Grote waternavel, 1995-2008
U bekijkt op dit moment een afgesloten indicator. Deze indicator wordt niet meer bijgewerkt. De reden hiervoor staat hieronder vermeld. De archiefversies van deze indicator (indien aanwezig) zijn nog wel beschikbaar.
De indicator over de grote waternavel is afgesloten. Hij is opgenomen in:
De grote waternavel is een waterplant afkomstig van Noord-Amerika. De soort veroorzaakt veel problemen, omdat door zijn sterke groei sloten en kanalen dichtgroeien.
Vijverplant
De grote waternavel komt oorspronkelijk uit Noord-Amerika en is in Nederland geïmporteerd als snel groeiende vijverplant.
Deze soort is in Nederland voor het eerst aangetroffen "in het wild" in 1994 in Utrecht. Sindsdien heeft de plant zich sterk uitgebreid en komt nu in vrijwel het gehele land voor. Het zwaartepunt van de verspreiding ligt in de provincies Utrecht, Zuid-Holland en Noord-Brabant. Grote waternavel komt in 2008 in ruim 500 kilometerhokken voor (zie figuur).
Overlast voor waterschappen
Grote waternavel zorgt ervoor dat sloten binnen de kortste keren dichtgroeien en het belemmert zo de doorstroming van water. Bijna alle waterschappen bestrijden daarom de soort, meestal door mechanische verwijdering. Deze bestrijding vormt voor waterschappen een belangrijke kostenpost.
Vanwege de sterke groei en de schadelijkheid wordt de plant gezien als een invasieve exoot.
Maatregelen
De grote waternavel de enige plantensoort waarvan de handel en het bezit verboden is in de Flora- en faunawet. De soort mag daarom in Nederland niet worden verkocht door tuincentra.
Bronnen
- Baas, W.J. & W.J. Holverda (1996a). Hydrocotyle ranunculoides L.f.: infiltrant in waterland? Gorteria 21 (6): 193-198.
- Baas, W.J. & W.J. Holverda (1996b). Hydrocotyle ranunculoides L.f. (Grote waternavel): de stand van zaken. Gorteria 22 (6): 164-165.
- Bruinsma, J. (1998). Verslag van het inventarisatieweekend te Boxtel, 26 t/m 29 juni 1997. Gorteria 24 (2): 52-53.
- Baas, W.J. & L. H. Duistermaat (1998). De opmars van Grote waternavel (Hydrocotyle ranunculioides L.f.) in Nederland, 1996-1998. Gorteria 25 (4): 77-82.
- EPPO (2006). Hydrocotyle ranunculoides. OEPP/EPPO Bulletin 36: 3-6.
- Mars, H. de & A.C. Bouman (2002). Grote waternavel ook een bedreiging voor zwak gebufferde wateren. De Levende Natuur 103 (1): 22-25.
- Odé, B. (2009). Grote waternavel blijft toenemen. Natuurbericht.nl 19 februari 2009.
- Pot, R. (2000). De Grote waternavel. Voorkomen is beter dan bestrijden. STOWA publicatie 2000-21.
- Valkenburg, J.L.C.H. van (2011). Invasieve waterplanten in Nederland. Veldgids. Nieuwe Voedsel en Waren Autoriteit (nVWA), Wageningen.
Relevante informatie
- Hydrocotyle ranunculoides EPPO bulletin
Technische toelichting
- Naam van het gegeven
- Grote waternavel
- Omschrijving
- Populatieontwikkeling van de grote waternavel op basis van het cumulatieve aantal km-hokken
- Verantwoordelijk instituut
- Centraal Bureau voor de Statistiek
- Berekeningswijze
- Cumulatieve sommatie van het aantal km-hokken per jaar waar groet waternavel voorkomt.
- Basistabel
- Basisgegevens met voorkomen per km-hok per jaar afkomstig van Stichting Floron, Leiden
- Geografische verdeling
- Nederland
- Verschijningsfrequentie
- onregelmatig
- Achtergrondliteratuur
- EPPO (2006). Hydrocotyle ranunculoides. OEPP/EPPO Bulletin 36: 3-6.
- Opmerking
- Als gevolg van de Flora en Faunawet ( Besluit aanwijzing dier- en plantensoorten Flora- en Faunawet) is de Grote waternavel aangewezen als plantensoort waarvoor een plant- en uitzaaiverbod geldt, alsook een bezit-, handels- en vervoersverbod.Wetenschappelijke naam: Hydrocotyle ranunculoidesHydrocotyle ranunculoides is inheems in Noord-Amerika, maar is ingeburgerd in Centraal- en Zuid-Amerika.
- Betrouwbaarheidscodering
- D. Schatting, gebaseerd op een aantal metingen, expert judgement, een aantal relevante feiten of gepubliceerde bronnen terzake.
Archief van deze indicator
Referentie van deze webpagina
CLO (2009). Grote waternavel, 1995-2008 (indicator 1540, versie 01, ), www.clo.nl. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Den Haag; PBL Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag; RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven; en Wageningen University and Research, Wageningen.