Mondiale voorraden energiedragers
U bekijkt op dit moment een afgesloten indicator. Deze indicator wordt niet meer bijgewerkt. De reden hiervoor staat hieronder vermeld. De archiefversies van deze indicator (indien aanwezig) zijn nog wel beschikbaar.
Deze indicator wordt niet meer geactualiseerd.
Het CLO heeft geen actuele data met betrekking tot de mondiale voorraden energiedragers.
De mondiale voorraden in de vorm van fossiele brandstoffen zijn, bij het verbruikstempo van 2004, gelijk aan nog eens 150 jaar olieverbruik, 360 jaar gasverbruik en 1320 jaar kolenverbruik.
Voorraden fossiele brandstoffen
Bij het schatten van de voorraden fossiele brandstoffen wordt een onderscheid gemaakt tussen reserves, die geïdentificeerd en gemeten zijn, en waarvan bekend is dat ze technisch en commercieel winbaar zijn, en voorraden (resources), waarvan het bestaan en de winbaarheid minder zeker zijn. In 2004 was de vraag naar fossiele energie 165 EJ olie, 96 EJ aardgas en 116 EJ steenkool (1 EJ = 1 Exajoule = 10-18 Joule) (IEA, 2006).
De mondiale voorraden in de vorm van fossiele brandstoffen zijn, bij het verbruikstempo van 2004, gelijk aan nog eens 150 jaar olieverbruik, 360 jaar gasverbruik en 1320 jaar kolenverbruik. Om de voorraden fossiele energie op een inzichtelijke manier in de grafiek te presenteren zijn deze gerelateerd aan de vraag naar energie in 2004. Het mondiale energieverbruik groeit echter jaarlijks en zal naar verwachting ook in de komende decennia blijven groeien. Het gevolg kan zijn dat deze voorraden in een (veel) kleiner aantal jaren dan aangegeven in de grafiek, verbruikt zullen worden.
Ontwikkelingen steenkoolvoorraden
Het overgrote deel van de mondiale voorraad aan fossiele brandstof bestaat uit steenkool. De steenkoolvoorraden zijn in vrijwel alle wereldregio's - behalve in het Midden-Oosten en in Latijns-Amerika - in ruime mate aanwezig. Het is de verwachting dat bij het huidige verbruikstempo van steenkool alleen al de bewezen en commercieel winbare voorraden voor circa 220 jaar kunnen voorzien in de huidige mondiale behoefte. Daarnaast is er nog 2095 keer de vraag in 2004 aan niet winbare voorraden.
Ontwikkelingen olie- en gasvoorraden
De olie- en gasvoorraden hebben een kleiner aandeel in de totale mondiale voorraad aan energiedragers dan kolen. De conventionele voorraden aardgas en olie zijn voornamelijk te vinden in het Midden-Oosten en voor aardgas ook in de landen van de voormalige Sovjet-Unie. Niet-conventionele voorraden, zoals olie uit teerzanden en leisteenolie en methaan uit ondergrondse kolenlagen, bevinden zich voornamelijk op het Amerikaanse continent. Deze voorraden zijn nog vele malen groter dan de conventionele voorraden. In welke mate de niet-conventionele olievoorraden zullen worden geëxploiteerd zal voornamelijk van de wereldmarktprijs afhangen. De komende decennia zijn er naar verwachting nog voldoende goedkopere voorraden beschikbaar.
Er zijn mogelijk nog 47 keer de vraag naar olie in 2004 en 168 keer de vraag naar aardgas in 2004 aan additionele, niet-conventionele voorkomens. De zekerheid van deze schattingen is echter laag. Het is ook niet bekend of deze voorraden ooit winbaar zullen zijn.
Kernenergie
De brandstof voor de productie van kernenergie is uranium. De vraag voor uranium was in 2005 68.130 ton uranium. De conventionele uraniumvoorraden zijn bij het huidige verbruik genoeg voor enkele tientallen jaren. Exploitatie van geologisch minder zekere, 'nog niet ontdekte' voorraden zou deze periode tot enkele honderden jaren kunnen verlengen. Wel zijn hiervoor aanzienlijke exploratie- en ontwikkelingsactiviteiten nodig. Uraniumertsen komen geografisch wijd verspreid voor.
Waterkracht
Het mondiaal, technisch realiseerbare potentieel voor waterkracht is ongeveer 14.400 TWh/jaar (1 TWh = 1 Tera Wh = 1012 Wattuur = 3600 TJ) (WEC, 2001). Ongeveer 8000 TWh/jaar hiervan zijn commercieel haalbaar, waarvan 2600 TWh/jaar zijn ontwikkeld. Bij een belastingsfactor van nieuwe faciliteiten die gelijk is aan het bestaande gemiddelde, betekent de exploitatie van het gehele potentieel de constructie van 1,4 TW aan capaciteit. Dit is tweemaal zo veel als huidige capaciteit.
Bronnen
- IEA (2006). World Energy Outlook 2006. International Energy Agency, Paris.
- TNO (2006). Bewerking van gegevens van USGS, WEC, Rogner (1997), BGR (zie verder ook onder bij 'Relevante informatie' voor onderliggende bronnen.
- WEA (2004). World Energy Assesment. Overview 2004 - update. United Nations Development Programme. United Nations Department of Economic and Social Affairs, World Energy Council, New York.
- WEC (2001). WEC Survey of Energy Resources 2004. World Energy Council, London.
Relevante informatie
- Energie: inleiding en beleid
- USGS, An Evaluation of the USGS World Petroleum Assessment 2000, Supporting Data
- USGS, United States National Oil and Gas Assessment
- WEC, 2004 survey of energy resources.
- British Petroleum, Statistical Review of World Energy 2007.
- Rogner, H.H. (1997), An assessment of world hydrocarbon resources, Annual Review of Energy and the Environment 22, pp. 217-262.
- BGR - Bundesanstalt für Geowissenschaften und Rohstoffe (2004), Annual Report Reserves, Resources and Availability of Energy Resources 2005 , Federal institute for Geosciences and Natural Resources, Hannover.
- De World Energy Outlook 2006.
- Informatie van het United Nations Development Programme, World Energy Assessment.
- In het Energierapport 2005 van het ministerie van Economische Zaken wordt ingegaan op de voorzieningszekerheid van de Nederlandse energiehuishouding en de rol die Nederland speelt in de gasvoorziening van Europa.
- Informatie over de Nederlandse voorraden olie en aardgas is te vinden in het rapport Olie en gas in Nederland. Jaarverslag 2006 en prognose 2007-2016 (link naar PDF, 10 MB).
Technische toelichting
- Naam van het gegeven
- -
- Omschrijving
- -
- Verantwoordelijk instituut
- -
- Berekeningswijze
- -
- Basistabel
- -
- Geografische verdeling
- -
- Verschijningsfrequentie
- -
- Opmerking
- De schatting van additioneel winbare reserves en voorraden conventionele olie en gas die in de grafiek is weergeven, is een gemiddelde. Pessimistische schattingen van deze categorie voorraden kunnen tot 70% lager uitvallen. Optimistische schattingen kunnen tot 100% hoger zijn.
- Betrouwbaarheidscodering
- -
Archief van deze indicator
Bekijk meer Bekijk minder
Referentie van deze webpagina
CLO (2007). Mondiale voorraden energiedragers (indicator 0051, versie 04, ), www.clo.nl. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Den Haag; PBL Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag; RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven; en Wageningen University and Research, Wageningen.