Zeescheepvaart in Nederland: aantal schepen en overslag, 1980-2007
U bekijkt op dit moment een archiefversie van een afgesloten indicator. De actuele indicatorversie met de reden voor het afsluiten, kunt u via deze link bekijken.
De hoeveelheid overgeslagen goederen in de Nederlandse havens blijft stijgen, terwijl het aantal schepen vrijwel constant blijft.
Ontwikkeling zeescheepvaart
In de periode 1980-2007 is de totale overslag van goederen in de Nederlandse havens toegenomen met ruim 65%. Zowel de geloste hoeveelheid als de geladen hoeveelheid neemt nog steeds toe.
Het aantal schepen dat de Nederlandse havens heeft aangedaan is in die periode redelijk constant gebleven. Per schip is er dus meer overslag.
Bronnen
- CBS (2008). StatLine: Zeevaart; reis- en ladinggegevens per kwartaal. CBS, Voorburg/Heerlen.
Relevante informatie
- Emissies naar lucht door verkeer en vervoer, 1990-2021
- Meer informatie over de volume-ontwikkeling van de zeescheepvaart is te vinden op StatLine (CBS).
Technische toelichting
- Naam van het gegeven
- Zeescheepvaart in Nederland: aantal schepen en overslag
- Omschrijving
- Het aantal schepen dat Nederlandse havens aandoet en de totale overslag van lading
- Verantwoordelijk instituut
- Centraal Bureau voor de Statistiek
- Berekeningswijze
- Zie onderzoeksomschrijving: Zeescheepvaart
- Basistabel
- Statline: Zeevaart, reis- en ladinggegevens per kwartaal
- Geografische verdeling
- De 15 grootste havens en de som van de overige havens
- Andere variabelen
- Aantal reizen, deadweight, lading naar NSTR-hoofdstuk, containervervoer, roll-on-rool-off-vervoer, bestemming en herkomst
- Verschijningsfrequentie
- Jaarlijks, per kwartaal
- Achtergrondliteratuur
- Onderzoeksomschrijving: Zeescheepvaart
- Betrouwbaarheidscodering
- Integrale waarneming.
Archief van deze indicator
Bekijk meer Bekijk minder
Referentie van deze webpagina
CLO (2008). Zeescheepvaart in Nederland: aantal schepen en overslag, 1980-2007 (indicator 0031, versie 09, ), www.clo.nl. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Den Haag; PBL Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag; RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven; en Wageningen University and Research, Wageningen.