Trend kenmerkende vogels stad, 1990-2014
U bekijkt op dit moment een afgesloten indicator. Deze indicator wordt niet meer bijgewerkt. De reden hiervoor staat hieronder vermeld. De archiefversies van deze indicator (indien aanwezig) zijn nog wel beschikbaar.
Deze indicator wordt niet meer geactualiseerd. De informatie is (deels) opgenomen in de indicator "Fauna van stedelijk gebied".
De gezamenlijke trend van twaalf algemeen voorkomende vogelsoorten in de stad daalt licht, maar de laatste jaren blijft deze gelijk.
Vogels in de stad
Steden zijn voor een aantal soorten vogels van groot belang als leefgebied. Voor de negen vogelsoorten die in de tuinvogeltellingen van 2003 tot en met 2006 de meest voorkomende soorten waren, geldt dat in ieder geval. Samen met een drietal vogelsoorten die in of bij huizen tot broeden komen, vertoont de broedvogeltrend van deze twaalf kenmerkende stadssoorten samen een matige afname. In de laatste 10 jaar blijft de indicator stabiel. De trends van de afzonderlijke soorten vertonen echter duidelijke verschillen. Huismus, kauw, spreeuw, houtduif, Turkse tortel, zwarte roodstaart en gierzwaluw in de stad laten een matige afname zien, terwijl de populaties van merel, koolmees, pimpelmees en huiszwaluw toenemen en die van de vink stabiel blijft.
Populatie huismus gehalveerd, maar laatste 10 jaar stabiel
De stand van de huismus is in de afgelopen twintig jaar meer dan gehalveerd. Ook in omliggende landen gaat de huismus achteruit. De oorzaken zijn divers. De afname van met kruiden begroeide overhoekjes en braaklandjes speelt als eerste een rol. Daarin komen insecten voor die de mussen voor hun jongen nodig hebben. Vooral in binnensteden is er nog weinig braakland over en de afstand van de binnensteden tot zulke terreinen aan de rand van steden wordt steeds groter bij groeiende steden. Daarnaast speelt ook de renovatie van oude steden een rol doordat het moeilijker wordt om nesten te maken in de nieuwe daken. Verder wordt de toegenomen predatie door huiskatten en de meer en meer in de stad broedende sperwers als oorzaken van achteruitgang genoemd. De achteruitgang is echter tot stilstand gekomen, want de laatste 10 jaar lijkt het aantal te stabiliseren. Mogelijk spelen de afname van braakland en verminderde nestelgelegenheid ook bij de andere soorten met een achteruitgang
Rode lijst
Alleen de huismus staat op de Rode lijst vogels, in de categorie "gevoelig".
Bronnen
- Boele A., van Bruggen J., Hustings F., Koffijberg K., Vergeer J.W. & van der Meij T. (2015). Broedvogels in Nederland in 2013. Sovon-rapport 2015/04. Sovon Vogelonderzoek Nederland, Nijmegen.
- Crick, H.Q.P., R.A. Robinson, G.F. Appleton, N.A. Clark en A.D. Rickard (Eds.) (2002). Investigation into the causes of the decline of the starlings and house sparrows in Great Britain. BTO-Research report no 290. BTO, Thetford.
- Heij, C.J. (2001). Mussen in de knel. Natura, 98 (3): 76-78.
- Hole, D.G., M.J. Whittingham, R.B. Bradbury, G.Q.A. Anderson, P.L.H. Lee, J.D. Wilson en J.R. Krebs (2002). Whitespread local house-sparrow extinction. Nature 418: 931.
Relevante informatie
Technische toelichting
- Naam van het gegeven
- Stadsvogels
- Omschrijving
- Ontwikkeling populaties kenmerkende stadsvogels
- Verantwoordelijk instituut
- Centraal Bureau voor de Statistiek
- Berekeningswijze
- De trend betreft de gemiddelde trend van de twaalf kenmerkende soorten broedvogels die in de stad algemeen voorkomen, waarbij de index van het basisjaar 1990 op 100% is gezet (behalve van de gierzwaluw waarvan alleen voldoende data aanwezig zijn vanaf 2007. de trend wordt meetkundig bepaald zodat veranderingen van jaar tot jaar proportioneel worden gewogen. De resultaten van de tuinvogeltelling die in de winter wordt gehouden zijn dus geen onderdeel van deze presentatie. In de winter komen van sommige soorten ook vogels uit noordelijke en oostelijke streken hier overwinteren, waarmee de trend in de winter anders kan zijn dan alleen van de hier broedende vogels.
- Basistabel
- In de hoofdtekst is een link naar de basistabel te vinden met de indexen van de afzonderlijke soorten.
- Geografische verdeling
- Nederland
- Verschijningsfrequentie
- Jaarlijks
- Achtergrondliteratuur
- Boele A., van Bruggen J., Hustings F., Koffijberg K., Vergeer J.W. & van der Meij T. 2015. Broedvogels in Nederland in 2013. Sovon-rapport 2015/04. Sovon Vogelonderzoek Nederland, Nijmegen.
- Betrouwbaarheidscodering
- B. Schatting gebaseerd op een groot aantal (zeer accurate) metingen, waarbij representativiteit van de gegevens vrijwel volledig is.
Archief van deze indicator
Bekijk meer Bekijk minder
Referentie van deze webpagina
CLO (2015). Trend kenmerkende vogels stad, 1990-2014 (indicator 1194, versie 11, ), www.clo.nl. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Den Haag; PBL Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag; RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven; en Wageningen University and Research, Wageningen.