Citizen Science: meten wat er leeft
Roy van Grunsven (De Vlinderstichting) startte zijn presentatie met de zin: “Een trend berekenen met telgegevens van dier- of plantensoorten is heel eenvoudig”. Om er meteen achteraan te zeggen: “Een zinvolle trend berekenen is daarentegen best heel moeilijk”. Dit bleek ook uit het verhaal dat hierop volgde.
Er wordt al decennia lang gestructureerd en ongestructureerd waargenomen in de natuur m.b.v. citizen science. Bij gestructureerde monitoring tellen vrijwillige waarnemers jaarlijks, maandelijks of zelfs wekelijks volgens protocol alle soorten vlinders, libellen, vogels, reptielen, etc. die ze zien op een route of op een vooraf vastgestelde meetlocatie.
Andere natuurliefhebbers pakken hun favoriete app erbij om een mooie waarneming door te geven, of een dag- of jaarlijst met alles wat ze gezien hebben. Hier is dan geen protocol aan te pas gekomen, maar ook deze gegevens kunnen worden gebruikt om trends te bepalen.
... moderne apps die tijdens het waarnemen de route en tijd bijhouden, wat het leven van de onderzoekers hopelijk makkelijker gaat maken.
Met een focus op de soortgroep libellen liet Roy zien hoe belangrijk het is om te weten hoe een waarnemer die geen protocol heeft gebruikt precies te werk is gegaan: heeft hij/zij alle soorten die gezien zijn ingevoerd, of alleen die bijzondere soort. Is de waarneming puur toevallig tot stand gekomen (in het voorbijfietsen bijvoorbeeld) of heeft de waarnemer actief een uur lang gezocht (of twee)? Deze informatie wordt voor zover mogelijk op verschillende manieren afgeleid uit de gegevens, waarna voor verschillen in waarnemersinspanning kan worden gecorrigeerd. Roy ging kort in op moderne apps die tijdens het waarnemen de route en tijd bijhouden, wat het leven van de onderzoekers hopelijk makkelijker gaat maken.
Tot nu toe kunnen vooral landelijke en provinciale populatietrends en/of verspreidingstrends bepaald worden van veel soorten. De uitdaging is om op nog een lager schaalniveau, zoals specifieke natuurgebieden of gemeenten, uitspraken te kunnen doen over hoe het gaat met de natuur.