groenvoedergewassen gerekend;- enkele groenten worden tot de akkerbouw- in plaats van de tuinbouwgewassen gerekend (o.a. winterpeen, stamsperziebonen, witlofwortel; in 2006 totaal circa 19 duizend ha).
Betrouwbaarheidscodering
-

Referentie van deze webpagina

CLO (2007). Akkerbouw, tuinbouw en grasland: beteelde oppervlakten, 1980-2006 (indicator 0010, versie 08, ), www.clo.nl. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Den Haag; PBL Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag; RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven; en Wageningen University and Research, Wageningen.