Beleving natuurlijkheid

U bekijkt op dit moment een afgesloten indicator. Deze indicator wordt niet meer bijgewerkt. De reden hiervoor staat hieronder vermeld. De archiefversies van deze indicator (indien aanwezig) zijn nog wel beschikbaar.

De indicator 'Beleving natuurlijkheid' is vervallen. De informatie over deze indicator is opgenomen in de indicator Belevingskaart van het Nederlandse landschap. Informatie over de waardering en de belevingswaarde van het landschap is te vinden in de volgende indicatoren:

Veel mensen waarderen een natuurlijke omgeving. Vooral duin-, heide- en bosgebieden scoren hoog.

Toestand

Het overgrote deel van Nederland wordt als vrij tot heel natuurlijk beleefd. Landschappen met overwegend grasland of met natuurlijk ogende wateren worden als vrij natuurlijk gewaardeerd mits er geen horizonvervuiling of verstedelijking is. Een duidelijk hogere waardering scoren gebieden met veel natuurlijke begroeiingen zoals de duinen en de heide- en bosgebieden op de Utrechtse Heuvelrug, de Veluwe, Drenthe en Noord-Brabant.

Bronnen

  • Berg, A.E. van den (1999). Individual differences in the aesthetic evaluation of natural landscapes. Disseratiereeks Kurt Lewin Instituut, nr 1999-4. Rijksuniversiteit Groningen
  • Roos-Klein Lankhorst, J, S. de Vries, J. van Lith-Kranendonk, H. Dijkstra & J.M.J. Farjon (2004). Modellen voor de graadmeters landschap, beleving en recreatie. Kennismodel Effecten Landschap Kwaliteit KELK, Monitoring Schaal en BelevingsGIS. Planbureaurapporten 20. Natuurplanbureau, vestiging Wageningen: bijlage 3, Natuurlijkheid.
  • Roos-Klein Lankhorst, J., S. de Vries, A.E. Buijs, M.H.I. Bloemmen & C. Schuiling (2005). BelevingsGIS versie 2; waardering van het Nederlandse landschap door de bevolking op kaart. Rapport 1138. Alterra, Wageningen: factsheet Natuurlijkheid.

Technische toelichting

Naam van het gegeven
-
Omschrijving
-
Verantwoordelijk instituut
-
Berekeningswijze
-
Basistabel
-
Geografische verdeling
-
Verschijningsfrequentie
-
Opmerking
Per gridcel van 250 x 250 m zijn de volgende aspecten bepaald:
  • de oppervlakte aan bossen (loofbos, naaldbos, gemengd bos, populieren, grienden);
  • de oppervlakte aan lijnvormige beplantingen en heggen;
  • de oppervlakte overige natuurlijke vegetaties zoals hei en moeras;
  • het dominant voorkomen van grasland;
  • het voorkomen van natuurlijk ogende wateren (beken, rivieren, plassen, meren en zee).
De beleving van de natuurlijkheid van het landschap is vervolgens in vijf categorieën ingedeeld:
  • Geen (0,1% natuur en <50% grasland en geen natuurlijke wateren)
  • Weinig (>50% grasland of natuurlijke wateren aanwezig)
  • Vrij veel (5-10% natuur of 0,1-5% natuur met >50% grasland of natuurlijk water)
  • Veel (10-50% natuur of 5-10% natuur met natuurlijk water of 0,1-5% natuur met >50% grasland en natuurlijk water)
  • Zeer veel (>50% natuur of 10-50% natuur met natuurlijk water)
Met behulp van een driedimensionale kennistabel is de uiteindelijke mate van natuurlijkheid bepaald, waarbij de zichtbaarheid en uitstraling van opgaande beplanting in de omgeving wordt meegeteld. Hierbij wordt de per gridcel berekende natuurwaarde vergeleken met het gemiddelde percentage aan opgaande beplanting en bebouwing binnen een straal van 500 m. Als er veel beplanting in de omgeving van een gridcel voorkomt, krijgt deze een hogere natuurwaarde, als er veel bebouwing in de omgeving voorkomt juiste een lagere.
Betrouwbaarheidscodering
-

Archief van deze indicator

Actuele versie
versie‎
04
Bekijk meer Bekijk minder
versie‎
03
versie‎
02

Referentie van deze webpagina

CLO (2006). Beleving natuurlijkheid (indicator 1025, versie 04, ), www.clo.nl. Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Den Haag; PBL Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag; RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven; en Wageningen University and Research, Wageningen.